Voor literatuurlijst klik hier.

 

 

 

Speciale roeping voor

hen die een ongelovige

echtgenoot hebben

 

 

Hebt u soms het gevoel dat u met uw man of vrouw een verloren strijd voert? Lees dit bemoedigende onderricht uit Gods Woord.

 

 

Het geven van een goed voorbeeld, volharden, kinderen bijbelse principes leren – dit zijn enkele uitdagingen voor degenen met een ongelovige man of vrouw. God belooft zegeningen voor hen die wijsheid, nederigheid en onzelfzuchtige bezorgdheid in acht nemen.

Wat hadden Jozef, Mozes, David en Ester, deze geestelijke pilaren, gemeen? Zij waren allen machtige en indrukwekkende dienaren van God, terwijl hun echtgenoten ongelovig waren, buiten de gemeente van Israël stonden of zelfs vijandig gezind waren.

Genesis 41:45: „En Farao noemde Jozef: Safenat-paneach, en hij gaf hem Asnat, de dochter van Potifera, de priester van On, tot vrouw. En Jozef ging uit, als heer over het land Egypte.” Vers 50: „En voordat er een jaar van hongersnood kwam, werden Jozef twee zonen geboren, die Asnat, de dochter van Potifera, de priester van On, hem baarde.”

Ester 2:5-7: „Nu was er in de burcht Susan een Joods man, wiens naam was Mordekai, de zoon van Jaïr, de zoon van Simi, de zoon van Kis, een Benjaminiet, die weggevoerd was uit Jeruzalem met de ballingen die weggevoerd waren met Jechonja, de koning van Juda, welke Nebukadnessar, de koning van Babel, in ballingschap had weggevoerd. Hij was de pleegvader van Hadassa (dat is Ester), de dochter van zijn oom want zij had vader noch moeder, een meisje, bekoorlijk van gestalte en schoon van uiterlijk. Bij de dood van haar vader en moeder had Mordekai haar als dochter aangenomen.” Vers 10: „Ester had haar volk en haar afkomst niet bekendgemaakt, daar Mordekai haar geboden had, dat zij die niet zou bekendmaken.” Vers 16-17: „Zo werd dan Ester tot koning Ahasveros gebracht in zijn koninklijk paleis in de tiende maand (dat is de maand Tebet) in het zevende jaar van zijn regering. De koning kreeg Ester lief boven alle vrouwen en zij ontving van hem meer genegenheid en liefde dan alle andere maagden, zodat hij de koninklijke kroon op haar hoofd zette en haar tot koningin verhief in de plaats van Wasti.”

Sippora, de vrouw van Mozes, noemt haar man een bloedbruidegom vanwege de besnijdenis van haar zoon. Exodus 4:26: „Bloedbruidegom, zeide zij toen, met het oog op de besnijdenis.”

2 Samuël 6:15-16: „David en het gehele huis Israëls haalden de ark des HEREN, onder gejubel en hoorngeschal. Toen de ark des HEREN de stad Davids binnenkwam, keek Mikal, de dochter van Saul, door het venster en zag koning David huppelen en dansen voor het aangezicht des HEREN; en zij verachtte hem in haar hart.” Vers 20: „Toen David terugkeerde om zijn gezin te begroeten, ging Mikal, de dochter van Saul, David tegemoet, en zeide: Wat een eer heeft de koning van Israël zich thans verworven, dat hij zich heden ontbloot heeft ten aanschouwen van de slavinnen zijner dienaren, zoals een lichtzinnig man zich schaamteloos ontbloot!”

Dit was bittere, bijtende spot van Davids vrouw. David had zich niet ontbloot, maar was niet als een koning gekleed. Vers 14: „En David danste uit alle macht voor het aangezicht des HEREN; David nu was omgord met een linnen lijfrok.” Vers 21-23: „Maar David zeide tot Mikal: Voor het aangezicht des HEREN, die mij verkoren heeft boven uw vader en boven heel zijn huis om mij aan te stellen tot vorst over het volk des HEREN, over Israël, voor het aangezicht des HEREN heb ik gedanst. Ja, ik zal mij nog geringer gedragen dan ik deed; ik zal onaanzienlijk zijn in eigen ogen, en bij de slavinnen van wie gij spreekt, bij haar wil ik eer verwerven. Mikal nu, de dochter van Saul, bleef kinderloos tot de dag van haar dood toe.”

