Voor literatuurlijst klik hier. Gebruikt u de sleutels tot gezinsvrede? Gods Woord staat
vol instructies voor vreedzaam
Kunt
u in uw huiskamer gaan zitten met een groepje van onze huidige wereldleiders
– bijvoorbeeld van Rusland, Iran, de Verenigde Staten, Israël, China en
Turkije – en hun duidelijk maken hoe zij in vrede kunnen leven door hun te
laten zien hoe uw ’koninkrijk’, uw gezin, wordt geregeerd? Iemand moet dit
kunnen! Het menselijk
geslacht leeft zeker niet in vrede en onze leiders slagen er maar niet in
die vrede te vinden. Wereldleiders van
’christelijke’ naties die redevoeringen hielden over vrede, plachten nogal
eens uitvoerig de woorden van de profeet Jesaja te citeren over de noodzaak
om „hun zwaarden tot ploegscharen om [te] smeden” (Jesaja 2:4). Jesaja's
belangrijke conclusie laten zij echter achterwege: „De weg des vredes kennen
zij niet”. En verder: „en er is geen recht in hun sporen; zij gaan langs
kronkelpaden; niemand die ze betreedt, kent vrede. Daarom blijft het recht
ver van ons en de gerechtigheid bereikt ons niet. Wij wachten op licht en
zie, er is duisternis; op stralende helderheid en wandelen in dichte
donkerte. Wij tasten als blinden langs de wand, als wie geen ogen hebben,
tasten wij; wij struikelen op de middag als in de schemering, wij zijn in de
kracht van ons leven aan doden gelijk. Wij grommen allen als beren en kirren
droevig als duiven; wij wachten op recht, maar het is er niet; op
verlossing, maar zij blijft verre van ons” (Jesaja 59:8-11). Bijna 6000 jaar
menselijke geschiedenis heeft bewezen dat deze woorden van Jesaja absoluut
waar zijn. Mensen willen
graag vrede en hebben vrede nodig. Wij zingen erover, praten erover, houden
topconferenties waarop wij de vrede afkondigen, maar toch lijken wij geen
blijvende vrede te kunnen vinden. Hoe komt dat? Is vrede zo moeilijk te
vinden? Het antwoord is ja! Vrede is niet
alleen moeilijk te vinden, maar zelfs voor de mens onmogelijk te vinden,
omdat deze wereld zich heeft afgesneden van de enige bron van ware, duurzame
vrede. Jezus Christus
heeft het duidelijk gemaakt in Johannes 14:27: „Vrede laat Ik u, mijn vrede
geef Ik u; niet gelijk de wereld die geeft, geef Ik hem u.” Laten wij dit
eens nader beschouwen. Hoeveel vrede geeft deze wereld ons, ongeacht of dat
nu in regeringen, religie, gezinnen of zelfs maar in de geest van de mensen
is? Erg weinig. En het beetje vrede dat er van tijd tot tijd heerst, is
gegarandeerd niet blijvend. Vrede binnen het
gezin
Maar hoe is het gesteld met de vrede die Christus
zegt te zullen geven aan zijn volgelingen, die Hij heeft geroepen, bekeerde
enkelingen – ware christenen – die niet van de bron zijn afgesneden? Hoeveel
vrede, een van de fundamentele vruchten van de heilige geest, hebt u zelf?
„Maar de vrucht van de Geest is liefde, blijdschap,
vrede,
lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid,
zelfbeheersing” (Galaten 5:22). Is het kleine
koninkrijk van uw gezin een lichtend voorbeeld voor de wereld, dat laat zien
hoe iedereen op aarde in harmonie zou kunnen leven? Dat zou het eigenlijk
moeten zijn, of u zou er althans naar moeten streven om het tot zo'n
lichtpunt te maken. Wij kunnen op dit
moment niet veel aan de wereld veranderen, maar wij kunnen wel ons eigen
leven veranderen, en op dit gebied zou meer vrede zichtbaar moeten zijn in
onze afzonderlijke levens, in ons huwelijk en in onze kinderen. Ware vrede komt
van God en van geen enkele andere bron! Veroorzaakt God verwarring, oproer
en instabiliteit? In 1 Corinthiërs 14:33 staat duidelijk dat God geen
schepper van wanorde is, maar van vrede. Laten wij dus
zeggen waar het op staat: ruzies, gekibbel en onenigheid thuis worden door
Satan veroorzaakt. Wij kunnen dit niet gemakkelijk afdoen door te zeggen:
„In alle huwelijken komen ruzies voor, alle kinderen kibbelen – dat is nu
eenmaal zo.” Zo is het zeker in deze wereld, maar dat is niet Gods
levensstijl. Het ontbrekende
grondbeginsel Het is een
kwestie van oorzaak en gevolg. Als wij Gods wegen volgen, zal Jesaja
32:17-18 in ons gezin worden vervuld: „En de vrucht der gerechtigheid [het
naleven van Gods wetten] zal vrede zijn, de uitwerking der gerechtigheid
rust en veiligheid tot in eeuwigheid. En mijn volk zal in een verblijf des
vredes wonen, in veilige woningen, in oorden van ongestoorde rust.” Is deze
beschrijving van toepassing op uw gezin? Vormt uw gezin een oord van vrede
en rust? Of moet u regelmatig onenigheden tussen uw kinderen bijleggen?
