Voor literatuurlijst klik hier.
Om de WAARHEID
te zeggen… Zegt u altijd de waarheid? Behoort u dat te doen? Hier leest u hoe het Negende Gebod van God van toepassing is op uw
leven. Kan
een leugen, zelfs een ’leugentje’,
ooit noodzakelijk of zelfs gerechtvaardigd zijn?
In deze moderne tijd van situatie-ethiek, grootscheepse reclame,
ingewikkelde menselijke relaties en dekmantels van regeringen kan men zich
dat heel goed gaan afvragen!
’Leugentjes om bestwil’ tussen man en vrouw, ouders en kinderen, of
andere familieleden en collega's worden door vooraanstaande autoriteiten
vergoelijkt en zelfs aangemoedigd. Ambtenaren zwijgen over de misstanden aan
de top „ter bescherming van de nationale veiligheid” of de reputatie.
Veel van de fictieve verhalen op de televisie en in de film zijn op
leugens gebaseerd, en dat alles in de naam van het amusement (veelal als
’komedie’) – en hoe meer leugens, hoe interessanter het verhaal, schijnt
het.
Adverteerders zijn in hun schandelijke en vaak regelrecht onjuiste
beweringen over goederen en diensten zo ver gegaan dat er geen enkele
verstandige consument meer is die tegenwoordig nog onvoorwaardelijk in enige
reclame gelooft.
De tijd is voorbij dat „de waarheid, de hele waarheid en niets dan de
waarheid” nog als ideaal werd beschouwd. Maar ís het wel altijd het
beste om de waarheid te zeggen? Bestaan er situaties waarin een leugen beter
zou zijn? Duurt eerlijkheid niet altijd het langst?
Hier is het krachtige antwoord van God in Openbaring 21:8: „Maar de
lafhartigen, de ongelovigen, de verfoeilijken, de moordenaars, de
hoereerders, de tovenaars, de afgodendienaars, en alle leugenaars; hun deel
is in de poel, die brandt van vuur en zwavel: dit is de tweede dood.”
Voor het vleselijk-gezinde verstand lijkt een dergelijke redenering
onlogisch. Maar vanuit de volmaakt geestelijke zienswijze waarop Hij zijn
hele levenswijze gebaseerd heeft, gebiedt God ons in Exodus 20:16: „Gij zult
geen valse getuigenis spreken tegen uw naaste.”
Het Negende Gebod omvat alle aspecten van liegen: valse beschuldigingen,
voorwendsels, hypocrisie, halve waarheden, leugentjes om bestwil, roddelen –
zelfs het breken van beloften. In feite bestaat er, in tegenstelling tot wat
sommige mensen denken, niet zoiets als een leugentje om bestwil of een halve
waarheid. Een leugen is een leugen en God verafschuwt leugens!
Halve
waarheden
Mensen proberen zich vaak te rechtvaardigen door te doen alsof een halve
waarheid geen leugen is. Zij beseffen niet dat de halve waarheid nog steeds
een hele zonde is.
De patriarch Abraham moest de gevolgen van een dergelijke ervaring
ondergaan. Toen hij en zijn knappe vrouw Sarai in Egypte kwamen, was hij
bang dat de Egyptenaren hem zouden doden om Sarai voor zichzelf te nemen.
Genesis 12:11-13: „Toen hij op het punt stond Egypte binnen te trekken,
zeide hij tot zijn vrouw Sarai: Zie toch, ik weet, dat gij een vrouw zijt
schoon van uiterlijk. Wanneer de Egyptenaren u zien, zullen zij zeggen: Dit
is zijn vrouw; en zij zullen mij doden, en u in het leven laten. Zeg toch,
dat gij mijn zuster zijt, opdat het mij om uwentwil welga, en ik om uwentwil
in het leven moge blijven.”
Loog Abraham? Ja. Maar Sarai was immers zijn halfzuster? Inderdaad –
maar zij was tevens zijn vrouw. Abraham had niet de hele waarheid verteld.
Vers 17: „Maar, de Here sloeg Farao met zware plagen, evenals zijn huis,
ten oorzake van Sarai, de vrouw van Abram.”
Spreekt u weleens een halve waarheid, misschien in de waan dat u het
Negende Gebod niet overtreedt? Veel mensen doen dat weleens, bewust of
onbewust. Het is niet noodzakelijk om ieder detail van iets dat u weet te
vertellen (soms is het beter om helemaal niets te zeggen) – maar wat u zegt,
moet de waarheid zijn – de echte waarheid!