Deze mensen hebben zich niet van God af laten leiden. Ze zijn op bijzondere wijze door God gebruikt. Een bemoedigend getuigenis voor de mogelijkheden voor diegenen in de Gemeente van God van wie man of vrouw geen lid is!

God belooft speciale zegeningen voor diegenen die een man of vrouw hebben die niet in zijn Gemeente is. Welke zijn deze zegeningen? Laten we daarvoor Gods Woord bestuderen.

 

 

Een speciale taak

 

God laat ons weten dat leden met een niet-gedoopte echtgenoot of echtgenote een verantwoordelijke taak hebben.

1 Corinthiërs 7:12-13: „Heeft een broeder een ongelovige vrouw, die erin bewilligt met hem samen te wonen, dan moet hij haar niet verstoten. En een vrouw moet, als zij een ongelovige man heeft, en deze erin bewilligt met haar samen te wonen, die man niet verstoten.”

Zolang de ongelovige oprecht en serieus verlangt om een normale gezinsrelatie te onderhouden, behoort het huwelijk in stand te blijven.

Waarom? Waarom roept God man en vrouw soms niet gelijktijdig in de Gemeente? Of misschien brengt God beiden zijn Waarheid op hun weg en beantwoordt slechts één de roeping. Paulus zegt in vers 17: „Alleen, laat ieder zo leven, als de Here hem toebedeeld heeft, zo, als God hem geroepen heeft. Zo schrijf ik het in alle gemeenten voor.”

Aanvaard de situatie en kom de verplichtingen na.

Vers 16 is verschillend vertaald.

NBG-vertaling: „Want hoe kunt gij weten, vrouw, dat gij uw man zult redden? Of hoe kunt gij weten, man, dat gij uw vrouw zult redden?”

NBV: „Wie weet, u zou uw man toch kunnen redden? En wie weet, u kunt uw vrouw toch redden?”

Het is mogelijk dat een ongelovige man of vrouw eens zal reageren op Gods roeping. Let wel: „eens”. Wij zijn echter mensen ’van dit ogenblik’, maar we mogen niet vergeten dat een van de namen van onze God ’de Eeuwige’ is. Als de man of vrouw nu niet tot God komt, is het leven van zijn of haar man of vrouw ongetwijfeld een voorbeeld in de tweede opstanding. Gods Waarheid zal dan eenvoudig herkend worden.

Een lid van Gods Gemeente trouwt niet met een ongelovige, maar een echtpaar buiten de Gemeente van God kan geconfronteerd worden met Gods Waarheid. Als één van beiden in een huwelijk God gaat dienen, heeft de ander ook toegang tot God.

Vers 14: „Want de ongelovige man is geheiligd in zijn vrouw en de ongelovige vrouw is geheiligd in de broeder. Anders zouden immers uw kinderen onrein zijn, doch nu zijn zij heilig.”

Slechts weinig mensen hebben toegang tot God, omdat de hele wereld zich laat leiden door Satan. Dat beseffen ze niet, want God zegt dat ze misleid zijn. Maar het huwelijk is een instelling van God en daarom kan de huwelijkspartner van een gelovige in gebed naar God gaan. Dat voorrecht hebben alle gezinsleden.

Er zijn in dit tijdperk maar weinigen uitverkoren.

Mattheüs 22:14: „Want velen zijn geroepen, maar weinigen uitverkoren.”

Mensen hebben hun eigen programma voor het leven nú. Ze laten Gods geest niet tot zich doordringen. Vergelijk wat er gebeurde toen Jezus in Nazareth kwam. Ze hadden een vooroordeel ten opzichte van Jezus.

Mattheüs 13:55-58: „Is dit niet de zoon van de timmerman? Heet zijn moeder niet Maria en zijn broeders Jakobus en Jozef en Simon en Judas? En behoren zijn zusters niet allen bij ons? Vanwaar heeft Hij dan dit alles? En zij namen aanstoot aan Hem. Maar Jezus zeide tot hen: Een profeet is alleen in zijn vaderstad en in zijn huis ongeëerd. En Hij deed daar niet vele krachten wegens hun ongeloof.”

Vooroordeel en vooropgezette meningen kunnen de toevloeiing van Gods geest blokkeren.

Handelingen 7:51: „Hardnekkigen en onbesnedenen van hart en oren, gij verzet u altijd tegen de Heilige Geest; gelijk uw vaderen, zo ook gij.”