„Jongens, houden jullie nu eens op met ruziemaken!” – is dit een
veelgehoorde uitroep bij u thuis? Slaan uw kinderen elkaar, schreeuwen zij
tegen elkaar en schelden zij elkaar uit („Stomme idioot, dat je bent! Ik zal
het tegen mamma zeggen!”)? Twist u als
ouders met uw kinderen? Twist u als man en vrouw en schreeuwt u tegen
elkaar, of – het andere uiterste – spreekt u soms lange tijd niet tegen
elkaar? Onderschat het
belang van het overwinnen van zulke dingen niet. Satan zal die zwakheden
uitbuiten om u lichamelijk en geestelijk te kwellen. Hoe kunnen wij
onszelf op dit punt nu verbeteren? Hoe kunnen wij leren ware vredestichters
te worden? Door het geopenbaarde Woord van God, de Bijbel, te bestuderen en
ons beter vertrouwd te maken met de voorschriften om tot vrede te komen,
beginselen waar het deze wereld aan ontbreekt. Het meest
fundamentele beginsel staat in Psalmen 119:165: „Zij, die uw wet liefhebben,
hebben grote vrede, er is voor hen geen struikelblok.” Gods wet,
verheerlijkt en zowel naar de geest als naar de letter nageleefd, is bedoeld
om vrede te brengen. Wanneer er in uw gezinssituatie geen vrede is, worden
Gods wetten overtreden. Laten we eens
drie grondbeginselen bekijken, die op Gods wet zijn gebaseerd en die u bij u
thuis kunt toepassen. De Bijbel bevat ook nog andere duidelijke punten, maar
deze drie grondbeginselen zullen u zeker op de weg naar vrede helpen. Leer te geven Ten eerste: leer
te geven – en leer dit werkelijk zeer grondig – en breng dit met ijver en
toewijding in praktijk. De weg van geven brengt vrede.
Zorg ervoor dat u ook uw kinderen de weg van geven
onderwijst. Kinderen nemen al op jonge leeftijd de houding aan om
zelfzuchtig te nemen. Deze houding van
nemen verstoort de vrede op elk niveau van
menselijk handelen, of dat nu tussen volkeren of tussen kinderen is. Het is
belangrijk om uw kinderen al vroeg, op eenvoudige manieren, Gods geboden in
te prenten. Door een klein
kind te leren geen speelgoed van een ander kind af te pakken, leert u het om
niet te begeren en te stelen. Als u toestaat dat uw kind dingen van anderen
afneemt, zal het niet lang duren voor de vrede wordt verstoord. Als u uw
dochter uitlegt hoe fijn een zwak begaafd meisje uit de straat het zou
vinden als zij een uurtje met haar zou spelen, want het gehandicapte
buurmeisje wordt veel gepest, maar zij wil ook graag vrede. Er zijn
mogelijkheden genoeg om uw kinderen van dit vredesbeginsel te doordringen.
Benut deze gelegenheden zo goed mogelijk om hen dit bij te brengen. Als u
bijvoorbeeld op de televisie hongerlijdende kinderen ziet, neem dan de tijd
om uw eigen kinderen de achterliggende lessen te leren die van toepassing
zijn op ons eigen leven. „Die jongetjes en
meisjes lijden honger omdat de grote mensen oorlog voeren”, zou u kunnen
zeggen. „Een oorlog is als een heleboel mensen ruzie maken, meestal omdat
zij een stuk van een ander land willen afpakken. God heeft een hekel aan
ruzie maken. Daarom vinden wij het niet goed wanneer jij met je kleine
broertje ruzie maakt. Ruzie maken doet mensen alleen maar pijn.” Zulke lessen
kunnen een zeer doeltreffende uitwerking hebben op jonge, ontvankelijke
geesten.
Waar komt ruzie uit voort? Uit de houding van
nemen –
het tegengestelde van de houding van
geven, die God graag van ons ziet. „Waaruit
komt bij u strijden en vechten voort? Is het niet hieruit uit uw
hartstochten, die in uw leden zich ten strijde toerusten? Gij begeert, doch
gij hebt niet; gij zijt moorddadig en na-ijverig en gij kunt er niets mede
verkrijgen; gij vecht en gij strijdt. Gij hebt niets, omdat gij niet bidt.