Bijgekleurde waarheden
Een van de belangrijkste dingen waar u aan moet denken als u met iemand
in gesprek bent, is dat de mensen niet altijd horen wat u wilt dat zij horen
– niet helemaal tenminste. Uw woorden hebben voor hen niet dezelfde
betekenis als voor u. Hun oren vangen alleen dat op wat hun geest graag en
gemakkelijk zal accepteren.
En als zij herhalen wat er gezegd is, kleuren zij de waarheid bij op een
wijze die henzelf in een goed daglicht stelt, net als u doet. U hoort alleen
wat u wilt horen en u herhaalt de dingen op een zodanige manier dat u
onschuldig lijkt. Deze neiging hebben de meeste mensen.
Hebt u er bijvoorbeeld ooit eerlijk opgelet hoe u een ongeluk beschrijft
waarbij u betrokken bent geweest? Wiens fout blijkt het te zijn?
Die ’onschuldige’ opmerking die u maakt, de toespeling die u toevoegt en
de manier waarop u beschrijft hoe het allemaal gebeurd is, maken een groot
verschil uit. Door de waarheid bij te kleuren vertelt u in feite een leugen.
Op speciaal daarvoor bestemde websites – online sociaal netwerk –
presenteren mensen zichzelf, o.a. voor het zakelijke circuit. Ook hier
schort het aan betrouwbaarheid. Het zal waarschijnlijk niet zo ver gaan dat
iemand in zijn cv zet dat hij op een universiteit heeft gezeten en zeker
weet dat hij niet liegt, want hij is dakdekker. Maar toch wordt er veel
misleidende informatie geplaatst. Dat is liegen! En natuurlijk registreren
veel mensen zich om hun imago op te vijzelen met hun eigen bewoording.
De eerste mensen begonnen al met de waarheid bij te kleuren.
God had tegen Adam en Eva gezegd in Genesis 2:16-17: „Van alle bomen in
de hof moogt gij vrij eten, maar van de boom der kennis van goed en kwaad,
daarvan zult gij niet eten, want ten dage, dat gij daarvan eet, zult gij
voorzeker sterven.”
Eva liet zich door Satan verleiden en at een vrucht van de verboden boom
en ze gaf er ook een aan Adam die hem opat. Toen God hem vroeg of hij van de
verboden boom had gegeten, kleurde hij zijn antwoord.
Genesis 3:12: „De vrouw, die Gij aan mijn zijde gesteld hebt, die heeft
mij van de boom gegeven en toen heb ik gegeten.”
Dit klonk wat onschuldiger dan te zeggen: „Ja, ik ben aan U ongehoorzaam
geweest en heb een vrucht gegeten van de boom waarvan U verboden had te
eten.” Ook Eva kleurde haar antwoord toen God haar dezelfde vraag stelde.
Vers 13: „Daarop zeide de HERE God tot de vrouw: Wat hebt gij daar
gedaan? En de vrouw zeide: De slang heeft mij verleid en toen heb ik
gegeten.”
We hoeven niet verbaasd te zijn als hun kinderen dit gedrag overnemen.
Uit afgunst had hun zoon Kaïn zijn broer Abel gedood.
Genesis 4:9: „Toen zeide de HERE tot Kaïn: Waar is uw broeder Abel? En
hij zeide: Ik weet het niet; ben ik mijns broeders hoeder?”
Dit was geen bijgekleurde waarheid meer, maar een onverschillige leugen.
Het is het verlangen van de mensen om zich te verdedigen, om de
strengheid van een gebod te tonen of een schijnbare onrechtvaardigheid die
hen is aangedaan, die de mensen de waarheid doet bijkleuren. En dit gebeurt
vaker dan u denkt.
Een bijgekleurde waarheid staat soms even ver van de waarheid af als een
regelrechte leugen. De waarheid kan bijgekleurd worden door weglating,
toevoeging of wijziging, die alle feiten verdraaien en de waarheid in een
leugen veranderen. En vergeet niet, God verafschuwt leugens!
Roddelen
Vertelt u altijd verder wat u hoort, of het nu goed of slecht is, waar
of onwaar? God heeft gezegd in Leviticus 19:11, 16: „Gij zult niet stelen,
gij zult niet liegen en gij zult elkander niet bedriegen . . . Gij zult
onder uw volksgenoten niet als een lasteraar rondgaan; gij zult uw naaste
niet naar het leven staan.”
