Voor literatuurlijst klik hier.

 

 

De

Ontbrekende Dimensie

 

 

 

 

Tevergeefs streeft de mens naar vrede en geluk. Waarom tevergeefs? Omdat er verschillende ontbrekende dimensies zijn, zoals de ontbrekende dimensie in onderwijs, de ontbrekende dimensie in kennis, zelfs de ontbrekende dimensie in seks.

Maar er is een ’bijzondere ontbrekende’ dimensie dat werkelijk al de andere overschaduwt en omvat. Het is het ontbrekend element dat essentieel voor vrede, geluk en een juiste relatie met onze Schepper is. Met andere woorden – het ontbrekende aspect voor het leven zelf.

Het jaarlijkse bijbelse Pinksterfeest is een sleutel tot begrip van de belangrijkste van alle ontbrekende dimensies. Deze Heilige Dag laat ons zien wat het probleem is en hoe we kunnen verkrijgen wat ontbreekt om dit op te lossen. Het laat historisch zien hoe dat antwoord aan enkelen gegeven werd aan het begin van de nieuwtestamentische Gemeente en profetisch hoe het aan de gehele mensheid in de toekomst gegeven kan worden.

 

 

Het menselijk verstand begrijpen

 

U zult het wel eens schertsend hebben gehoord dat iemand ’ze niet op een rijtje heeft’ – wat wil zeggen dat hij of zij geestelijk niet helemaal goed bij is. Het feit is dat wanneer je het begrijpt geen mens ’ze op een rijtje’ heeft.

De Bijbel vertelt ons dat elk van de verschillende dieren werd geschapen „naar hun aard” (Genesis 1:24-25). Maar mensen zijn heel anders – zij zijn geschapen naar Gods beeld en naar zijn gelijkenis (vers 26). Wat zijn de onderverdelingen van dit verschil?

Vanuit een bijbels perspectief zijn er drie elementen van het menselijk verstand.

Het eerste zijn de fysieke hersenen zelf. Dit blijft een raadsel voor de wetenschap omdat het menselijk brein structureel van bijna dezelfde omvang en fysieke samenstelling is als andere zoogdieren. Feitelijk delen wij 98 procent van onze genen met de grote apen, een feit dat wetenschappers aanmoedigt in een goddeloze evolutionaire origine van het menselijk leven te geloven. In vergelijking tot prestatie is het menselijk brein echter enorm superieur aan alle andere schepselen en heeft evolutie geen antwoord op het plotseling verschijnen van deze superioriteit. Dit merkwaardige verschil kan niet eenvoudig verklaard worden door het bestuderen van de fysiologie van het menselijk brein. Het verschil is absoluut méér dan omvang en structuur.

De Bijbel vertelt ons dat een niet-fysiek element het menselijk verstand zijn superieure prestatie geeft – iets wat buiten de capaciteit van evolutionaire wetenschap ligt om te bepalen. Wat de mens van het dier onderscheidt is wat de Schrift de ’geest in de mens’ noemt. Dit is niet de ziel. Het is een niet-fysiek element dat, door God aan het brein toegevoegd, een wezen schept, dat duidelijk superieur is aan de overige schepping.

Job 32:8  Voorwaar, het is de geest in de stervelingen en de adem des Almachtigen, die hun inzicht geeft.

God schiep deze speciale geest in ons.

Zacharia 12:1  . . . Aldus luidt het woord van de HERE, die de hemel uitspant en de aarde grondvest, en de geest des mensen in diens binnenste formeert.

Dit is wat ieder van ons als menselijke wezens de mogelijkheid geeft de dingen die we doen te begrijpen.

1 Corinthiërs 2:11  Wie toch onder de mensen weet, wat in een mens is, dan des mensen eigen geest, die in hem is?

Het is dat niet-fysieke element van het menselijk verstand, de geest in de mens, dat ons van de dieren onderscheidt en ons een onvergelijkbaar groter mentaal vermogen geeft dan enig ander fysiek organisme. Het verschaft zelfbewustzijn, esthetische waardering en het ogenschijnlijk oneindig vermogen te leren, scheppen en groeien, evenals om met de materiële wereld om ons heen om te gaan.

Echter, zelfs met de aanwezigheid van deze twee elementen, zijn we er nog niet – is ons verstand geestelijk incompleet. We hebben de toevoeging van iets anders nodig om geestelijk bewust te worden.

1 Corinthiërs 2:11  (laatste deel van het vers) Zo weet ook niemand, wat in God is, dan de Geest Gods.

Het laatste element van het menselijk verstand zou Gods Geest moeten zijn. Dit is de ontbrekende dimensie!

Zonder de heilige Geest zijn wij incompleet en onvervuld. Wij kunnen de dingen die we zouden willen doen niet doen en we zien onszelf vaak dingen doen die we niet willen doen.

 

 

Problemen in de Hof

 

Onze oorspronkelijke ouders werden geschapen met een verstand dat fysiek perfect was, maar mentaal en geestelijk incompleet. Zij hadden Gods heilige Geest nodig om hen, zoals Gods bedoeling was, volledig te maken. Om echter deze Geest te ontvangen, moesten zij God tonen dat zij dit wensten.

Dus gaf Hij hun een keus. Zij konden kiezen om te eten van de boom des levens, die Gods weg, zijn Geest en de weg naar verlossing voorstelde, of zij konden kiezen om niet te gehoorzamen en eten van de boom van de kennis van goed en kwaad, voorstellende de weg van de mens van vertrouwen in en op zichzelf. Satans geest en denken en uiteindelijk de dood. Adam en Eva en de generaties na hen verkozen en verkiezen om God ongehoorzaam te zijn en zodoende Gods openbaring, zijn weg van leven en zijn heilige Geest af te wijzen.

Om te functioneren zoals het hoort, heeft het verstand een brein nodig, de geest in de mens en Gods heilige Geest. Dus, toen de mens de boom des levens afwees, verviel zijn denken aan menselijk redeneren en de heersende geest van Satan zelf.

 

 

Het probleem met het menselijk verstand

 

Sprekende over de duivel, zegt Paulus dat er een geest in de wereld is.

1 Corinthiërs 2:12  Wij nu hebben niet de geest der wereld ontvangen, maar de Geest uit God, opdat wij zouden weten, wat ons door God in genade geschonken is.

Efeziërs 2:1  Ook u, hoewel gij dood waart door uw overtredingen en zonden, 2  waarin gij vroeger gewandeld hebt overeenkomstig de loop dezer wereld, overeenkomstig de overste van de macht der lucht, van de geest, die thans werkzaam is in de kinderen der ongehoorzaamheid, 3  (trouwens, ook wij allen hebben vroeger daarin verkeerd, in de begeerten van ons vlees, handelende naar de wil van het vlees en van de gedachten, en wij waren van nature, evenzeer als de overigen, kinderen des toorns).

Satans geest wordt ontvangen door het verstand van de mens. Hij is de auteur van het kwaad van het menselijk verstand dat wij menselijke natuur noemen. Jeremia zegt van het menselijk verstand:

Jeremia 17:9  Arglistig is het hart boven alles, ja, verderfelijk is het; wie kan het kennen?

Het vleselijk verstand is van nature gekant tegen de dingen van God. In feite zegt de Bijbel dat de gezindheid van het vlees vijandschap is tegen God.

Romeinen 8:7  Daarom dat de gezindheid van het vlees vijandschap is tegen God; want het onderwerpt zich niet aan de wet Gods; trouwens, het kan dat ook niet.

Romeinen 7:14  Wij weten immers, dat de wet geestelijk is; ik echter ben vlees, verkocht onder de zonde. 15  Want wat ik uitwerk, weet ik niet; want ik doe niet wat ik wens, maar waar ik een afkeer van heb, dat doe ik.

Wat is de oplossing van deze onthutsende situatie? Het antwoord is een verandering van denken. Dit kan slechts teweeg gebracht worden door toevoeging van de heilige Geest aan het menselijk verstand. Pinksteren – zowel het oorspronkelijke Pinksterfeest door Israël in de woestijn gehouden als de eerste opgetekende naleving van deze dag door de vroege nieuwtestamentische Gemeente – openbaart dit.