Beschouw de situatie betreffende úw man of vrouw eens. Verkeerde voorbeelden, opgegroeid in een goddeloos gezin of misleide religieuze omgeving, misplaatste verwachtingen, een blind makend materialistisch streven of pure hardheid van hart – en nog veel meer zaken kunnen het iemand moeilijk maken om aan een directe roep van God gehoor te geven.

Hebreeën 3:7-8: „Daarom, gelijk de Heilige Geest zegt: Heden, indien gij zijn stem hoort, verhardt uw harten niet.”

Daarom hanteert God soms de indirecte benadering. Niemand is knapper, scherpzinniger en bekwamer dan de Meesterontwerper van het heelal.

Daniël 2:20-22: „Daniël hief aan en zeide: Geprezen zij de naam Gods van eeuwigheid tot eeuwigheid, want Hem behoort de wijsheid en de kracht! Hij toch verandert tijden en stonden, Hij zet koningen af en stelt koningen aan, Hij verleent wijsheid aan wijzen en kennis aan hen die inzicht hebben. Hij openbaart ondoorgrondelijke en verborgen dingen, Hij weet wat in het duister is, en het licht woont bij Hem.”

Uitzonderlijk christelijk karakter heeft invloed.

Mattheüs 5:14: „Gij zijt het licht der wereld. Een stad, die op een berg ligt, kan niet verborgen blijven.”

Velen met een echtgenoot buiten Gods Gemeente hebben zichzelf zo veranderd door de vormende en modellerende inwerking van Gods Geest, dat zij nu bakens op Gods weg zijn.

Romeinen 12:2: „En wordt niet gelijkvormig aan deze wereld, maar wordt hervormd door de vernieuwing van uw denken, opdat gij moogt erkennen wat de wil van God is, het goede, welgevallige en volkomene.”

Hun man of vrouw is in aanraking gekomen met de meest onweerstaanbare kracht die er in het universum te vinden is, de kracht van Gods geest, welke zich uit in goedheid, vriendelijkheid en geduld.

2 Timotheüs 1:7: „Want God heeft ons niet gegeven een geest van lafhartigheid, maar van kracht, van liefde en van bezonnenheid.”

Galaten 5:22: „Maar de vrucht van de Geest is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing.”

Een gelovige met een ongelovige man of vrouw komt meestal vaker in situaties dat hij of zij uitgedaagd en beproefd wordt. Onze liefhebbende God zou graag hetzelfde voor ons allemaal willen doen.

Efeziërs 3:20: „Hem nu, die blijkens de kracht, welke in ons werkt, bij machte is oneindig veel meer te doen dan wij bidden of beseffen.”

Zij die een ongelovige echtgenoot hebben, moeten de volgende belangrijke waarschuwing van God ter harte nemen.

Spreuken 3:5: „Vertrouw op de Here met uw ganse hart en steun op uw eigen inzicht niet.”

 

 

God moet roepen

 

Ga niet forceren.

Spreuken 21:30: „Er is geen wijsheid en geen verstand, geen raad is er tegenover de HERE.”

Probeer niet uw man of vrouw de bekering aan te praten.

Johannes 6:44: „Niemand kan tot Mij komen, tenzij de Vader, die Mij gezonden heeft, hem trekke.”

Realiseer u de verregaande implicaties van dat vers. Laat de roeping aan God over. Geen enkel mens bezit de welsprekendheid en de bekwaamheid om tot stand te brengen wat God nog niet tot stand heeft gebracht.

Breng niet ’terloops’ het gesprek op bijbelse onderwerpen. Hoeveel mannen en vrouwen proberen niet hun gesprekken subtiel in hun eigen richting te sturen, zodat ze kunnen afsluiten met een lijst van overduidelijke argumenten (vinden zij) aangaande Gods Waarheid! Dergelijke strategieën hebben gewoonlijk een jammerlijk boemerangeffect. God dwingt niemand zijn weg te gaan. Iemand kan kiezen niet te gehoorzamen.

Vermijd discussies.

2 Timotheüs 2:23-24: „Maar wees afkerig van de dwaze en onverstandige strijdvragen; gij weet immers, dat zij twisten teweegbrengen; en een dienstknecht des Heren moet niet twisten, maar vriendelijk zijn jegens allen.”

