|
Voor literatuurlijst klik hier.
Aan
het einde van de
veertiende van de
eerste maand:
Pascha
De mensheid zou verloren zijn als er
geen Pascha zou bestaan. De ceremonie stelt de dood van Jezus Christus voor waardoor de
gehele mensheid bevrijding van de eeuwige dood wordt aangeboden.
Leviticus 23:1 De Here sprak tot Mozes: 2 Spreek tot de Israëlieten en zeg
tot hen: De feesttijden des Heren, die gij zult uitroepen als heilige samenkomsten, zijn
mijn feesttijden.
Merk op dat hier staat de feesttijden des Heren dit zijn geen religieuze
feesten van deze wereld, maar dit zijn de feesten die door God zijn ingesteld. De Here die
tot Mozes sprak, geeft vervolgens een samenvatting van Zijn feesten. Hij noemt eerst de
wekelijkse sabbat, waarvan Hij op vele andere plaatsen in de Bijbel heeft gezegd dat die
op de zevende dag gehouden moet worden. Daarna noemt Hij de zeven jaarlijkse feesten en
geeft daarbij eveneens de daarvoor bepaalde tijden.
God heeft tijden
bepaald voor Zijn feesten
Vers 4 Dit zijn de feesttijden
des Heren, heilige samenkomsten, die gij uitroepen zult op de daarvoor bepaalde tijd.
5 In de eerste maand, op de veertiende der maand, in de avondschemering, is het
Pascha voor de Here.
Uit vers vier blijkt dat de juiste tijd voor het houden van de feesten in de opdracht is
inbegrepen. In het Hebreeuws staat voor op de daarvoor bepaalde tijd in vers 4 letterlijk:
op de daarvoor aangewezen tijd.
Op de veertiende van de eerste maand is het Pascha. Om nog preciezer te zijn, in de
avondschemering van de veertiende.
De christelijke wereld verdiept zich hier niet in omdat zij haar eigen
heidense feesten viert.
Gods gemeente houdt Gods feesten. Slechts weinigen van hen houden het Pascha aan het einde
van de veertiende dag van de eerste maand. De meesten van hen houden echter deze ernstige
ceremonie bijna een etmaal eerder, namelijk direct nadat op de dertiende de zon is
ondergegaan, omdat zij dat ten onrechte hebben geleerd.
Het moge duidelijk zijn dat Christus niet in staat was het laatste Pascha dat Hij als mens
kon vieren, te houden aan het einde van de veertiende. Met zijn kruisiging aan het einde
van de veertiende bracht Hij in vervulling waar de Paschaviering van oud Israël naar uit
zag.
Dag
Etmaal - Datum
Voor een goed begrip, is het
belangrijk te weten dat in bijbelse taal de begrippen dag, nacht,
avond en morgen niet anders is dan in ons taalgebruik, in
tegenstelling tot wat velen denken. Nergens staat bijvoorbeeld in de Bijbel dat een nieuwe
datum begint in de avond.
Zo beginnen bijvoorbeeld in het scheppingsverhaal de werkdagen met het begin van de
natuurlijke dag, dat is de morgen. In het dagelijks leven was en is het ook natuurlijker
dat de avond het einde van de dag is en dus gerekend wordt tot die dag. Hierna zullen we
op de schriftgedeelten terugkomen waarin staat dat de eerste dag Ongezuurde Broden (de
vijftiende van de eerste maand) begint op de avond van de veertiende en de Verzoendag (de
tiende van de zevende maand) begint op de avond van de negende dag.
In het volgende schema staan twee dagen achter elkaar
geprojecteerd. Iedere dag van de scheppingsweek gaat God een stap verder met zijn
scheppingswerk.
Genesis 1: de tekst
gaat van A naar E.
A: En
God noemde het licht dag,
B: en de duisternis noemde Hij nacht.
C: Toen was het avond geweest
D: en het was morgen geweest:
E: de eerste dag, de tweede dag, de derde dag, t/m de
zesde dag.
A |
C |
B |
D |
|
|
|
|
dag |
|
nacht |
|
dag |
|
nacht |
|
E |
E |
In Genesis 1:5, 8, 13, 19, 23 en 31 wordt elke dag afgesloten met de periode van avond tot
morgen en dan begint er weer een dag. De dag de periode dat het licht is en
de avond en de nacht die daarop volgen, wordt in bijbelse taal als een dag gezien evenals
in ons taalgebruik. Na een nachtrust begint er weer een nieuwe dag en een nieuwe datum.