 

 

Israël en de ontbrekende dimensie

 

Het Oude Verbond werd op de Pinksterdag gesloten.

Uit verschillende passages van het Oude Testament blijkt dat de relatie tussen God en Israël een huwelijksrelatie was. God beloofde hen tot de grootste natie op aarde te maken – met onvergelijkbare rijkdom en zegeningen. Hij beloofde hen te genezen, hen te verdedigen en voor hen te zorgen. Alles wat Hij verlangde was dat zij Hem boven alle andere goden (die niet bestaan) stelden en de wetten gehoorzaamden die Hij hun voor hun welzijn gaf. De Eeuwige had zo'n aanbod nooit aan enig ander volk in de wereldgeschiedenis gegeven.

Waarom mislukte dit? Vroeg God Israël iets dat onredelijk was? Waren Gods wetten die het verbond omvatten onvolmaakt? Moesten zij op de een of andere manier vervangen worden?

De Schrift laat ons zien dat het probleem met het Oude Verbond niet bij God of zijn wet lag. Het probleem lag bij de ontrouw van het volk.

Hebreeën 8:7  Want indien dat eerste onberispelijk ware geweest, zou er geen plaats gezocht zijn voor een tweede. 8  Want Hij berispt hen [de Israëlieten], als Hij zegt: Zie, er komen dagen, spreekt de Here, dat Ik voor het huis Israëls en het huis Juda een nieuw verbond tot stand zal brengen, 9  niet zoals het verbond, dat Ik met hun vaderen maakte ten dage, dat Ik hen bij de hand nam om hen uit het land Egypte te leiden, want zij hebben zich niet gehouden aan mijn verbond en Ik heb Mij niet meer om hen bekommerd, spreekt de Here.

De voornaamste vraag is hier: waarom? Waarom zou Israël zulke ongeëvenaarde zegeningen opgeven? Waarom waren zij ontrouw ondanks dat God hun alles beloofde te geven waarnaar de meeste mensen streven om te verkrijgen – inclusief gezondheid, rijkdom en vrede? De reden is eenvoudig. Zij hadden geen hart dat neigde naar de dingen Gods.

Deuteronomium 5:29  Och, hadden zij steeds zulk een hart om Mij te vrezen en om al mijn geboden te onderhouden, opdat het hun en hun kinderen voor altoos wel mocht gaan!

Deze ’ontbrekende dimensie’ in hun denken dreef hen weg van deze fantastische verbondsrelatie.

 

 

Het antwoord geprofeteerd

 

God voorzag dit probleem en was van plan een speciaal verbond te maken met de mensheid waarvan het Oude Verbond slechts een voorloper was.

Jeremia 31:33  Maar dit is het verbond, dat Ik met het huis van Israël sluiten zal na deze dagen, luidt het woord des HEREN: Ik zal mijn wet in hun binnenste leggen en die in hun hart schrijven, Ik zal hun tot een God zijn en zij zullen Mij tot een volk zijn.

Dit staat ook in Hebreeën 8:10. Hoe kan de wet in ons binnenste en ons hart gelegd worden? Door te voorzien in wat ontbreekt – Gods heilige Geest

Ezechiël 36:27  Mijn Geest zal Ik in uw binnenste geven en maken, dat gij naar mijn inzettingen wandelt en naarstig mijn verordeningen onderhoudt.

De enige manier waarop Israël, en in feite de gehele mensheid, het hart kon hebben om God te gehoorzamen, was om Hem te laten voorzien in dat wat ontbrak – een hart en verstand geneigd naar zijn weg. Dit kon alleen bereikt worden door toevoeging van de heilige Geest.

 

 

Pinksteren en het Nieuwe Verbond

 

Het Nieuwe Verbond voorziet in deze ontbrekende dimensie! Het is geen betere wet dat verlangd wordt, Gods wetten zijn volmaakt. God zegt dat Hij diezelfde wetten in ons binnenste zal schrijven door zijn heilige Geest. Dan kunnen wij ons deze principes eigen maken, die het denkproces van God zelf vertegenwoordigen. Ons verstand wordt als dat van God wanneer we „deelhebben aan de goddelijke natuur” (2 Petrus 1:4). We worden compleet wanneer het derde ingrediënt, nodig voor ons verstand – de heilige Geest – de geest van deze wereld vervangt, aldus van een hart voorziet dat neigt om de wil van God te doen.

God verschafte een glimp van dit verbond in actie, toen de heilige Geest aan de nieuwtestamentische Gemeente werd gegeven op de Pinksterdag.

Handelingen 2:1  En toen de Pinksterdag aanbrak, waren allen tezamen bijeen. 2  En eensklaps kwam er uit de hemel een geluid als van een geweldige windvlaag en vulde het gehele huis, waar zij gezeten waren. 3  en er vertoonden zich aan hen tongen als van vuur, die zich verdeelden, en het zette zich op ieder van hen; 4  en zij werden allen vervuld met de heilige Geest . . .

Petrus is een prachtig voorbeeld van een veranderde geest gesmeed door de aanwezigheid van Gods heilige Geest. De apostelen waren voor deze tijd niet bekeerd – Gods Geest was voordien al wel met hen, maar nog niet in hen.

Johannes 14:16  En Ik zal de Vader bidden en Hij zal u een andere Trooster geven om tot in eeuwigheid bij u te zijn, 17  de Geest der waarheid, die de wereld niet kan ontvangen, want zij ziet Hem niet en kent Hem niet; maar gij kent Hem, want Hij blijft bij u en zal in u zijn.

Vóór die Pinksterdag was Gods Geest nog niet in hen en dat is eenvoudig te zien door hun gebrek aan geestelijk begrip en voortdurend onderlinge strijd om posities. Christus zei tegen Petrus:

Lukas 22:32  maar Ik heb voor u gebeden, dat uw geloof niet zou bezwijken. En gij, als gij eenmaal tot bekering gekomen zijt, versterk dan uw broederen.

Een bevreesde Petrus had, voordat hij Gods Geest ontving, driemaal ontkend zelfs Christus maar te kennen. Na de Geest ontvangen te hebben, predikte hij onverschrokken en openhartig bekering en bestrafte de mensen voor hun aansprakelijkheid voor de dood van Christus.

Het Nieuwe Verbond van deze bijzondere Pinksterdag is nog slechts een verbond voor zeer weinigen. Vanaf die dag stelt God zijn Geest beschikbaar voor de ’eerstelingen’, maar die dag wijst ook naar de tijd in de toekomst wanneer deze Geest beschikbaar gesteld zal worden voor de gehele mensheid.

 

 

Het geestelijke slachtveld

 

De neiging van de mens tot het kwaad kan slechts teniet gedaan worden door de inwoning van Gods heilige Geest. Zonder dit is hij volstrekt niet in staat zijn basisinstincten te onderwerpen om de juiste dingen te doen.

De kern van het menselijk probleem is geestelijk en kan slechts op een geestelijk niveau opgelost worden.

Efeziërs 6:10  Voorts, weest krachtig in de Here en in de sterkte zijner macht. 11  Doet de wapenrusting Gods aan, om te kunnen standhouden tegen de verleidingen des duivels; 12  want wij hebben niet te worstelen tegen bloed en vlees, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers dezer duisternis, tegen de boze geesten in de hemelse gewesten.

Onze hersenen zijn fysiek maar onze gedachten hebben geestelijke capaciteiten. Feitelijk gebeuren onze mentale gevechten niet in de eerste plaats op het fysieke niveau. Ons ware gevecht met de menselijke natuur is een geestelijke. Die natuur komt van de geest van deze wereld, de inspiratie van Satan de duivel. Dus is het tegengif ook een geestelijke – de heilige Geest die de uitzending van de tegenstander verdringt. We kunnen denken dat onze problemen fysiek zijn, of zelfs veroorzaakt door andere mensen, maar God laat ons zien dat we op een dieper liggend niveau worstelen tegen geestelijke krachten.

Het antwoord op de onvolkomenheden van de menselijke geest is Gods Geest ontvangen. Dit brengt ons bij het belang van de Pinksterdag – het stelt het beschikbaar komen van Gods Geest voor, zodat wij bevrijd kunnen worden van de slavernij van de menselijke natuur. Slechts dan kunnen wij tot stand brengen waar de apostel Paulus over spreekt.