Wanneer u roddelt of lastert, overtreedt u het Negende Gebod. U kunt uw
naaste niet liefhebben, zoals God gebiedt, wanneer u kwaad van hem spreekt
of de mensen tegen hem keert. Een ware christen is een vredestichter, geen
oorlogshitser. Christus heeft gewaarschuwd.
Lukas 17:1: „Het is onmogelijk, dat er geen verleidingen komen, maar wee
hem, door wie zij komen!”
Een ware christen spreekt over niemand kwaad. Hij oordeelt niet en
herhaalt geen dingen die zijn naaste kunnen schaden. Dit mag niet verkeerd
geïnterpreteerd worden. We kunnen niet doen alsof alle mensen goed zijn.
Christus sprak op kwade toon tegen en over de huichelachtige joodse
religieuzen in zijn tijd. Maar we moeten niet meedoen met het verspreiden
van kwade geruchten. Zoals u weet, verspreiden roddelpraatjes zich zeer
snel. Dat komt doordat Satan eropuit is de mensen op te hitsen en twist te
veroorzaken. Satan is de „aanklager van onze broeders” (Openbaring 12:10).
Let op de beschrijving van het type mens dat God in zijn Koninkrijk
wenst.
Psalmen 15:1-3: „HERE, wie mag verkeren in uw tent? Wie mag wonen op uw
heilige berg? Hij, die onberispelijk wandelt en doet wat recht is en
waarheid spreekt in zijn hart, die met zijn tong niet lastert, die zijn
metgezel geen kwaad doet en geen smaad op zijn naaste laadt.”
Overtreed Gods Negende Gebod niet door te roddelen. God verafschuwt
lippen die roddels verspreiden.
Valse
getuigenissen
Wanneer we een getuigenis moeten afleggen, rust er een zeer belangrijke
verantwoordelijkheid op ons. Door onze woorden kan een onschuldige persoon
worden veroordeeld, of kan een misdadiger vrijuit gaan.
Leggen we een ware of een valse getuigenis af? Doen we nauwkeurig
verslag van de feiten, of verdraaien we ze en kiezen we partij? Een ware
christen kent geen aanzien des persoons. Maar de neiging bestaat om een
verhaal te verdraaien, vooral als iemands eigen belangen ermee gemoeid zijn.
God zegt in Spreuken 19:5: „Een vals getuige blijft niet ongestraft, wie
leugens uitblaast, ontkomt niet.”
Geen van de mensen die Christus vervolgden, kon een fout bij Hem vinden.
Toch beschuldigden zij Hem onophoudelijk van verkeerde praktijken. Zij
bekritiseerden zijn woorden en daden. Zij kochten zelfs mensen om om leugens
over Hem te verkondigen om Hem te veroordelen. En hun afschuwelijke
samenzwering eindigde zelfs niet bij zijn dood – zij gebruikten ook nog
valse getuigen om te liegen over het wonder van de opstanding van Christus.
Mattheüs 27:62-66: „De volgende dag, dat is na de Voorbereiding, kwamen
de overpriesters en de Farizeeën gezamenlijk tot Pilatus, en zij zeiden:
Heer, wij hebben ons herinnerd, dat die verleider bij zijn leven gezegd
heeft: Na drie dagen word Ik opgewekt. Geef daarom bevel het graf te
verzekeren tot de derde dag; anders konden zijn discipelen Hem komen stelen,
en tot het volk zeggen: Hij is opgewekt uit de doden, en de laatste dwaling
zou erger zijn dan de eerste. Pilatus zeide tot hen: Hier hebt gij een
wacht, gaat heen en verzekert het naar uw beste weten. Zij gingen heen en
verzekerden het graf met de wacht, na de steen verzegeld te hebben.”
Mattheüs 28:1-15: „Laat na de sabbat, tegen het aanbreken van de eerste
dag der week, ging Maria van Magdala en de andere Maria het graf bezien. En
zie, er kwam een grote aardbeving, want een engel des Heren daalde uit de
hemel neder en kwam nader, en hij wentelde de steen weg en zette zich
daarop. Zijn uiterlijk was als een bliksem en zijn kleding wit als sneeuw.
En de bewakers werden door vrees voor hem bevangen en zij werden als doden.