Vanzelfsprekend moeten we de huwelijkspartner uitleg geven over de beslissing om God te gaan dienen. Dit hoort in een huwelijk en is noodzakelijk om praktische redenen, want wanneer we God gaan dienen, gaan we zijn geboden houden, zoals de sabbat en vieren geen kerst, nieuwjaar en verjaardagen meer.

In een huwelijk behoort de één zich te verdiepen in wat de ander zo bezig houdt. Het is niet te vergelijken met het lidmaatschap van een tennisclub. Dit gaat over de zin van het leven, over een manier van leven, 24 uur per etmaal. Een volkomen nieuwe ontdekking. Daar kan de huwelijkspartner toch niet aan voorbijgaan? Al zou het alleen maar een objectief onderzoek zijn. Het behoort tot de huwelijksplicht om belangstelling te tonen in zo'n ingrijpende verandering in het leven van de meest geliefde persoon in je leven.

Als de ander die niet gelooft, opmerkingen maakt, ga dan discussies uit de weg, maar op een belangstellende vraag moeten we verantwoording afleggen.

1 Petrus 3:15: „Maar heiligt de Christus in uw harten als Here, altijd bereid tot verantwoording aan al wie u rekenschap vraagt van de hoop, die in u is, doch met zachtmoedigheid en vreze.”

Natuurlijk gebruikt God mensen om andere mensen te roepen. Andreas bracht zijn broer Petrus in contact met Jezus.

Johannes 1:41-43: „Andreas, de broeder van Simon Petrus, was een van de twee, die het van Johannes gehoord hadden en Hem gevolgd waren; deze vond eerst zijn broeder Simon en zeide tot hem: Wij hebben gevonden de Messias, wat betekent: Christus. Hij leidde hem tot Jezus.”

Niet weinigen van hen die eens openlijk vijandig tegenover Gods waarheid stonden, zijn nu sterk gemotiveerde leden.

Er gebeuren wonderen. Toch zijn er natuurlijk altijd de bittere, onverbeterlijke gevallen, de Nabals, die niet willen leren.

1 Samuël 25:25: „Mijn heer store [zei Abigaïl tegen David] zich niet aan deze man van niets, aan Nabal, want zoals zijn naam is, is hij: Nabal heet hij en een dwaas is hij.”

Nabal was de echtgenoot van de verstandige vrouw Abigaïl. De goede diensten die David hem bewezen had, beantwoordde hij met ondank, diens beleefd verzoek met grofheid. David had Nabals schaapherders en de kudden beschermd tegen rovers en wilde dieren.

Nochtans is onze voornaamste taak nog steeds het veranderen van onszelf, niet van onze echtgenoot. Vergeet nooit dat door de werkingen van Gods geest in ons verstand God mensen kan bereiken die anderszins ontoegankelijk zijn voor zijn roeping. Leg uzelf de plicht op om een voorbeeld van belangstelling, stabiliteit, discretie en efficiënt optreden te zijn. God zal helpen.

Jakobus 1:5: „Indien echter iemand van u in wijsheid te kort schiet, dan bidde hij God daarom, die aan allen geeft, eenvoudigweg en zonder verwijt; en zij zal hem gegeven worden.”

 

 

Misschien gebruikt God uw echtgenoot

 

Er is nog meer. Leden met een niet-gelovige echtgenoot dienen God al vaak op een manier die zij zich misschien niet realiseren. Vrienden en familieleden van uw man of vrouw praten over u. Sommigen lezen daarom de publicaties op de website van Gods Gemeente.

„Weet je wel dat de vrouw van Jan bij die Gemeente van God zit, je weet wel, de groep die de zaterdag houdt en andere Joodse feesten viert.”

„Ach, zo'n sekte is totaal geïndoctrineerd.”

De realiteit is dat de mensen die dat zeggen, zelf gehersenspoeld zijn door zéér veel bronnen, letterlijk de hele wereld. Denk aan de media, het werk, de school, de verenigingen, de politici, de theologen en kerkgangers, de wetenschap, enz. De Gemeente van God heeft slechts één bron door wie ze zich laten vormen: de Schepper.

„Ik ben het niet eens met de religie van je vrouw, Henk, maar ze is er wel duidelijk door ten goede veranderd!”

God kan misschien dikwijls de onbekeerde status van uw man of vrouw gebruiken om meer van zijn waarheid in meer levens uit te zaaien en zo de evangelieverkondiging bevorderen op een manier waar u geen weet van kon hebben.