2 Corinthiërs 10:3  Want al leven wij in het vlees, wij trekken niet ten strijde naar het vlees, 4  want de wapenen van onze veldtocht zijn niet vleselijk, maar krachtig voor God tot het slechten van bolwerken, 5  zodat wij de redeneringen en elke schans, die opgeworpen wordt tegen de kennis van God, slechten, elk bedenksel als krijgsgevangene brengen onder de gehoorzaamheid aan Christus.

Wijzelf zijn niet krachtig genoeg om onszelf te overwinnen. Noch zijn wijzelf krachtig genoeg om Satan en zijn wereld te overwinnen. Wij hebben een grotere macht nodig dan onszelf als wij de verleidingen en de hartstochten van onze gedachten willen verslaan. Die bron is de Geest van God, dezelfde Geest die God gebruikte om het universum te creëren, oneindig veel machtiger dan de natuur in ons, of Satan en de wereld die hij domineert.

 

 

Hoe wij de ontbrekende dimensie ontvangen

 

De Geest van God is niet iets wat wij zelf kunnen aanschaffen of nemen. Het is het gratis geschenk van God – een die wij zelfs niet kunnen verdienen door onze eigen inspanningen. Er zijn echter een aantal vereisten.

Ten eerste moeten wij door God worden geroepen om een deel van zijn Gemeente en gezin te zijn.

Johannes 6:44  Niemand kan tot Mij komen, tenzij de Vader, die Mij gezonden heeft, hem trekke, en Ik zal hem opwekken ten jongsten dage.

Het is niet ons verlangen, inspanning of initiatief dat ons tot God brengt. Het proces begint met zijn roeping.

Nadat God ons roept moeten wij gedoopt worden. Dit wordt tot stand gebracht wanneer we een vast geloof hebben in de geopenbaarde waarheid van God en wanneer wij ons bekeren.

Handelingen 2:37  Toen zij dit hoorden, werden zij diep in hun hart getroffen, en zij zeiden tot Petrus en de andere apostelen: Wat moeten wij doen, mannen broeders? 38  En Petrus antwoordde hun: Bekeert u en een ieder van u late zich dopen op de naam van Jezus Christus, tot vergeving van uw zonden, en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen.

Handelingen 8:36  En terwijl zij onderweg waren, kwamen zij bij een water, en de kamerling zeide: Zie, daar is water; wat is ertegen, dat ik gedoopt word? 37  En hij zeide: Indien gij van ganser harte gelooft, is het geoorloofd. En hij antwoordde en zeide: Ik geloof, dat Jezus Christus de Zoon van God is.

We moeten zeker weten wat van ons gevraagd wordt, of we Gods weg kunnen en willen gaan.

Lukas 14:26  Indien iemand tot Mij komt, en niet haat zijn vader en moeder en vrouw en kinderen en broeders en zusters, ja zelfs zijn eigen leven [d.w.z. de levenswijze van zijn familie, ook „zijn eigen leven”], die kan mijn discipel niet zijn. 27  Wie niet zijn kruis draagt en achter Mij komt, kan mijn discipel niet zijn. 28  Want wie van u, die een toren wil bouwen, zet zich niet eerst neder om de kosten te berekenen, of hij het werk zal kunnen volbrengen? 29  Anders zouden, als hij de fundering gemaakt had, en het werk niet kon voltooien, allen, die het zagen, beginnen hem te bespotten, 30  zeggende: Die man begon te bouwen, maar hij kon het niet voltooien. 31  Of, welke koning, die tegen een andere koning wil optrekken om met hem tot een treffen te komen, zet zich niet eerst neder om te beraadslagen, of hij in staat is met tienduizend man iemand te ontmoeten, die met twintigduizend tegen hem optrekt? 32  En zo niet, dan zendt hij, als de ander nog veraf is, een gezantschap en vraagt om de vredesvoorwaarden. 33  Zo zal dus niemand van u, die niet afstand doet van al wat hij heeft, mijn discipel kunnen zijn.

De doop echter geeft ons eigenlijk niet de gave van de heilige Geest – dit wordt tot stand gebracht via een aparte ceremonie na de doop, genoemd de handoplegging.

 

 

Gebruiken of verliezen

 

Wanneer we eenmaal de Geest van God hebben, moeten we hem gebruiken anders zullen we hem verliezen. Dus, wetend van welk belang het is om de vlam brandende te houden, waarschuwt Paulus ons:

1 Thessalonicen 5:19  Dooft de Geest niet uit.

En hij zei tegen de jonge evangelist Timotheüs:

2 Timotheüs 1:6  Om die reden herinner ik u eraan, de gave Gods aan te wakkeren, die door mijn handoplegging in u is.

Wij hebben een constante voorraad van de Geest van Jezus Christus nodig.

Filippenzen 1:19  Want ik weet, dat dit mij tot behoud zal strekken door uw gebed en de bijstand des Geestes van Jezus Christus.

Johannes 3:34  Want Hij, die God gezonden heeft, die spreekt de woorden Gods, want Hij geeft de Geest niet met mate.

Hierom is het van het grootste belang om op regelmatige basis te bidden, studeren, vasten en mediteren om onze geestelijke brandstof bij te vullen. Denk aan Paulus' vermaning om de innerlijke mens van dag tot dag te vernieuwen.

2 Corinthiërs 4:16  Daarom verliezen wij de moed niet, maar al vervalt ook onze uiterlijke mens, nochtans wordt de innerlijke van dag tot dag vernieuwd.

We hebben de heilige Geest nodig om eeuwig leven te kunnen ontvangen.

Galaten 6:8  Want wie op [de akker van] zijn vlees zaait, zal uit zijn vlees verderf oogsten, maar wie op [de akker van] de Geest zaait, zal uit de Geest eeuwig leven oogsten.

Zij die Gods Geest in zich hebben, zullen geboren worden in het Gezin van God en dat maakt Gods schepping volkomen: de mens zal dan ook geestelijk volkomen geschapen zijn naar Gods beeld en gelijkenis.

 

 

 

Nog meer over de

heilige Geest

 

 

Is de heilige Geest een kracht van God die rond de aarde zweeft? Of een persoon die deel uitmaakt van de godheid? Kunnen we voelen of we de heilige Geest hebben?

Veel mensen die beweren christen te zijn, zeggen dagelijks een ontmoeting te hebben met de heilige Geest. Soms kan dat gepaard gaan met een emotionele uitbarsting, zeggen ze. Moet een christen op zoek gaan naar de doop met de heilige Geest? Het christendom geeft geen eenduidig antwoord en kan dat ook niet, er is immers grote verdeeldheid in de zogenaamde christelijke wereld, een wereld die door Satan is misleid. Wordt het geen tijd om zelf in de Bijbel te gaan lezen wat de rol en de werkzame kracht van de heilige Geest is.

 

 

De rol van de heilige Geest

 

Hoe ontvangen wij Gods Geest? En hoe werkt hij in het leven van een christen? Wat is eigenlijk een christen? Hoe omschrijft de Bijbel een christen in de meest precieze zin?

De Bijbel geeft een duidelijke definitie van wie tot Christus behoort, dat wil zeggen, wie in de ware zin des woords een christen kan worden genoemd. Let op de leer van de apostel Paulus: „Indien iemand echter de Geest van Christus niet heeft, die behoort Hem niet toe” (Romeinen 8:9). De heilige Geest is dus een wezenlijk aspect van de bijbelse definitie van een christen.

Paulus vervolgt in vers 11: „En indien de Geest van Hem, die Jezus uit de doden heeft opgewekt, in u woont, dan zal Hij, die Christus Jezus uit de doden opgewekt heeft, ook uw sterfelijke lichamen levend maken door zijn Geest, die in u woont”. Met andere woorden, alleen zij die door Gods Geest worden geleid hebben toegang tot het eeuwige leven.