Een voorbeeld staat in Genesis 19:34 En de
volgende morgen zeide de eerstgeborene tot de jongste: Zie, ik heb gisterennacht bij mijn
vader gelegen
De volgende morgen volgt op gisterennacht, de voorgaande nacht.
Toen het eenmaal morgen geworden was, was de voorbijgegane nacht gisteren. Dus begon de
nieuwe dag met de morgen.
Het ligt voor de hand dat ook op die manier de datum wordt aangegeven en dat de hele
periode van licht (overdag), gevolgd door de avond, ook na zonsondergang, een datum is,
bijvoorbeeld de veertiende van de eerste maand. Als gesproken wordt van gisteravond, dan
is het vanzelfsprekend dat de avond die bij gisteren gerekend wordt, ook qua datum, de
datum van gisteren is.
Bijvoorbeeld: als op de vijftiende gesproken wordt over gisteravond, dan wordt de avond
van de veertiende bedoeld, waarbij de zonsondergang geen rolt speelt.
De sabbatten moeten gevierd worden van avond tot avond, een etmaal. De reden is dat God
aan het einde van de zesde dag stopte met zijn werk en tegen het invallen van de avond
ging rusten. De datum staat hier kennelijk los van, wat uit de volgende
schriftgedeelten blijkt.
De tiende van de zevende maand is de Verzoendag. Deze sabbat begint 's avonds op de negende:
Leviticus 23:27
op de tiende van die zevende
maand is de Verzoendag
Vers 32
Op de negende van de maand, des
avonds, van avond tot avond, zult gij uw sabbat vieren.
De heilige tijd van een sabbat is wel van avond tot avond, maar de datum van
begin en einde is niet dezelfde. De Verzoendag begint op de avond van negende en eindigt
op de avond van de tiende van de zevende maand.
Het zou niet logisch zijn om in hetzelfde hoofdstuk Leviticus 23 voor andere dagen en data
andere begrippen toe te passen. De avond van de dertiende van de eerste maand valt
vanzelfsprekend op de dertiende en de avond van de veertiende op de veertiende, enz. De
avond van de veertiende volgt op de periode van licht (wat we dag noemen). Dit zal de
meeste lezers niet verbazen, maar sommigen menen dat de datum evenals de heilige
tijd van een sabbat met zonsondergang begint.
In Exodus 12, waar de instructies over het Pascha en de zeven Dagen van Ongezuurde Broden
worden gegeven, wordt op dezelfde wijze over de avond als het einde van de dag gesproken
of anders gezegd, in de avond begint niet de volgende datum. Als het overdag de veertiende
is, is het 's avonds ook de veertiende. Wél begint de tijd van de heilige sabbat op de
avond van de veertiende.
De vijftiende van de eerste maand is de eerste dag van het feest van Ongezuurde Broden. Exodus 12:18 In de eerste [maand], op de veertiende
dag der maand, des avonds, zult gij ongezuurde broden eten, tot aan de eenentwintigste dag
der maand, des avonds.
Nergens in de Bijbel staat dat de vijftiende op de avond van de veertiende begint, dat zou
vreemd zijn. Ook lezen we nergens: na de avond van de veertiende begint de vijftiende.
Maar de heilige tijd van de eerste dag Ongezuurde Broden begint wel 's avonds op de
veertiende. Ook de laatste dag is een heilige dag en eindigt 's avonds:
tot aan de eenentwintigste dag der maand, des
avonds.
De avond heeft dus dezelfde datum als die dag en de volgende morgen begint er een nieuwe
dag. De aangehaalde schriftgedeelten hebben dit aangetoond. Voor onze huidige begrippen is
dat niet anders, hoewel de overgang van de ene naar de andere dag op de
Romeins-christelijke kalender strikt genomen 's nacht om 12 uur is.
Het begin van de veertiende is in de vroege ochtend. De avond ervoor was het nog de
dertiende.
Benaming van het
Pascha en de week van Ongezuurde Broden niet consequent
Op sommige plaatsen in de Bijbel worden
de periode van het Pascha en de Dagen der Ongezuurde Broden als één geheel genoemd,
terwijl het twee feesten zijn. Bovendien zijn de vertalingen niet overal nauwkeurig.
Mattheüs 26:17 Op de eerste dag van het feest
der ongezuurde broden, kwamen de discipelen bij Jezus en zeiden: Waar wilt Gij, dat wij
toebereidselen maken voor U om het Pascha te eten?