Doch de engel antwoordde en zeide tot de vrouwen: Weest gij niet bevreesd;
want ik weet, dat gij Jezus zoekt, de gekruisigde. Hij is hier niet, want
Hij is opgewekt, gelijk Hij gezegd heeft; komt, ziet de plaats, waar Hij
gelegen heeft. En gaat terstond op weg en zegt zijn discipelen, dat Hij is
opgewekt uit de doden. En zie, Hij gaat u voor naar Galilea; daar zult gij
Hem zien. Zie, ik heb het u gezegd. En zij gingen terstond weg van het graf,
met vrees en grote blijdschap, en liepen haastig voort om het zijn
discipelen te berichten. En zie, Jezus kwam haar tegemoet en zeide: Weest
gegroet. Zij naderden Hem en grepen zijn voeten en zij aanbaden Hem. Toen
zeide Jezus tot haar: Weest niet bevreesd. Gaat heen en bericht mijn
broeders, dat zij naar Galilea gaan, en daar zullen zij Mij zien. Toen zij
onderweg waren, zie, enigen van de wacht kwamen in de stad om de
overpriesters al het gebeurde te berichten. En in een vergadering met de
oudsten kwamen zij tot een besluit en zij gaven de soldaten veel geld, en
zij zeiden: Zegt, zijn discipelen zijn des nachts gekomen en hebben Hem
gestolen, terwijl wij sliepen. En indien dit de stadhouder ter ore komt, wij
zullen het in orde brengen en maken, dat gij buiten moeite blijft. En zij
namen het geld aan en deden zoals hun gezegd was. En dit gerucht is onder de
Joden verbreid tot de dag van heden toe.”
Vraag God iedere dag om u te helpen de waarheid te spreken, ongeacht de
prijs of de omstandigheden. Als u de taak krijgt om te getuigen, spreek dan
altijd de waarheid, zelfs als die u pijn doet of schaadt. Beoordeel of die
pijn en schade voor een ander verdiend of onverdiend is, want zwijgen is
soms ook een optie. Wees een ware christen, een betrouwbare getuige –
probeer God te behagen, niet de mensen!
Hypocrisie
Hypocrisie is een ander facet van liegen – van het overtreden van het
Negende Gebod. Een hypocriet zegt het ene en doet het andere. Bijvoorbeeld,
de schriftgeleerden en farizeeën uit de tijd van Jezus vonden zichzelf
rechtvaardig en heilig, maar in werkelijkheid bestond hun rechtvaardigheid
alleen in schijn. Zij reinigden „de buitenzijde van de beker en van de
schotel”, maar van binnen waren zij „vol roof en onmatigheid” (Mattheüs
23:25).
Daarom zei Christus in Mattheüs 23:3: „Alles dan, wat zij u ook zeggen,
doet dat en onderhoudt dat, maar doet niet naar hun werken, want zij zeggen
het wel, maar doen het niet.”
Een ander voorbeeld van hypocrisie is dat van Ananias en Saffira. Zij
deden alsof zij hun bezittingen met het volk van God deelden, maar hun
schijnbare vrijgevigheid was niet meer dan uiterlijk vertoon. Nadat zij hun
land voor een bepaalde som verkocht hadden, deden zij alsof zij de hele
koopsom aan de voeten van de apostelen legden, maar in werkelijkheid hielden
zij een deel ervan voor zichzelf achter. Het gevolg? Zij betaalden voor hun
leugen met hun leven.
Handelingen 5:1-10: „En een zeker man, met name Ananias, met zijn vrouw
Saffira, verkocht een eigendom, hield iets van de opbrengst achter, met
medeweten van zijn vrouw, en bracht een zeker deel en legde het aan de
voeten der apostelen. Maar Petrus zeide: Ananias, waarom heeft de satan uw
hart vervuld om de Heilige Geest te bedriegen en iets achter te houden van
de opbrengst van het stuk land? Als het onverkocht gebleven was, bleef het
dan niet van u, en was, na de verkoop, de opbrengst niet te uwer
beschikking? Hoe kondt gij aan deze daad in uw hart plaats geven? Gij hebt
niet tegen mensen gelogen, maar tegen God. En bij het horen van deze woorden
viel Ananias neder en blies de adem uit. En een grote vrees kwam over allen,
die het hoorden. En de jonge mannen stonden op en legden hem af, en zij
droegen hem uit en begroeven hem. En het geschiedde na verloop van ongeveer
drie uur, dat zijn vrouw binnenkwam, onkundig van wat er gebeurd was. En
Petrus antwoordde haar: Zeg mij, hebt gij het stuk land voor zoveel
verkocht? En zij zeide: Ja, voor zoveel. En Petrus zeide tot haar: Hoe hebt
gij kunnen overeenkomen om de Geest des Heren te verzoeken? Zie, de voeten
van hen, die uw man hebben begraven, zijn aan de deur en zij zullen ook u
uitdragen. En zij viel terstond neder voor zijn voeten en blies de adem uit;
en de jonge mannen kwamen binnen en vonden haar dood en zij droegen haar uit
en begroeven haar bij haar man.”