Het wordt volkomen duidelijk dat de heilige Geest een belangrijke rol speelt in het leven van Christus' volgelingen. In vers 14 geeft Paulus een heel duidelijke omschrijving: „Want allen, die door de Geest Gods geleid worden, zijn zonen Gods”. De heilige Geest identificeert ons met Christus (vers 9); hij maakt voor de mens, een sterfelijk wezen, onsterfelijkheid mogelijk (vers 11); hij maakt een leven van gehoorzaamheid en overwinnen mogelijk.

Vers 13  Want indien gij naar het vlees leeft, zult gij sterven; maar indien gij door de Geest de werkingen des lichaams doodt, zult gij leven.

En hij leidt (bestuurt, versterkt en motiveert) de kinderen van God. Kortom, Gods Geest – ook wel de Geest van Christus genoemd – is wat iemand tot christen maakt, dat wil zeggen, tot een door de Geest geleide volgeling van Jezus Christus.

Als de heilige Geest datgene is dat bepaalt of iemand christen is en iemand tot een kind van God maakt, is het van groot belang dat wij meer over die Geest en zijn rol te weten komen.

 

 

Kracht voor verandering

 

De heilige Geest wordt in de Bijbel beschreven als een kracht die werkt in het leven van mensen, die hen helpt en hun meer van God en zijn wil voor de mensheid openbaart.

In Galaten 5:22 hebben wij een beschrijving van wat de heilige Geest in iemands leven voortbrengt: „liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing”. De heilige Geest staat in verband met Gods heilige karakter. Hij dient Gods mensen als „trooster” of helper (Johannes 16:7) die meehelpt de gerechtigheid van God in hen te ontwikkelen.

In Romeinen 5:5 lezen we: „En de hoop maakt niet beschaamd, omdat de liefde Gods in onze harten uitgestort is door de heilige Geest, die ons gegeven is”. Hier wordt de Geest beschreven als Gods geschenk aan ons, als Gods liefde die naar ons uitgaat en door ons naar anderen. De overweldigende en verheven waarheid is dat God dit aan ons belooft en dat wij toegang kunnen hebben tot deze onvergelijkelijke en onbetaalbare gift.

Hoe ontvangen wij de heilige Geest? Wat zal de Geest doen in ons leven?

 

 

Hoe Gods Geest ontvangen

 

In Lukas 24:45 lezen we dat Christus het verstand van zijn discipelen opende, „zodat zij de Schriften begrepen”. Hij had zojuist verklaard dat de Wet, de profeten en de geschriften over Hem hadden geprofeteerd en de discipelen waren pas getuige geweest van de vervulling van veel van die profetieën. Hij verklaarde zijn dood en opstanding en zei hun dat zij getuige waren van deze dingen en dat bekering en vergeving van zonden aan alle volken moesten worden gepredikt, te beginnen in Jeruzalem (vers 46-47).

Om hun taak te kunnen vervullen hadden zij evenwel iets nodig dat zij niet hadden. Tenslotte hadden zij Hem, nog slechts enkele dagen daarvoor, allen verlaten en waren zij uit vrees voor hun leven gevlucht. Jezus wist dit en stelde hen gerust: „En zie, Ik doe de belofte mijns Vaders op u komen. Maar gij moet in de stad blijven, totdat gij bekleed wordt met kracht uit den hoge” (vers 49). Dezelfde schrijver, Lukas, herhaalt die aansporing in Handelingen 1:4-5, waar Christus de discipelen zegt in Jeruzalem te blijven totdat zij de heilige Geest zouden ontvangen.

Handelingen 2 vermeldt de wonderbaarlijke manier waarop de heilige Geest werd gegeven op de Pinksterdag na Christus' dood en opstanding. De heilige Geest werd gegeven met grote kracht om de 120 discipelen die in Jeruzalem bijeenwaren – en later die dag nog eens duizenden mensen – te inspireren en motiveren. Aan het eind van Petrus' eerste geïnspireerde toespraak waren zijn toehoorders „diep in hun hart getroffen, en zij zeiden tot Petrus en de andere apostelen: Wat moeten wij doen, mannen broeders?” (vers 37.) Zij wilden dat hun zonden zouden worden vergeven en dat zij de heilige Geest zouden ontvangen die zij in het leven van Christus' volgelingen aan het werk zagen.

Dit geldt ook voor vandaag. Wij allen hebben vergeving nodig. Wij hebben allen de heilige Geest nodig. Petrus' antwoord op de vraag van de mensen was: „Bekeert u en een ieder van u late zich dopen op de naam van Jezus Christus, tot vergeving van uw zonden, en gij zult de gave des heiligen Geestes ontvangen. Want voor u is de belofte en voor uw kinderen en voor allen, die verre zijn, zovelen als de Here, onze God, ertoe roepen zal” (vers 38-39).

Om zijn heilige Geest te ontvangen roept God ons dus op ons te bekeren, dat wil zeggen, onze mentale instelling, onze hele kijk op het leven, te veranderen en onze wil aan Hem over te geven. Vervolgens zegt Hij dat we ons moeten laten dopen. In Handelingen 8:12-22 zien we dat, als iemand zich eenmaal in geloof heeft bekeerd en is gedoopt, hij de heilige Geest ontvangt door de oplegging van handen.

Paulus schreef aan de jonge evangelist Timotheüs: „Om die reden herinner ik u eraan, de gave Gods aan te wakkeren, die door mijn handoplegging in u is. Want God heeft ons niet gegeven een geest van lafhartigheid, maar van kracht, van liefde en van bezonnenheid” (2 Timotheüs 1:6-7). Voor die geest van bezonnenheid, de gezindheid van Christus, moeten wij Gods Geest hebben.

Filippenzen 2:5  Laat die gezindheid bij u zijn, welke ook in Christus Jezus was.

1 Corinthiërs 2:16  Want wie kent de zin des Heren, dat hij Hem zou voorlichten? Maar wij hebben de zin van Christus.

 

 

Christus' leer

 

Wij hebben in het kort behandeld hoe Gods Geest in ons leven komt. Maar wat zal de Geest in ons leven doen? Wat is de rol ervan?

De apostel Johannes vermeldt veel over wat Jezus Christus zei aangaande de rol van de heilige Geest. In de wetenschap dat Hij spoedig zou sterven en hen dus zou verlaten, zei Jezus tegen de discipelen over de kracht die spoedig op hen zou komen: „Wanneer gij Mij liefhebt, zult gij mijn geboden bewaren. En Ik zal de Vader bidden en Hij zal u een andere Trooster geven om tot in eeuwigheid bij u te zijn” (Johannes 14:15-16).

Vers 17-18 zegt dat de heilige Geest de Geest der Waarheid is die in hen zou wonen en met hen zou zijn. In vers 26 zei Christus van deze Geest: „Maar de Trooster, de heilige Geest, die de Vader zenden zal in mijn naam, die zal u alles leren en u te binnen brengen al wat Ik u gezegd heb”. De Geest zou dus het schrijven van de Evangeliën mogelijk maken en Christus' volgelingen geestelijk inzicht geven.

In Johannes 16 zegt Christus waarom Hij naar zijn Vader in de hemel moet gaan: „Het is beter voor u, dat Ik heenga. Want indien Ik niet heenga, kan de Trooster niet tot u komen, maar indien Ik heenga, zal Ik Hem tot u zenden” (vers 7). Hij is naar de Vader gegaan om zich als volmaakt offer aan te bieden. Onze Vader heeft deze hoogst mogelijke prijs aanvaard waarmee betaald is voor alle mensen die zich bekeren en een beroep doen op dit offer. Na de aanvaarding van Christus' offer kan God een oprechte bekeerling zijn Geest schenken.

 

 

Hoe de heilige Geest werkt

 

Christus toonde drie verschillende functies van de heilige Geest.

Johannes 16:8  En als Hij komt, zal Hij de wereld overtuigen van [1] zonde en van [2] gerechtigheid en van [3] oordeel.

De eerste functie: overtuigen van zonde. Hoe konden de mensen die op de Pinksterdag „diep in hun hart waren getroffen” (Handelingen 2:37) in die toestand komen en inzien wat hun ware geestelijke staat was en dat zij hulp nodig hadden? Het was door de overtuigingskracht van Gods Geest.