Ezechiël 33:30: „Gij nu, mensenkind, uw volksgenoten spreken onderling over u bij de muren en aan de deuren der huizen; de een zegt tot de ander, ieder tot zijn naaste: Kom toch mee en hoor, welk woord er van de HERE is uitgegaan.”

Een echtgenoot die geen lid is, heeft zakelijke en sociale contacten die hij misschien niet als gedoopt lid zou hebben. Onbewust worden zij vaak gebruikt om Gods Werk in veel meer levens bekend te maken, eenvoudig omdat ze geen lid zijn.

Sta niet verbaasd als het gepraat over uw „rare godsdienst” (waarop uw man of vrouw misschien achter uw rug afgeeft) zaad zaait dat uiteindelijk zal ontkiemen.

Prediker 11:6: „Zaai uw zaad in de morgen en laat uw hand tegen de avond niet rusten, want gij weet niet, of het ene gelukken zal of het andere, dan wel of beide tezamen goed zullen zijn.”

Beperk uzelf niet. God kan de niet-lid status van uw man of vrouw gebruiken om zijn licht te laten schijnen in die hoeken en gaten van deze wereld waar wij nauwelijks komen.

Open uw ogen voor Gods hand in uw leven. Geef de vrienden en kennissen van uw man of vrouw een goed voorbeeld. Blijf consequent – zonder twisten – Gods normen (geboden) trouw. De dag zal komen dat het begrepen en gewaardeerd zal worden.

God kent uw situatie. Als Hij deze tot nu toe nog niet gewijzigd heeft, want uw man of vrouw toont nog geen belangstelling voor Gods weg, vertrouw Hem dan voor wat Hij aan het doen is.

1 Corinthiërs 1:25: „Want het dwaze van God is wijzer dan de mensen en het zwakke van God is sterker dan de mensen.”

Eenmaal zullen we ontdekken, dat de grote, luisterrijke God ons allemaal steeds ver vooruit was.

Job 42:1-3: „Toen antwoordde Job de HERE: Ik weet, dat Gij alles vermoogt, en dat geen uwer plannen wordt verijdeld. ‘Wie is het toch, die het raadsbesluit omsluiert zonder verstand?’ Daarom: ik verkondigde, zonder inzicht, dingen, mij te wonderbaar en die ik niet begreep.”

 

 

Hoe staat het met kinderen?

 

Hoe staat het met de zegeningen die God geeft aan de kinderen van leden met een ongelovige echtgenoot?

Is het niet bemoedigend te ontdekken dat God ons verzekert dat de kinderen in Gods Gemeente „heilig” zijn en dat Hij dat heeft laten opschrijven op een plaats waar de man of de vrouw in een huwelijk niet gedoopt is.

1 Corinthiërs 7:14: „Want de ongelovige man is geheiligd in zijn vrouw en de ongelovige vrouw is geheiligd in de broeder. Anders zouden immers uw kinderen onrein zijn, doch nu zijn zij heilig.”

Het woord ’onrein’ wordt ook gebruikt voor heidenen. ’Heilig’ betekent door God apart gezet. Het kind heeft toegang tot God, evenals zijn gedoopte vader of moeder. Hoewel Gods geest nog niet ín het kind is, zal de heilige geest wel mét het kind zijn om Gods Waarheid te leren begrijpen. Hoe kostbaar en uniek dit is, zullen maar weinigen begrijpen.

Hoe zegent God hele gezinnen als slechts één ouder gedoopt is? Door financiële stabiliteit, werkgelegenheid, genezingen en speciale bescherming.

Spreuken 11:11: „In de zegen der oprechten ligt de opkomst der stad, maar door de mond der goddelozen wordt zij afgebroken.”

Natuurlijk zijn er ook beproevingen, maar de grootste zegeningen zijn geestelijk en die zijn toekomstgericht.

Daarnaast doet God ook nog dikwijls een speciaal werk met de kinderen van hen met een niet-gelovige echtgenoot.

Spreuken 11:21: „Voorwaar, de boze blijft niet ongestraft, maar het geslacht [de kinderen] der rechtvaardigen wordt bevrijd.”

Er zijn jonge mensen die zien hoe soms hun gedoopte vader of moeder in de verdrukking raken vanwege hun geloofsovertuiging en daardoor geïnspireerd worden. Soms zet dit hen ertoe aan om op een jonge leeftijd dieper over Gods Gemeente na te denken dan zij zouden doen als beide ouders in de Gemeente waren.