Hypocrieten doen zich voor als iets wat zij niet zijn, of geven voor dat
zij iets doen zonder het te doen.
Verafschuw liegen
Voor leugens, hypocrisie en valse voorwendsels is geen plaats in de
geest of handelingen van een ware christen.
En hoe zit het met de beloften die we doen? Houden we ze? Denken we
misschien dat het breken van een belofte geen zonde is? Toch is ook dit een
overtreding van het Negende Gebod!
Prediker 5:3-4: „Als gij God een gelofte gedaan hebt, talm er dan niet
mee die in te lossen, want Hij heeft geen welgevallen aan de dwazen; wat gij
beloofd hebt, moet gij inlossen. Het is beter, dat gij niet belooft dan dat
gij belooft en niet inlost.”
Deuteronomium 23:22-23: „Wanneer gij u onthoudt van het doen van een
gelofte, bezondigt gij u niet. Wat over uw lippen gegaan is, moet gij stipt
volbrengen.”
David zei in Psalmen 119:163: „Ik haat en verafschuw leugen, maar uw wet
heb ik lief.”
Wat een prachtige uitspraak – wat een prachtige instelling! Het is geen
wonder dat David een man was naar Gods hart.
Wilt u een christen zijn naar Gods hart? Zo ja, haat en verafschuw dan
de leugen, en heb Gods geboden lief – ook het Negende!
Om de
waarheid te vertellen
Wij leven in een tijdperk dat bijna alle respect voor eenvoudige,
eerlijke, onverbloemde waarheid verloren schijnt te hebben!
Mensen zeggen: „Wat is waarheid?”
DE ECHTE WAARHEID is bij God en wordt door Hem bekend gemaakt in zijn
Woord de Bijbel. ’DE ECHTE WAARHEID’ is een gedurfde uitspraak in deze tijd.
De Gemeente van God is opgedragen de lezers van de website juist die te
bieden: de onomwonden, onbevooroordeelde, nuchtere waarheid ten aanzien van
de wereldgebeurtenissen.
De Gemeente kan dit doen omdat zij – u mag dit geloven of niet – alles
wat zij zegt baseert op de enige bron waarin de uiteindelijke, absolute
waarheid kan worden gevonden. Die bron is de Bijbel.
Wij leven echter in een tijdperk dat niet veel waarde schijnt te hechten
aan oprechtheid, vertrouwen en geloofwaardigheid. Het Negende Gebod, gericht
tegen het spreken van onwaarheid, wordt op grote schaal genegeerd. Dit
probleem wortelt in de vleselijke begeerte van de mens om zoveel mogelijk
voor zichzelf te nemen – om koste wat het kost profijt te trekken.
Wanneer het enige doel nemen is, wordt eerlijkheid onbelangrijk.
Waarheid is daarom in de gedachten van de meeste mensen een
betrekkelijke term geworden — niet een eeuwige waarde die moet worden
gekoesterd en beoefend.
De verschillende kerken hebben ook hun eigen opvattingen over wat de
waarheid nu precies is. De christelijke religies passen hun leer aan aan de
tijd, dus aan de normen en wensen van mensen. Toch beweren ze dat de leer is
gebaseerd op de Bijbel. Een ernstige overtreding van het Negende Gebod.
Zij kunnen het niet eens worden over wat men over God of Jezus Christus
kan weten, of over wat de evangelieboodschap van Christus was.
Aan Jezus werd tijdens een verhoor waarbij zijn leven op het spel stond
door Pilatus gevraagd in Johannes 18:38: „Wat is waarheid?” Het antwoord op
deze vraag had Hij enkele uren tevoren al gegeven, aan zijn ware
volgelingen, toen Hij tot God de Vader bad.
Johannes 17:14-17: „Ik heb hun uw woord gegeven en de wereld heeft hen
gehaat, omdat zij niet uit de wereld zijn, gelijk Ik niet uit de wereld ben.
Ik bid niet, dat Gij hen uit de wereld wegneemt, maar dat Gij hen bewaart
voor de boze. Zij zijn niet uit de wereld, gelijk Ik niet uit de wereld ben.