Deze zelfde Geest bracht de Ethiopische staatsdienaar ertoe Filippus te vragen: „Wat is ertegen, dat ik gedoopt word?” (Handelingen 8:36.) Die Geest bracht Paulus tot bekering (Handelingen 9:6, 17). Hij bracht in Filippi de gevangenbewaarder, die eerder Paulus en Silas had laten geselen en ketenen, ertoe bevend voor hen neer te vallen en te smeken: „Heren, wat moet ik doen om behouden te worden?” (Handelingen 16:30.)

Paulus schrijft dat de goedheid van God ons tot bekering leidt.

Romeinen 2:4  Of veracht gij de rijkdom van zijn goedertierenheid, verdraagzaamheid en lankmoedigheid, en beseft gij niet, dat de goedertierenheid Gods u tot boetvaardigheid leidt?

Door zijn Geest helpt God ons onze ware geestelijke conditie te zien en onze behoefte aan bekering te erkennen. Vervolgens moeten wij naar die overtuiging handelen: ons bekeren, ons laten dopen en Gods Geest ontvangen door de oplegging van handen van Gods dienaren.

Een tweede functie van Gods Geest is, zoals opgetekend in Johannes 16:8, de wereld te overtuigen „van gerechtigheid”. Nadat onze zonden zijn vergeven, kunnen wij niet gewoon doorgaan met zondigen, zoals Paulus duidelijk uitlegt. In Romeinen 6 beschrijft hij het veranderde leven van iemand die waarlijk door Gods Geest wordt geleid. Eens dienden we de zonde, nu dienen wij een nieuwe meester: Gods gerechtigheid.

Romeinen 6:17  Maar Gode zij dank: gij waart slaven der zonde [tot de heilige Geest ons ervan overtuigde dat wij ons moesten bekeren en de zonde achter ons laten], doch gij zijt van harte gehoorzaam geworden aan die vorm van onderricht, die u overgeleverd is; 18  en, vrijgemaakt van de zonde [vergeven en verzoend door het bloed van Jezus Christus], zijt gij in dienst gekomen van de gerechtigheid [het naleven van Gods geboden].

Na een leven van zonde beginnen we aan een nieuw leven van nederige gehoorzaamheid aan Gods wetten. Dit kenmerkt het leven van hen die door Gods Geest worden geleid.

Psalmen 119:172  Mijn tong zal uw woord bezingen, want al uw geboden zijn gerechtigheid.

1 Johannes 3:7  Kinderkens, laat niemand u misleiden. Wie de rechtvaardigheid doet, is rechtvaardig, gelijk Hij rechtvaardig is; 8  wie de zonde doet is uit de duivel, want de duivel zondigt van den beginne. Hiertoe is de Zoon van God geopenbaard, opdat Hij de werken des duivels verbreken zou. 9  Een ieder, die uit God geboren is [in het Koninkrijk dat spoedig zal komen], doet geen zonde; want het zaad Gods blijft in hem en hij kan niet zondigen, want hij is uit God geboren. 10  Hieraan zijn de kinderen Gods en de kinderen des duivels kenbaar: een ieder die de rechtvaardigheid niet doet, is niet uit God, evenmin als wie zijn broeder niet liefheeft.

1 Johannes 5:17  Alle ongerechtigheid is zonde.

De derde functie van Gods Geest, vermeld in Johannes 16, is dat de wereld moet worden overtuigd „van oordeel”. De heilige Geest doet ons beseffen dat „wij allen gesteld [zullen] worden voor de rechterstoel Gods” en dat „voor Mij alle knie zich zal buigen, en alle tong God zal loven” (Romeinen 14:10-11). Hij herinnert ons er regelmatig aan dat „een ieder onzer voor zichzelf rekenschap [zal] geven aan God” (vers 12).

Hoe groot is onze liefhebbende God en Vader die alle dingen heeft mogelijk gemaakt door zijn Zoon Jezus Christus (Mattheüs 19:26). Zijn werk in ons wordt gedaan door het grootste geschenk dat mensen ooit kunnen krijgen: de kracht, de liefde en de geest van Christus door de Geest van God die in ons leven werkt.

 

 

 

De heilige Geest:

Gods werkzame kracht

 

 

De meeste mensen begrijpen de werking van de heilige Geest niet. Bijgevolg herkennen zij niet het vermogen ervan om hun leven te veranderen.

Bijna 2000 jaar geleden vond er een wonderbaarlijke, gewichtige gebeurtenis plaats: de nieuwtestamentische Gemeente werd gesticht op het Pinksterfeest. Wat deze gebeurtenis zo opzienbarend maakte – en uit Handelingen 2 blijkt dat de omstandigheden van die dag werkelijk dramatisch en spectaculair waren – was het geven van Gods Geest aan de volgelingen van Jezus Christus zoals Hij had beloofd (Johannes 14:16-17, 26; 15:26; 16:7-14; Handelingen 1:4-5, 8).

Wat is deze heilige Geest die die dag op Christus' volgelingen werd uitgestort? Waarom gebeurden deze dingen? Wat moeten wij van deze vreemde gebeurtenissen leren?

Om de gebeurtenissen te begrijpen moeten wij eerst weten wat de heilige Geest is en niet is. Om dat te bevatten moeten wij begrijpen wat de heilige Geest doet.

Wat leert de Bijbel dus over de heilige Geest?

 

 

Begrippen van 'geest'

 

Eerst moeten wij het begrip ’geest’ zoals het in de Bijbel wordt gebruikt bekijken. Wat is geest en wat betekent dat woord?

Vier woorden – twee Hebreeuwse en twee Griekse – worden in de Bijbel met ’geest’ vertaald. Van deze vier worden er twee slechts tweemaal gebruikt: het Hebreeuwse woord nesjama, dat ’adem’ betekent, en het Griekse woord phantasma, dat ’spook’ of ’verschijning’ betekent. De andere twee woorden zijn het Hebreeuwse woord roeach en het Griekse pneuma, die elk honderden malen voorkomen. Begrip van deze woorden is doorslaggevend voor het begrijpen van de heilige Geest.

Roeach betekent adem, lucht; wind; windvlaag; geest; moed; stemming; Geest. Van de bijna 400 keer dat het wordt gebruikt, is het meer dan 200 keer vertaald met ’Geest’ of ’geest’, 70 à 80 keer (afhankelijk van de vertaling) met ’wind’, verder ook met ’adem’ en nog enkele andere uitdrukkingen. In de meeste bijbelvertalingen wordt roeach op min of meer dezelfde wijze vertaald.

De begrippen ’wind’, ’adem’ en ’geest’ waren in de denkwereld en de taal van de Bijbel aan elkaar verwant. Wij zien deze vervlochten in het gebruik van roeach in Ezechiël 37, waar een grote menigte mensen wordt beschreven die wordt opgewekt, opnieuw tot fysiek leven wordt gebracht, om Gods waarheid te begrijpen. In dit fascinerende verslag is de manier waarop roeach het verband tussen deze ideeën uitdrukt buitengewoon. Om dit te illustreren wordt het woord roeach in de volgende passage ingevoegd op plaatsen waar het in de Hebreeuwse tekst staat.

„De hand des Heren kwam op mij, en de Here voerde mij in de geest [roeach] naar buiten en zette mij neer in een dal; dat was vol beenderen . . . Toen zeide Hij tot mij: Profeteer over deze beenderen en zeg tot hen: gij dorre beenderen, hoort het woord des Heren. Zo spreekt de Here Here tot deze beenderen: Zie, Ik breng geest [roeach] in u, en gij zult herleven . . . Ik nu profeteerde zoals mij bevolen was, en zodra ik profeteerde, ontstond er een geruis, en zie, een beweging, en de beenderen voegden zich aaneen zoals zij bij elkander behoorden; ik zag toe, en zie, er kwamen spieren op, en vlees, en er trok een huid overheen; maar geest [roeach] was er nog niet in hen. Daarop zeide Hij tot mij: Profeteer tot de geest [roeach], profeteer, mensenkind, en zeg tot de geest [roeach]: zo zegt de Here Here: kom van de vier windstreken [roeach], o geest [roeach], en blaas in deze gedoden, zodat zij herleven. Toen profeteerde ik, zoals Hij mij bevolen had; en de geest [roeach] kwam in hen en zij herleefden en gingen op hun voeten staan, een geweldig groot leger. Voorts zeide Hij tot mij: . . . profeteer en zeg tot hen: . . . Ik zal mijn Geest [roeach] in u geven, zodat gij herleeft en Ik zal u doen wonen in uw land: en gij zult weten, dat Ik, de Here, het gesproken en gedaan heb, luidt het woord des Heren” (Ezechiël 37:1, 4-5, 7-12, 14).