Zij leren al vroeg „de kosten te berekenen” (Lukas 14:28).

Was de vader van Johannes Markus ooit lid? Blijkbaar niet. Alleen zijn moeder wordt in de Bijbel genoemd. Toch vervulde zij een vitale rol in de vroege Gemeente. Petrus was door een engel bevrijd uit de gevangeis.

Handelingen 12:12: „En na een ogenblik van overleg, ging hij [Petrus] naar het huis van Maria, de moeder van Johannes, bijgenaamd Marcus, waar velen vergaderd waren in gebed.”

Wat hadden bekwame koningen als Hizkia en Josia gemeen? Zij waren het product van rechtvaardige moeders die hun zoon volgens Gods wegen opvoedden ondanks hun zwakke en/of slechte vaders.

2 Koningen 18:1-3: „In het derde jaar van Hosea, de zoon van Ela, de koning van Israël, werd Hizkia koning, de zoon van Achaz, de koning van Juda. Vijfentwintig jaar was hij oud, toen hij koning werd, en hij regeerde negenentwintig jaar te Jeruzalem. Zijn moeder heette Abi; zij was een dochter van Zekarja. Hij deed wat recht is in de ogen des HEREN, geheel zoals zijn vader David gedaan had.”

2 Koningen 22:1-2: „Josia was acht jaar oud, toen hij koning werd; hij regeerde eenendertig jaar te Jeruzalem. Zijn moeder heette Jedida, een dochter van Adaja; zij was uit Boskat. Hij deed wat recht is in de ogen des HEREN en wandelde op al de wegen van zijn vader David; hij week niet af, rechts noch links.”

Geen gemakkelijke taak in een tijd dat een verkeerd woord of onterechte blik een koning ertoe kon brengen om ogenblikkelijke executie te gelasten!

Christus waarschuwde dat huisgenoten het een trouwe christen moeilijk kunnen maken. Satan gebruikt mensen en dus ook gezinsleden in zijn poging om een gelovige te laten struikelen. Als een kind de motivatie toont samen met de gelovige vader of moeder Gods weg te gaan, moet dat kind goed voorbereid worden op de reactie en het gedrag van niet-gelovigen, waaronder ook de eigen vader of moeder die de weg van de wereld koestert. Sommige echtgenoten of echtgenotes scheppen er genoegen in een gelovige zoon of dochter wereldse normen aan te praten. Opzettelijk worden stoere verhalen verteld en wordt soms schuttingtaal gebruikt als tegenstelling tot de ’brave’ levensopvatting van Gods gemeente. De christelijke vader of moeder dient hierover met het kind te praten, want ouders hebben een grote invloed op hun kinderen, zowel positief als negatief. Onfatsoenlijk populair doen kan veel afbreken.

 

 

Vaders: leid het gezin

 

Vaders, als u gelovig bent, breng dan met tact uw kennis van Gods plan met de mensheid over aan uw gezin. Laat op gepaste wijze zien hoe boeiend dat plan is. Ga niet drammen waardoor ze een afkeer krijgen.

Spreuken 15:7: „De lippen der wijzen strooien kennis uit, maar het hart der dwazen is niet recht.”

Benadruk goede normen en waarden en geef zelf het voorbeeld. Is uw conversatie verkwikkend? Bent u in het leven van alledag een oase voor iedereen?

Spreuken 12:18: „Er zijn er, wier gepraat werkt als dolksteken, maar de tong der wijzen brengt genezing aan.”

Zien uw kinderen uit naar uw thuiskomst? Bent u de persoon die zij zich zullen herinneren als de initiatiefnemer van het gezin, de persoon die plezierige activiteiten organiseerde, degene op wie zij konden rekenen voor een vriendelijk woord of een opbeurend gesprek als dat nodig was?

Mattheüs 5:13: „Gij zijt het zout der aarde; indien nu het zout zijn kracht verliest, waarmede zal het gezouten worden? Het deugt nergens meer toe dan om weggeworpen en door de mensen vertreden te worden.”

Maak uzelf niet zielig omdat de rest van het gezin weinig belangstelling toont voor de Schepper. Wees een herder voor uw gezin.

Johannes 10:11: „Ik ben de goede herder. De goede herder zet zijn leven in voor zijn schapen.”

De dag zal eens komen dat ze zich uw positieve voorbeeld zullen herinneren en daardoor de keuze voor Gods weg aanzienlijk eenvoudiger zal zijn. Onze kinderen zullen zich herinneren hoe we leven.