Of, gij bidt wel, maar gij ontvangt niet, doordat gij verkeerd bidt, om het
in uw hartstochten door te brengen” (Jakobus 4:1-3). En in het
huwelijk? Kunnen twee mensen die elkaar 100 procent geven ooit ruzie hebben?
In Spreuken 13:10 staat: „Door overmoed ontstaat slechts twist, maar bij hen
die zich laten raden, is wijsheid.” Het Hebreeuwse woord dat met overmoed is
vertaald is trots, zoals in andere vertalingen staat. Zelfzucht, in welke
vorm dan ook, ligt ten grondslag aan elk gebrek aan vrede binnen het gezin.
Trots is egocentrisch en dus tegengesteld aan de weg van geven.
Leer het leven vanuit deze twee standpunten
bekijken, geven
tegenover nemen,
en u zult zien hoe de ene houding vrede
schept en de andere houding vrede vernietigt. Denk hier diep over na om te
zien wat er in uw gezin veranderd kan worden om de weg van
geven beter toe
te passen. Geven betreft niet alleen maar materiële dingen, maar kan zich
vooral uiten in geestelijke daden zoals liefde, blijdschap,
verdraagzaamheid, vriendelijkheid. Werk samen. Doe elkaar ongevraagd een
plezier. Wees aardig, geef. Leer dit ook aan uw kinderen, en zie dan of er
niet meer vrede komt. Maak geen ruzie Ten tweede: zie
erop toe dat er bij u thuis geen ruzie wordt gemaakt. Toegegeven, er zullen
momenten zijn waarop iemand u kwaad, teleurgesteld of humeurig kan maken,
maar toon karakter en weiger in een negatieve woordenwisseling te vervallen.
In geval van onenigheid, zelfs als de één gelijk heeft en de ander ongelijk,
krijgen beide partijen ongelijk als ze ruzie gaan maken. Eenvoudig gezegd:
goede christenen maken geen ruzie. Christus heeft
het voorbeeld gegeven, „opdat gij in zijn voetstappen zoudt treden; die geen
zonde gedaan heeft en in wiens mond geen bedrog is gevonden; die, als Hij
gescholden werd, niet terugschold en als Hij leed, niet dreigde” (1 Petrus
2:21-23). Waarom deed Hij dat niet? Omdat dit leidt tot een verkeerde
levenshouding, die uitmondt in verkeerde daden. Christus bezat
genoeg zelfbeheersing dat Hij, zoals in 1 Petrus 3:9 staat, kwaad niet met
kwaad vergold of laster met laster. Er zijn twee mensen nodig om een ruzie
of een woordenwisseling te beginnen en Christus heeft ons laten zien dat het
niet op die manier hoeft. Als kinderen
ergens ruzie over beginnen te maken, dan dienen alle ruziezoekers, ongeacht
de situatie, te worden gecorrigeerd en gedisciplineerd. Breng kinderen de
oorzaak van ruzie bij – leg de geestelijke principes en consequenties uit.
Leer hun hoe Satan hun houding tegenover ruzie kan beïnvloeden en breng hen
terug tot Gods houding. Dat is zeker mogelijk. Maak duidelijk
dat er vrede moet zijn. Betekent dit dat u uw hoofd in het zand moet steken
en doen alsof er geen problemen bestaan? Nee, het betekent dat u zelf
begrijpt en de gezinsleden leert dat we met problemen moeten kunnen omgaan,
er zelfs in positieve zin van kunnen leren en eventuele problemen niet
moeten verergeren met kibbelen, redetwisten, schreeuwen en ruziën. Dit
brengt ons op het volgende punt. Wat moet u doen als er problemen zijn? Los conflicten op
de juiste wijze op Ten derde: bepaal
dat u problemen op een kalme en vreedzame wijze zult oplossen, met Gods
hulp. Wendt u zich met
uw gezinsproblemen eerst tot God en lost u ze dan rustig op? Psalmen 34:15
leert ons: „Zoek de vrede en jaag die na.” Wat is de eerste stap? Vers 16
zegt: „De ogen des Heren zijn op de rechtvaardigen, en zijn oren tot hun
hulpgeroep.” U begint de vrede te zoeken en na te jagen door er met God over
te spreken. Dit zou automatisch het eerste moeten zijn dat wij doen, en niet
het laatste zoals vaak het geval is. De invloed die
Gods geest op een gezin kan hebben wanneer God als eerste wordt
geraadpleegd, is zeer bemoedigend. Als uw kinderen gemeen tegen elkaar zijn
en ruzie maken, brengt u hen naar hun slaapkamer en laat hen neerknielen om
erover te bidden en om voor elkaar te bidden en God te vragen hen te helpen
elkaar met liefde, zorg en een gevende houding te behandelen. Voor man en vrouw
geldt hetzelfde. Als er onenigheid ontstaat en een van beiden geestelijk