Hier zien we roeach in één hoofdstuk op drie manieren vertaald: „Geest” (verwijzend naar Gods Geest), „geest” (verwijzend naar de menselijke geest, ook wel ’adem’) en „wind(streken)”.

 

 

'Geest' in het Grieks

 

Wat is de betekenis van pneuma? Dit woord betekent in de eerste plaats ’de wind’ (verwant aan pneo, ’ademen’, ’blazen’); ook ’adem’; vervolgens en in het bijzonder ’de geest’, die evenals de wind onzichtbaar, immaterieel en krachtig is. Het woord komt bijna 400 keer voor en wordt gewoonlijk als ’Geest’ of ’geest’ weergegeven.

Laten we eens kijken naar pneuma. De Griekse stam komt terug in verscheidene moderne woorden, zoals ’pneumonie’ (longontsteking, een infectie van het ademhalingsstelsel), ’pneumatisch’, door luchtdruk aangedreven, ’pneumatica’, de wetenschap die de eigenschappen van lucht en andere gassen bestudeert, aëromechanica, luchtbewegingsleer. Deze hebben allemaal te maken met lucht, adem, wind of kracht door luchtdruk. Als u ademt, is er sprake van een luchtstroom (’wind’) die het lichaam in- en uitgaat; ademen is eenvoudig op kleine schaal wind veroorzaken.

Pneuma is het equivalent van het Hebreeuwse roeach. In Lukas 4:18, waar Christus uit Jesaja 61:1 leest, staat in het Grieks pneuma als vertaling van het Hebreeuwse roeach dat verwijst naar „de Geest [roeach/pneuma] des Heren”. In de Septuagint, een Griekse vertaling van de Hebreeuwse geschriften (het Oude Testament) uit de derde en tweede eeuw v.C., die werd gebruikt in de tijd van de vroege Gemeente, is roeach steeds met pneuma vertaald.

 

 

Verwante begrippen

 

In het Nieuwe Testament zien we tussen geest, adem en wind hetzelfde verband als in het Oude. Hoewel het Grieks (in tegenstelling tot het Hebreeuws) een apart woord voor wind heeft (anemos), zijn pneuma en het ermee verbonden werkwoord pneo gebruikt als vertaling van het begrip ’adem’ (2 Thessalinicenzen 2:8), ’wind’ (Johannes 3:8; Handelingen 27:40) en ’waaien’ (Lukas 12:55).

2 Thessalonicen 2:8  Dan zal de wetteloze zich openbaren; hem zal de Here Jezus doden door de adem [pneuma] zijns monds en machteloos maken door zijn verschijning, als Hij komt.

Johannes 3:8  De wind [pneuma] blaast, waarheen hij wil, en gij hoort zijn geluid, maar gij weet niet, vanwaar hij komt of waar hij heengaat; zo is een ieder, die uit de Geest geboren is.

Handelingen 27:40  En zij haalden de ankers op en lieten zich voor de zee wegdrijven, terwijl zij meteen de roerbanden losmaakten, het voorzeil voor de wind [pneo] hesen en op het strand aanhielden.

Lukas 12:55  En wanneer gij de zuidenwind ziet waaien [pneo], zegt gij: Er zal hitte komen, en het gebeurt.

Jezus Christus zelf legde dit verband. Zonder begrip van deze achtergrond zijn de details van het voorval toen Jezus na zijn opstanding aan zijn volgelingen verscheen verwarrend. Nadat Hij hun de wonden in zijn handen en zijde had getoond, ter verificatie dat Hij inderdaad uit de dood was opgestaan, vermeldt Johannes dat Jezus zei: „Vrede zij u! Gelijk de Vader Mij gezonden heeft, zend Ik ook u. En na dit gezegd te hebben, blies Hij op hen en zeide tot hen: Ontvangt de heilige Geest [pneuma]” (Johannes 20:21-22).

Eerder had Hij hun gezegd dat Hij hun een ’trooster’ zou zenden, de heilige Geest. Hier herhaalt Hij deze belofte en toont Hij bovendien de aard van de Geest die Hij zou zenden: deze zou zijn als adem, als wind, iets wat zij niet konden zien, maar zij zouden worden beïnvloed door de kracht ervan.

En dit is ook wat er gebeurde.

 

 

Spectaculair teken van Gods Geest

 

In Handelingen 2 lezen we over de vervulling van de belofte dat de heilige Geest tot hen zou komen. „En toen de Pinksterdag aanbrak, waren allen tezamen bijeen. En eensklaps kwam er uit de hemel een geluid als van een geweldige windvlaag en vulde het gehele huis, waar zij gezeten waren; en er vertoonden zich aan hen tongen als van vuur, die zich verdeelden, en het zette zich op ieder van hen; en zij werden allen vervuld met de heilige Geest en begonnen met andere tongen te spreken, zoals de Geest het hun gaf uit te spreken” (Handelingen 2:1-4).

Het geluid dat met het geven van de heilige Geest gepaard ging was dat van een ruisende, harde windniet het geluid van een trompet of een kreet, geluiden die elders in de Bijbel wonderbaarlijke gebeurtenissen begeleiden (1 Corinthiërs 15:52; 1 Thessalonicenzen 4:16). Het geluid was van wind, waarmee opnieuw het verband met wind en geest wordt aangetoond.

Waarom wordt in dit verslag over het geluid van wind gesproken, maar niet over de wind zelf? Klaarblijkelijk hoorde men een krachtig geluid zoals dat van een hevige stormwind, maar ervoer men niet de kracht van de wind; er vloog niet van alles door de lucht, er werden geen daken weggeblazen.

Waarom was er geen feitelijke wind? Omdat de wind die een dergelijk geluid maakt enorm verwoestend zou zijn geweest. Gods Geest is niet destructief. Dat zou de positieve wonderen die op die dag plaatsvonden in de schaduw hebben gesteld. Daarom was er een geluid dat hard genoeg was om in heel Jeruzalem gehoord te worden (Handelingen 2:5-6), maar geen wind voelbaar in het huis waarin zij bijeenwaren.

Dit zijn enkele van de begrippen betreffende de woorden die in de Bijbel wind, adem en geest aanduiden, maar niet de heilige Geest als een bepaalde persoon. Dit wordt nog duidelijker als wij kijken naar wat deze Geest zou doen in het leven van hen die hem ontvingen.

Wat zei Jezus Christus over deze Geest? Wat zou hij doen of geven aan hen die hem ontvingen?

In Handelingen 1 lezen wij over een andere gelegenheid waarbij Christus na zijn opstanding aan zijn volgelingen verscheen. Zij stelden Hem toen de brandende vraag: „Here, herstelt Gij in deze tijd het koningschap voor Israël?” (vers 6.) Opnieuw verlegde Jezus hun aandacht van wanneer Hij zou terugkeren naar de opdracht die Hij voor hen op het oog had: „Het is niet uw zaak de tijden of gelegenheden te weten, waarover de Vader de beschikking aan Zich gehouden heeft, maar gij zult kracht ontvangen, wanneer de heilige Geest over u komt, en gij zult mijn getuigen zijn te Jeruzalem en in geheel Judea en Samaria en tot het uiterste der aarde” (vers 7-8).

Jezus Christus zei dat zijn volgelingen „kracht zouden ontvangen” als de heilige Geest over hen kwam en direct verbonden met die kracht was hun taak van Hem te getuigen, te beginnen in Jeruzalem en vandaaruit in geheel Judea en Samaria en uiteindelijk overal op aarde. Het boek Handelingen vermeldt het begin van dat machtige werk toen Christus' volgelingen op het Pinksterfeest de heilige Geest ontvingen. Vervolgens gingen zij, van kracht voorzien door die Geest, erop uit om het evangelie van het Koninkrijk te verkondigen.