Heilig hen in uw waarheid; uw woord is de waarheid.”
Daar staat het! De bron van de uiteindelijke, absolute waarheid is Gods
Woord. Gods Woord wordt gepersonifieerd door Jezus Christus.
Johannes 1:1-3: „In den beginne was het Woord en het Woord was bij God
en het Woord was God. Dit was in den beginne bij God. Alle dingen zijn door
het Woord geworden en zonder dit is geen ding geworden, dat geworden is.”
Vers 14: „Het Woord is vlees geworden en het heeft onder ons gewoond en wij
hebben zijn heerlijkheid aanschouwd, een heerlijkheid als van de
eniggeborene des Vaders, vol van genade en waarheid.”
In geschreven vorm is Gods Woord de Bijbel.
De waarheid vertellen aan de gehele wereld is de opdracht die is gegeven
aan Gods Gemeente.
Mattheüs 24:14: „En dit evangelie van het Koninkrijk zal in de gehele
wereld gepredikt worden tot een getuigenis voor alle volken, en dan zal het
einde gekomen zijn.”
Markus 16:15: „En Hij zeide tot hen: Gaat heen in de gehele wereld,
verkondigt het evangelie aan de ganse schepping.”
Kerken geven hun eigen interpretatie aan „het evangelie”. Als we niet
willen liegen dan moeten we de uitleg van Jezus geven.
Markus 1:14: „En nadat Johannes was overgeleverd, ging Jezus naar
Galilea om het evangelie Gods te prediken.”
En wat ís het evangelie?
Vers 15: „Hij zeide: De tijd is vervuld en het Koninkrijk Gods is
nabijgekomen. Bekeert u en gelooft het evangelie.”
Het evangelie is de het goede nieuws aangaande het Koninkrijk van God
dat door Jezus Christus spoedig op aarde wordt gevestigd.
Geloof geen leugens, maar geloof uw Bijbel.
De Gemeente van God verkondigt de waarheid over de omstandigheden in de
wereld. Het is dezelfde boodschap die Christus verkondigde. Die boodschap
betreft het Koninkrijk van God en de aanstaande wereld van morgen. Het
verkondigen van die ophanden zijnde wereld van morgen is het onderwerp van
het goede nieuws van onze website.
Wie regelmatig onze website objectief leest, heeft meer dan de meeste
mensen in deze wereld begrip van dit hoogst belangrijke onderwerp: waarheid.
Zou het niet fantastisch zijn als iedereen eerlijkheid en waarheid als
grondslag nam voor al zijn handelingen?
Het is onmogelijk dat God liegen zou.
Hebreeën 6:17-19: „Daarom heeft God, toen Hij des te nadrukkelijker aan
de erfgenamen der belofte het onveranderlijke van zijn raad wilde doen
blijken, Zich onder ede verbonden, opdat door twee onveranderlijke dingen,
waarbij het onmogelijk is, dat God liegen zou, wij, die tot Hem de
toevlucht genomen hebben, een krachtige aansporing zouden hebben om de hoop
te grijpen, die voor ons ligt. Haar hebben wij als een anker der ziel, dat
veilig en vast is.”
Een van de namen van Jezus Christus is ’Waarachtig’.
Openbaring 19:11: „En ik zag de hemel geopend, en zie, een wit paard; en
Hij, die daarop zat, wordt genoemd Getrouw en Waarachtig, en Hij velt vonnis
en voert oorlog in gerechtigheid.”
God wil ook waarachtigheid in ons diepste innerlijk.
Psalmen 51:8 (Statenvertaling): „Zie, Gij hebt lust tot waarheid
in het binnenste, en in het verborgene maakt Gij mij wijsheid bekend.”
De tijd komt dat iedereen de waarheid zal achten en te allen tijde de
absolute waarheid zal spreken. Dit zal gebeuren wanneer Christus Gods
regering op deze aarde heeft gevestigd.
Intussen moeten zij die God wensen te dienen zich inspannen om steeds in
ieder aspect van hun leven de waarheid te vertellen. Alles wat wij zeggen,
doen en denken moet de waarheid weerspiegelen. Het voorbeeld dat wij stellen
moet de ware levenswijze van God zijn.
Colossenzen 3:9: „Liegt niet meer tegen elkander, daar gij de oude mens
met zijn praktijken afgelegd, en de nieuwe aangedaan hebt, die vernieuwd
wordt tot volle kennis naar het beeld van zijn Schepper.” |