Markus 14:12 En op de eerste dag van het feest der ongezuurde broden, waarop men
gewoon was het Pascha te slachten, zeiden zijn discipelen tot Hem: Waar wilt Gij, dat wij
heengaan en toebereidselen maken, opdat Gij het Pascha kunt eten?
Lukas 22:1 Het feest nu der ongezuurde broden, dat Pascha genoemd wordt, naderde.
Vers 7 De dag der ongezuurde broden kwam, waarop het Pascha moest geslacht worden.
In voorgaande verzen wordt met de eerste dag van Ongezuurde Broden de eerste dag van de
hele periode van acht dagen bedoeld het Pascha op de veertiende en het feest der
Ongezuurde Broden van de vijftiende tot en met de eenentwintigste. In Lukas 22:1 wordt het
zelfs omgedraaid en wordt het feest der Ongezuurde Broden Pascha genoemd.
Het is belangrijk te weten dat zowel in Mattheüs 26:17 als in Markus 14:12, waar staat
op de eerste dag van het feest der Ongezuurde Broden, het woordje op
een vertaling is van een combinatie van twee Griekse woorden die betekenen: hier, daar,
aldus, op deze manier, daardoor, enz. Markus 14:12 zou daarom ook zo vertaald kunnen
worden:
In verband met de eerste dag van het feest der
ongezuurde broden, waarop men gewoon was het Pascha te slachten,
De discipelen kwamen op de dertiende bij Jezus en niet zoals in de vertaling in Mattheüs
en Markus staat op de eerste dag van het feest der Ongezuurde Broden.
Nee, het was nog de dertiende waarop ze Jezus vroegen, in verband met het naderende feest,
waar het Pascha gereed gemaakt moest worden. Vers 17 zegt dat het nog avond moest worden.
Markus 14:17 En toen het avond geworden was,
kwam Hij met de twaalven.
Blijkt uit de Schrift
dat het laatste Pascha met Jezus voor de twaalf de normale tijd was?
Velen merken op dat de discipelen geen
opmerking maakten over het tijdstip van dit Pascha, waaruit geconcludeerd wordt dat direct
na zonsondergang van de dertiende de gebruikelijke tijd was voor het Pascha.
In de eerste plaats kunnen we niet weten of de discipelen wel of geen opmerking hierover
hebben gemaakt. Het merendeel van de gesprekken van Jezus en de discipelen is
vanzelfsprekend niet opgenomen in de Bijbel. Dat laat de ruimte niet toe. Daar tegenover
kunnen we stellen dat van de voorgaande jaren we in de Bijbel niet lezen dat Christus
meldt wanneer het Pascha is. In dit laatste jaar doet Hij dat wel. Was dit nodig omdat dit
jaar het Pascha voor Jezus en de twaalf verschoven moest worden naar de avond daarvoor in
verband met zijn kruisiging?
Mattheüs 26:2 Gij weet, dat het over twee
dagen Paasfeest is, en alsdan wordt de Zoon des mensen overgeleverd om gekruisigd te
worden.
Hij vertelt zijn discipelen dat Hij met Pascha gekruisigd zal worden. Heeft Jezus
misschien tegen zijn discipelen gezegd dat dit jaar het Pascha niet op de gebruikelijke
tijd gehouden kon worden en dat daarom er in de gesprekken over de voorbereiding geen
vragen meer gesteld hoefden te worden over het tijdstip? Christus had zelfs al een zaal
besproken, hetgeen we niet lezen van voorgaande jaren; ook niet dat Hij in voorgaande
jaren het Pascha alleen met zijn discipelen hield.
Johannes schrijft dat
aan het einde van de veertiende het Pascha wordt gehouden
In de morgen van de veertiende brengen
de Joden Jezus naar het heidense gerechtsgebouw, maar gaan daar zelf niet naar binnen, om
zich niet te verontreinigen opdat ze in de avond deel kunnen nemen aan
het Pascha.
Johannes 18:28 Zij brachten Jezus dan van
Kajafas naar het gerechtsgebouw. En het was vroeg in de morgen; doch zelf gingen zij het
gerechtsgebouw niet binnen, om zich niet te verontreinigen, maar het Pascha te kunnen
eten.
De Joden moesten het Pascha dus nog vieren. Sommigen beweren dat de Sadduceeën het Pascha
na zonsondergang van de dertiende vierden (wat door sommigen het begin van de veertiende
wordt genoemd), terwijl de Farizeeën het hielden aan het einde van de veertiende.