Christus maakte duidelijk dat de heilige Geest is verbonden met kracht. Het Griekse woord dat met ’kracht’ is vertaald is dunamis. Dit kan ook worden vertaald met ’machtig werk’, ’sterkte’, ’wonder’, ’macht’, ’bekwaamheid’, ’deugd’. Hiervan komen moderne woorden als ’dynamisch’ (actief, krachtig en energiek), ’dynamo’ (een apparaat om elektrische stroom of kracht op te wekken) en ’dynamiet’ (een explosief van grote kracht en energie). Deze woorden geven ons een idee van de kracht die zou voortkomen uit de heilige Geest die aan de vroege Gemeente werd gegeven.

We herhalen het nog eens. Aan zijn mededienaar Timotheüs beschreef Paulus de Geest die aan de Gemeente is gegeven: „Om die reden herinner ik u eraan, de gave Gods aan te wakkeren, die door mijn handoplegging in u is. Want God heeft ons niet gegeven een geest van lafhartigheid, maar van kracht [dunamis], van liefde en van bezonnenheid(2 Timotheüs 1:6-7).

Gods Geest is geen geest van vrees of van zich willen verbergen, zich terugtrekken, van ineenkrimpen van angst of schaamte. Het is het tegendeel: een geest van krachtvan activiteit, energie, dynamiek – een geest van diepe, goddelijke liefde en een gezonde, rationele, beheerste geest.

 

 

Werkzame kracht

 

Die Geest stelt ons in staat als Jezus Christus te zijn, dezelfde kracht te hebben die Jezus Christus in zich had. Lukas 4:14-15 beschrijft die kracht als werkzaam in zijn optreden: „En Jezus keerde in de kracht [dunamis] des Geestes terug naar Galilea. En de roep over Hem ging uit door de gehele streek. En Hij leerde in hun synagogen en werd door allen geprezen”.

In Handelingen 10:38 vat Petrus het optreden van Jezus Christus samen door te laten zien „hoe God Hem met de heilige Geest en met kracht heeft gezalfd. Hij is rondgegaan, weldoende en genezende allen, die door de duivel overweldigd waren; want God was met Hem”.

Wij zien hier dat de heilige Geest en kracht synoniem zijn. Die heilige kracht stelde Christus in staat zijn machtige wonderen van weldoen en genezen te verrichten. De heilige Geest is de aanwezigheid van Gods kracht die actief in zijn dienstknechten werkzaam is.

De kracht van de Geest was niet uitsluitend aan Jezus Christus of de apostelen voorbehouden. Deze kracht was beschikbaar voor alle leden van de Gemeente en zij werden geacht er gebruik van te maken. Paulus schreef aan de gemeente in Rome: „De God nu der hope vervulle u met louter vreugde en vrede in uw geloof, om overvloedig te zijn in de hoop, door de kracht des heiligen Geestes (Romeinen 15:13). Hij beschrijft verder waartoe deze kracht van de heilige Geest hun in staat zou stellen: „Ik heb echter, mijn broeders, zelf al de overtuiging van u, dat gij zelf reeds vol van goedheid zijt, vervuld met al de kennis, in staat ook elkander terecht te wijzen(vers 14).

Paulus zei dat deze zelfde kracht hem in staat stelde het evangelie te prediken. In vers 19 schrijft hij over de dingen die Christus in hem had verricht „door kracht van tekenen en wonderen, door de kracht des Geestes. Zo heb ik, van Jeruzalem uit rondreizende tot Illyrië toe, de prediking van het Evangelie van Christus volbracht”.

In 1 Corinthiërs 2:4-5 schrijft Paulus: „Mijn spreken en mijn prediking kwam ook niet met meeslepende woorden van wijsheid, maar met betoon van geest en kracht [dunamis], opdat uw geloof niet zou rusten op wijsheid van mensen, maar op kracht [dunamis] van God”. Andere verzen, zoals Lukas 1:17, 35; Romeinen 1:4 en 1 Thessalonicenzen 1:5, spreken over het verband tussen de Geest en kracht.

Lukas 1:17  En hij zal voor zijn aangezicht uitgaan in de geest en de kracht van Elia, om de harten der vaderen te keren tot de kinderen en de ongehoorzamen tot de gezindheid der rechtvaardigen, ten einde voor de Here een weltoegerust volk te bereiden. Vers 35  En de engel antwoordde en zeide tot haar: De Heilige Geest zal over u komen en de kracht des Allerhoogsten zal u overschaduwen; daarom zal ook het heilige, dat verwekt wordt, Zoon Gods genoemd worden.

Romeinen 1:4  naar de geest der heiligheid door zijn opstanding uit de doden verklaard Gods Zoon te zijn in kracht, Jezus Christus, onze Here.

1 Thessalonicen 1:5  omdat onze evangelieprediking niet slechts in woorden tot u gekomen is, maar ook in kracht en in de Heilige Geest en in grote volheid; gij weet trouwens, hoedanigen wij bij u geweest zijn om uwentwil.

 

 

Geest van openbaring

 

Gods Geest geeft ook nog een andere soort kracht. „Maar, gelijk geschreven staat: Wat geen oog heeft gezien en geen oor heeft gehoord en wat in geen mensenhart is opgekomen, al wat God heeft bereid voor degenen, die Hem liefhebben. Want ons heeft God het geopenbaard door de Geest . . . Zo weet ook niemand, wat in God is, dan de Geest Gods. Wij nu hebben niet de geest der wereld ontvangen, maar de Geest uit God, opdat wij zouden weten, wat ons door God in genade geschonken is” (1 Corinthiërs 2:9-12).

Paulus zegt hier dat Gods Geest de bron is van goddelijke openbaring, de kracht waardoor mensen de geestelijke begrippen en principes die in Gods Woord worden vermeld kunnen begrijpen en bevatten.

Niet iedereen is daartoe in staat. Daarvoor is een roeping nodig.

Johannes 6:44  Niemand kan tot Mij [Christus] komen, tenzij de Vader, die Mij gezonden heeft, hem trekke, en Ik zal hem opwekken ten jongsten dage.

1 Thessalonicen 2:12  en betuigden te blijven wandelen, Gode waardig, die u roept tot zijn eigen Koninkrijk en heerlijkheid.

God moet ons roepen en ze aan ons openbaren door middel van de heilige Geest die in ons denken functioneert om ons te helpen begrijpen.

Niet alleen geeft Gods Geest ons begrip van zijn Woord, maar ook werden de oorspronkelijke schrijvers van de Bijbel door die Geest geïnspireerd. Verwijzend naar de vele profetieën die in de Hebreeuwse geschriften zijn opgetekend, schreef de apostel Petrus „dat geen profetie der Schrift een eigenmachtige uitlegging toelaat; want nooit is [een bijbelse] profetie voortgekomen uit de wil van een mens, maar, door de heilige Geest gedreven, hebben mensen van Godswege gesproken” (2 Petrus 1:20-21).

 

 

Blijvend begrip door de Geest

 

Voor zijn dood zei Jezus tot zijn discipelen dat dit proces zou voortduren, dat Gods Geest hen zou helpen dingen te zien en begrijpen die zij nooit eerder hadden gezien of begrepen. Hij zei hun dat Hij zou weggaan, „maar de Trooster, de heilige Geest, die de Vader zenden zal in mijn naam, die zal u alles leren en u te binnen brengen al wat Ik u gezegd heb(Johannes 14:26).

Gods Geest deed precies wat Christus zei dat hij zou doen. De discipelen verdiepten hun geestelijk inzicht en met dat inzicht werden de vier evangeliën geschreven. De discipelen maakten niet uitvoerig aantekeningen toen zij Jezus volgden en schreven niet alles op wat Hij zei. Evenmin begonnen zij onmiddellijk na Christus' dood te schrijven; de vier evangeliën werden kennelijk zo'n 20 tot 60 jaar daarna geschreven.

Twee van de evangelieschrijvers, Markus en Lukas, behoorden zelfs niet tot de oorspronkelijke 12 discipelen die door Christus waren uitgekozen. Zij schreven hun verslagen kennelijk op grond van ooggetuigenverslagen van de discipelen en anderen die de gebeurtenissen die in de Evangeliën vermeld staan hadden aanschouwd. Gods Geest „bracht hun te binnen” de dingen die Jezus Christus had gezegd en gedaan, en leidde de discipelen tot inzicht in de betekenis ervan en tot het opschrijven van deze dingen voor ons.