Smeek God nederig om u te helpen uw vrouw en kinderen te leiden. Leer liefde en warmte tot uitdrukking te brengen.

Dien uw gezin. Niets goeds komt zonder inspanning. Omgeef uw vrouw en kinderen met een warme, hartelijke houding. En wanneer het bedtijd is, kniel dan neer en leid uw kinderen in een dankgebed tot hun geestelijke Vader die ons zegent, beschermt en onderwijst. Weinig vrouwen zullen hier afkerig tegenover staan! Neem samen met de kinderen de lessen van de kinderbijbelstudie van de Gemeente van God door.

Als uw vrouw de Gemeente vijandig gezind is, doe dan geen water bij de wijn door toe te geven aan wereldse normen. U blijft verantwoordelijk.

Spreuken 24:3-6: „Door wijsheid wordt een huis gebouwd, door verstand wordt het bevestigd; door kennis worden de kamers gevuld met allerlei kostbaar en liefelijk bezit. Een wijs man is sterk, een man van kennis betoont kracht; want met overleg moet gij de strijd voeren en de overwinning ligt in de veelheid van raadgevers.”


Moeders: onderwijs bijbelse principes

 

Vrouwen met een niet-gelovige echtgenoot kunnen met hun kinderen werken op eenvoudige terreinen van goddelijk gedrag zoals tafelmanieren, beleefdheid, respect voor ouderen, stiptheid, het geregeld maken van huiswerk en het succesvol uitvoeren van karweitjes. Dit zijn bijbelse principes.

Plan op verstandige wijze de tijd voor (kinder)bijbellessen die u wilt geven. (Zie de homepage van de website van de Gemeente van God, bovenaan rechts, waar staat: klik hier voor K I N D E R B IJ B E L S T U D I E - www.gemeentevangod.nl).

Heb oog voor de gevoeligheden en zere plekken van uw man.

Timotheüs was een jongere vriend en medewerker van Paulus, de vertrouwdste van allemaal. Hij was de zoon van een Griekse (heidense) vader en een Joodse moeder, Eunice.

2 Timotheüs 1:5: „En dan komt mij voor de geest uw ongeveinsd geloof, zoals het eerst gewoond heeft in uw grootmoeder Loïs en uw moeder Eunike, en ook (daarvan ben ik overtuigd) woont in u.”

2 Timotheüs 3:14-15: „Blijf gij echter bij wat u geleerd en toevertrouwd is, wel bewust van wie gij het hebt geleerd, en dat gij van kindsbeen af de heilige schriften kent, die u wijs kunnen maken tot zaligheid door het geloof in Christus Jezus.”

Probeer de vrijdagavond een feestelijk tintje te geven. Voor u is de sabbat begonnen en uw man en kinderen zullen die avond ervaren als een speciale avond. Zorg bijvoorbeeld voor lekkere hapjes. Zet aan tot gezellige conversaties. Maar blijf de situatie meester door eerst wijsheid van God te zoeken, zoals we in Jakobus 1:5 hebben gelezen.

 

 

Uw speciale roeping

 

Weiger om heen en weer gedreven te worden door de levensomstandigheden.

Spreuken 24:10: „Betoont gij u slap ten dage der benauwdheid, dan komt uw kracht in het nauw.”

De roeping van God is persoonlijk en we kunnen die alleen met zijn hulp volbrengen.

Bezie de niet-lid status van uw man of vrouw als uw extra aansporing om tact, wijsheid en vindingrijkheid te ontwikkelen. Weiger toe te geven aan zelfmedelijden. Ontwaak en zie uw kansen. Uw overwinning in uw situatie maakt duidelijk dat God geen meelopers in deze wereld zoekt. Wél meelopers in Gods kudde. Die kudde gaat tegen de stroom van Satans wereld in.

Door u in de speciale categorie te plaatsen die zijn levenswijze volgt voor de kritische ogen van uw gezin dat u dagelijks observeert, heeft God u een geweldige blijk van vertrouwen geschonken.

Hoe? Door u op die manier te roepen; Hij wist dat u het aankon, met zijn hulp.

1 Corinthiërs 7:24: „Broeders, iedereen blijve voor God in die toestand, waarin hij werd geroepen.”

Aanvaard uw situatie en laat het aan God over. U hebt een speciale roeping. Maak er het beste van!


Terug naar de Home Page