Hierover lopen de commentaren nogal uiteen. Het blijkt evenwel niet uit het verslag van
Johannes. Wel zegt hij dat men bezig was met de voorbereiding van het Pascha.
Johannes 19:14 En het was Voorbereiding voor
het Pascha, ongeveer het zesde uur, en hij zeide tot de Joden: Zie, uw koning!
Dit speelt zich af na de nacht dat Christus gevangen genomen is. Nu is het de veertiende
overdag en Johannes meldt dat het die dag voorbereiding voor het Pascha is, kennelijk de
normale tijd voor het Pascha.
Johannes noemt inderdaad dit feest ook wel het Pascha der Joden of het
Pascha, het feest der Joden (Johannes 2:13; 6:4). Hieruit mag niet de conclusie
getrokken worden dat Johannes dit zo schrijft omdat het vieren van het Pascha in de
avond van de veertiende een Joodse traditie zou zijn geworden waar Christus met zijn
discipelen buiten zouden staan. Met de uitdrukking der Joden wordt de hele
Joodse samenleving aangeduid en wordt geen onderscheid gemaakt tussen verschillende
groepen. In die regio woonden heidenen en er verbleven veel heidense Romeinen, zoals de
legergarnizoens. Het Pascha en de dagen der Ongezuurde Broden was een feest van de Joodse
samenleving, zoals ook het Loofhuttenfeest een feest van Joden wordt genoemd door Johannes
(Johannes 7:2).
Bovendien geeft Johannes een indicatie dat Jezus gewoon was om aan het Pascha van de Joden
deel te nemen.
Johannes 11:55 Nu was het Pascha der Joden
nabij en velen van het land gingen op naar Jeruzalem, nog voor het Pascha, om zich te
reinigen. 56 Zij zochten dan naar Jezus en spraken onder elkander, terwijl zij in de
tempel stonden: Wat dunkt u? Zou Hij wel op het feest komen?
Jezus kwam gewoonlijk op dat feest, maar omdat ze nu Hem wilden doden (Johannes 11:53),
was Hij erg voorzichtig.
Vers 57 De overpriesters en de Farizeeën nu
hadden voorschriften gegeven, dat, indien iemand wist, waar Hij zich bevond, hij het zou
aangeven, opdat zij Hem konden grijpen.
Heeft Jezus gezegd
dat wij Hem moeten navolgen in het vieren van
het Pascha direct nadat op de dertiende de zon is ondergegaan?
Een ander argument dat veel gebruikt
wordt is dat Christus gezegd zou hebben dat wij het Pascha moeten houden op
hetzelfde tijdstip waarop Hij en zijn discipelen het laatste Pascha hielden. Is dit juist?
Johannes 13:12 Toen Hij dan hun voeten
gewassen had en zijn klederen aangedaan en weder plaats genomen had, zeide Hij tot hen:
Begrijpt gij wat Ik u gedaan heb? 13 Gij noemt Mij Meester en Here, en gij zegt dat
terecht, want Ik ben het. 14 Indien nu Ik, uw Here en Meester, u de voeten gewassen
heb, behoort ook gij elkander de voeten te wassen; 15 want Ik heb u een voorbeeld
gegeven, opdat ook gij doet, gelijk Ik u gedaan heb. 16 Voorwaar, voorwaar, Ik zeg
u, een slaaf staat niet boven zijn heer, noch een gezant boven zijn zender. 17
Indien gij dit weet, zalig zijt gij, als gij het doet.
In deze verzen wordt niets gezegd over een bepaalde tijd. Wij mogen uit de verzen 15 en 17
niet de conclusie trekken, zoals wordt gedaan, dat wij het Pascha na zonsondergang van de
dertiende moeten houden. Het doen heeft betrekking op de inhoud, op de
voetwassingceremonie.
Ook Paulus zou geschreven hebben dat Christus ons heeft geïnstrueerd om het Pascha na
zonsondergang van de dertiende te houden. Maar leest u de volgende verzen zelf, er staat
niets over het tijdstip waarop, maar wel over de manier waarop het Pascha gehouden moet
worden.
Paulus schrijft aan de Corinthiërs dat de manier waarop zij het Pascha vieren onwaardig
is.