volwassen genoeg is om voor te stellen: „Laten we geen ruzie maken, maar
bidden om een oplossing” (en de ander geestelijk volwassen genoeg is om deze
goede raad aan te nemen), dan verschijnt God en kan Hij beginnen vrede te
stichten. En natuurlijk is niet elke discussie, eventueel met enige emotie,
een onenigheid. Vanzelfsprekend
mogen uw gebeden niet uitgaan van eigengerechtigheid: „God, laat hen inzien
waar zij ongelijk hebben.” Bid met een
berouwvolle houding door God te vragen u te laten zien wat u doet, en u de
benodigde wijsheid te geven om niet de verkeerde dingen te zeggen die de
toestand alleen maar verergeren, om uw geest te vervullen van
zachtmoedigheid, goedheid, nederigheid, gematigdheid, geduld, liefde en het
vermogen om uw levensgezel deze vruchten te tonen. Na een oprecht
gebed, waarin u uw problemen nederig aan God hebt voorgelegd, zult u niet
gemakkelijk weer ruzie maken. Wij hebben Gods
hulp ook nodig om onze aardse aandriften te bedwingen bij het steeds
vermijden van onrust. Het is gemakkelijk om te schreeuwen, uit te varen,
elkaar onheus te bejegenen, maar wij moeten wel bedenken dat dit niet de
vrede brengt die Christus ons heeft gelaten. Iedereen moet
meehelpen om de vrede te bewaren, maar binnen het koninkrijk van het gezin
telt, net als binnen een natie, vooral het door de leiders gegeven
voorbeeld. Als de ouders tegen elkaar schreeuwen, leren de kinderen tegen
elkaar te schreeuwen. Als de ouders elkaar onheus bejegenen en niet meer met
elkaar spreken, zullen de kinderen dat ook doen. Zo hebben zij het immers
geleerd. Wij onderwijzen
met ons voorbeeld, maar ook met behulp van lessen. Leer uw kinderen dus hoe
zij problemen kunnen vermijden en hoe zij problemen op de juiste manier
kunnen oplossen als die toch ontstaan. Houd in gedachte dat zij alleen in
slechte gewoonten zullen volharden als zij daartoe gelegenheid krijgen. Sta niet toe dat
zij elkaar uitmaken voor idioot of debiel (om nog maar te zwijgen over de
veel ergere scheldwoorden die vandaag de dag zelfs door kleine kinderen
worden gebruikt). Scheldwoorden of beledigingen roepen alleen maar wrok op.
Wrok leidt niet tot vrede.
In plaats van voortdurend met elkaar te kibbelen,
moeten kinderen leren naar u te gaan en te zeggen: „Pa,
wij zitten met
een probleem dat moet worden opgelost.” Leer uw kinderen al op jonge
leeftijd de belangrijke les dat iedereen in het gezin verantwoordelijk is
voor het bewaren van de vrede. Eensgezindheid Dit zijn
fundamentele en eenvoudige punten. Noem echter eens één land dat vandaag de
dag ook maar één van deze beginselen in acht neemt. De koninkrijken van deze
wereld kennen de weg naar vrede niet, maar de koninkrijken van onze gezinnen
zouden hem wel moeten kennen. David schreef in
Psalmen 133:1: „Ziet, hoe goed en hoe liefelijk is het, als broeders ook
[eensgezind] tezamen wonen.” Dat is werkelijk goed om te zien. Ga eens voor
uzelf na hoeveel gezinnen u kent waar werkelijk vrede en harmonie heerst.
Helaas zullen dat er vermoedelijk niet veel zijn. Als wij in de
wereld van morgen de mensheid Gods levenswijze willen onderwijzen, moeten
wij nu leren anders dan de wereld te zijn. „Maakt dan mijn
blijdschap volkomen door eensgezind te zijn, één in liefdebetoon, één van
ziel, één in streven, zonder zelfzucht of ijdel eerbejag; doch in
ootmoedigheid achte de een de ander uitnemender dan zichzelf; en ieder lette
niet slechts op zijn eigen belang, maar ieder lette ook op dat van anderen.
Laat die gezindheid bij u zijn, welke ook in Christus Jezus was”
(Filippenzen 2:2-5). „Overigens,
broeders, weest blijde, laat u terecht brengen, laat u vermanen, weest
eensgezind, houdt vrede, en de God der liefde en des vredes zal met u zijn”
(2 Corinthiërs 13:11). Erken dus waar
vrede vandaan komt en waar het gebrek aan vrede vandaan komt. Besef hoe
belangrijk het is om met God de vrede na te jagen. Dan kunnen wij in de
nabije toekomst de gehele mensheid laten zien hoe wij vrede kunnen hebben
wanneer wij zullen regeren met Jezus Christus, de „Vredevorst” (Jesaja 9:5). |