Voor de lezer van die verslagen is het duidelijk dat de discipelen toen deze dingen feitelijk plaatsvonden nog geestelijk begrip ontbeerden. Het zou hun geen goed hebben gedaan als zij de evangeliën toen zouden hebben geschreven. Het was pas vele jaren later, nadat zij Gods Geest hadden ontvangen en bekeerd waren, dat zij de betekenis van Christus' leer begonnen te begrijpen en dat begrip begonnen op te schrijven. Evenals God de schrijvers van de „heilige schriften” (2 Timotheüs 3:15-17) inspireerde, zo inspireerde Hij, door zijn Geest, het schrijven van de apostelen.

2 Timotheüs 3:15  en dat gij van kindsbeen af de heilige schriften kent, die u wijs kunnen maken tot zaligheid door het geloof in Christus Jezus. 16  Elk van God ingegeven schriftwoord is ook nuttig om te onderrichten, te weerleggen, te verbeteren en op te voeden in de gerechtigheid, 17  opdat de mens Gods volkomen zij, tot alle goed werk volkomen toegerust.

Als we Petrus' krachtige preek in Handelingen 2 vergelijken met zijn eerdere loochening van Christus zien we hoe doeltreffend de heilige Geest in het leven van deze apostel werkzaam was – om niet de andere discipelen te noemen die voor de komst van Gods Geest op de Pinksterdag evenzeer overtuiging en begrip misten.

„Te binnen brengen” heeft ook betrekking op het werk van Gods Geest in het individuele gemeentelid; de heilige Geest is onmisbaar in hun denken. Wij worden aangemoedigd de Bijbel te lezen en bestuderen om kennis van Gods waarheid en levenswijze te vergaren. Dan zal Gods Geest die in ons woont en ons leidt ons uit Gods Woord de principes en wetten te binnen brengen die wij nodig hebben om in ons dagelijks leven de juiste keuzes te kunnen maken.

 

 

Meer begrip door de tijd

 

Jezus Christus zei dat de heilige Geest zijn discipelen alle dingen zou leren. Dat proces was niet iets van een ogenblik; het vond in de loop van de jaren plaats. Evenals wij leerden zij gaandeweg, begonnen zij geleidelijk steeds meer inzicht te krijgen in de dingen die zij nooit eerder hadden gezien of begrepen.

Maar het kostte tijd. Zo duurde het jaren voordat zij beseften dat ook heidenen konden worden behouden en een aandeel in Gods Koninkrijk konden hebben. Daarna kostte het nog weer verscheidene jaren voordat zij begrepen dat heidenen niet besneden hoefden te worden om te worden behouden. Nog meer jaren gingen er voorbij voordat zij beseften dat Jezus Christus niet tijdens hun leven zou terugkeren. Zij hebben nooit geweten wanneer Christus zou terugkeren – alleen dat Hij zou terugkomen en dat zij daar geestelijk voor gereed moesten zijn.

Gods Geest leerde hun stap voor stap alles wat ze moesten weten. Hij gaf hun het begrip dat zij nooit eerder hadden, een begrip dat hun door God op bovennatuurlijke wijze werd geopenbaard door middel van de Geest.

Dat proces gaat verder met ons. Bij onze bekering, als wij de heilige Geest ontvangen, leert God ons niet alles in één keer. Wij beginnen met de melk van het Woord. Wanneer wij dat kunnen verwerken, gaan we verder naar zwaarder voedsel, met steeds meer begrip dat wordt mogelijk gemaakt door Gods Geest.

 

 

Gods Geest leidt tot verandering

 

Toenemend geestelijk begrip, meer openbaring en kracht leiden tot nog iets anders in het leven van degenen die Gods Geest hebben ontvangen: verandering.

Paulus beschrijft het leven van hen die zonder Gods Geest leven: „Het is duidelijk, wat de werken van het vlees zijn: hoererij, onreinheid, losbandigheid, afgoderij, toverij, veten, twist, afgunst, uitbarstingen van toorn, zelfzucht, tweedracht, partijschappen, nijd, dronkenschap, brasserijen en dergelijke, waarvoor ik u waarschuw, zoals ik u gewaarschuwd heb, dat wie dergelijke dingen bedrijven, het Koninkrijk Gods niet zullen beërven” (Galaten 5:19-21).

Vervolgens contrasteert Paulus dit met een andere levenswijze: „Maar de vrucht van de Geest is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing. Tegen zodanige mensen is de wet niet” (vers 22-23).

Wat betekenen deze woorden? Liefde is zorgzaamheid voor het welzijn van anderen. Liefde is genegenheid, sympathie, warmte. Liefde is het fundament voor de volgende eigenschappen. Blijdschap is een gevoel of staat van groot genoegen of geluk, veroorzaakt door iets buitengewoon goeds of bevredigends. Vrede is een conditie van rust en harmonie met anderen, vrij van angst. Lankmoedigheid is geduld, wat betekent het verdragen van provocatie, pijn of hinder zonder klagen. Vriendelijkheid is het tonen van zorgzaam, weldadig en meevoelend gedrag jegens anderen. Goedheid is het tonen van vrijgevigheid, hoogstaande moraliteit en deugdzaamheid. Trouw is betrouwbaar, loyaal en geloofwaardig zijn. Zachtmoedigheid is voorkomend, beleefd en hoffelijk zijn. Zelfbeheersing is de eigen gedachten, handelingen en gevoelens onder controle houden.

Gods Geest speelt een vitale rol in het leven van een christen. Hij woont in hem en haar en maakt een wonderbaarlijke verandering mogelijk.

 

 

Een grote verandering

 

Paulus spreekt over deze verandering in Romeinen 8, waar hij nogmaals de twee levenswijzen benadrukt: „Want zij, die naar het vlees zijn, hebben de gezindheid van het vlees, en zij, die naar de Geest zijn, hebben de gezindheid van de Geest. Want de gezindheid van het vlees is de dood, maar de gezindheid van de Geest is leven en vrede . . . Gij daarentegen zijt niet in het vlees, maar in de Geest, althans, indien de Geest Gods in u woont. Indien iemand echter de Geest van Christus niet heeft, die behoort Hem niet toe . . . En indien de Geest van Hem, die Jezus uit de doden heeft opgewekt, in u woont, dan zal Hij, die Christus Jezus uit de doden opgewekt heeft, ook uw sterfelijke lichamen levend maken door zijn Geest, die in u woont” (vers 5-6, 9, 11).

Gods Geest maakt de ultieme verandering mogelijk: vleselijke (fysiek gerichte), zelfzuchtige mensen worden in dit leven bekeerd en zullen uiteindelijk worden veranderd in Gods eigen kinderen, veranderd tot onsterfelijke, verheerlijkte zonen van God!

 

 

Conclusie

 

Pinksteren is de oogst van Gods ’eerstelingen’, maar stelt vervolgens die tijd in de toekomst voor wanneer er geen ontbrekende dimensie tot leven zal zijn. God zal eens de gehele mensheid de gelegenheid geven zijn waarheid te kennen en de gave te ontvangen dat antwoord geeft op de problemen van het hart. Alle aspecten van het menselijk leven zullen vooruitgaan en de gaven van Gods Geest zullen in het leven van elke man, vrouw en kind op de planeet het ultieme geluk brengen.

Het Pinksterfeest openbaart het antwoord tot de belangrijkste behoefte die we missen – de Geest van de levende God. Zijn heilige Geest is het antwoord om de vernietigende neigingen van de menselijke natuur te controleren. Het kan ons tot de gehele waarheid leiden. En deze Geest kan ons, evenals Petrus, veranderen, door ons buitengewone kracht te geven om de Enige die het ons geeft te dienen.

We moeten uiterst dankbaar zijn voor de zegening van Gods heilige Geest. Het is de ontbrekende dimensie, een kostbaar geschenk – en het enige dat echt de leegte van het menselijk hart vult.



Terug naar de Home Page