1 Corinthiërs 11:20 Wanneer gij dan
bijeenkomt, is dat niet het eten van de maaltijd des Heren; 21 want bij het eten
neemt ieder vooraf zijn eigen deel, zodat de een hongerig is en de ander dronken. 22
Hebt gij dan geen huizen om te eten en te drinken? Of minacht gij zozeer de
gemeente Gods, dat gij de behoeftigen beschaamd maakt? Wat zal ik tot u zeggen? Zal ik u
prijzen? Op dit punt prijs ik niet. 23 Want zelf heb ik bij overlevering van de Here
ontvangen, wat ik u weder overgegeven heb, dat de Here Jezus in de nacht, waarin Hij werd
overgeleverd, een brood nam, 24 de dankzegging uitsprak, het brak en zeide: Dit is
mijn lichaam voor u, doet dit tot mijn gedachtenis.
Paulus refereert aan de nacht waarin Christus werd gevangen genomen en de avond daarvoor
het laatste Pascha met de discipelen vierde. Zegt Christus dat wij hetzelfde tijdstip in
acht moeten nemen? Nee, Hij zegt dat wij ook het brood moeten breken als een herinnering
aan het breken van zijn lichaam, de kruisiging.
Vers 25 Evenzo ook de beker, nadat de maaltijd
afgelopen was, en Hij zeide: Deze beker is het nieuwe verbond in mijn bloed, doet dit, zo
dikwijls gij die drinkt, tot mijn gedachtenis.
Staat hier iets over de tijd voor het Pascha? Nee, doet dit schrijft Paulus,
doelend op het drinken van de wijn, als een herinnering aan het vloeien van het bloed van
Christus, de kruisiging, zijn dood.
Paulus legt hier niet uit wanneer het Pascha gehouden moet worden, maar hoe,
omdat sommigen in deze gemeente op onbeschaamde wijze zichzelf te goed doen. Hij vat
dit in vers 27 en 34 samen.
Vers 27 Wie dus op onwaardige wijze het brood
eet of de beker des Heren drinkt, zal zich bezondigen aan het lichaam en bloed des Heren.
Vers 34 Heeft iemand honger, laat hij thuis eten, opdat gij niet tot uw oordeel
bijeenkomt. Het overige zal ik regelen, wanneer ik kom.
Zou het niet volkomen overbodig zijn van Christus om 1500 jaar na het instellen van het
Pascha bekend te maken wanneer het gevierd moet worden? Na 1500 jaar ervaring?
Pascha: herdenking
van de dood van Jezus
Wat stelt het Pascha voor?
In de verzen 24 en 25 hebben we gelezen dat Christus zei doet dit tot mijn gedachtenis.
Het is dus een herinnering. Een herdenking waaraan?
Vers 26 Want zo dikwijls gij dit brood eet en
de beker drinkt, verkondigt gij de dood des Heren, totdat Hij komt.
Het brood en de wijn stellen het lichaam en het bloed van Christus voor. Met zijn dood
betaalde Hij voor de straf die ieder mens opgelegd heeft gekregen vanwege de zonde. Wie
dit aanvaardt, wordt bevrijd van de straf, die de eeuwige dood zou betekenen. Dat is de
betekenis van deze dienst, de dood van Christus, niet de opstanding en niet het ontvangen
van de heilige geest.
Als wij jaarlijks het Pascha vieren, is dat niet een herinnering aan het laatste
Pascha van Christus met zijn discipelen, maar aan de dood van Christus. In dat laatste
Pascha geeft Hij wel de instructies hoe wij als nieuwtestamentische gemeente dat
moeten vieren.
Voor het oudtestamentisch Pascha werd
een schaap of geit van één jaar genomen die volkomen gaaf moest zijn, omdat het dier
Christus uitbeeldde. Geen been ervan mocht gebroken worden, zoals ook van Christus aan het
kruis geen been gebroken is. Het bloed van het dier werd op de deurkozijnen gestreken als
een teken dat de bewoners in dat huis het Pascha hebben gegeten. God ging aan deze huizen
voorbij, passeerde (Pascha) hen en spaarde de levens van de Israëlieten. Door de dood van
het dier kon hun levens gespaard worden.
Exodus 12:26 En wanneer uw zonen tot u zeggen:
Wat betekent deze dienst van u, 27 dan zult gij zeggen: Het is een Paasoffer voor de
Here, die in Egypte aan de huizen der Israëlieten voorbijging, toen Hij de Egyptenaren
sloeg, maar onze huizen spaarde.
Toen Jezus brood en wijn nam, veranderde Hij het eten van het gebraden vlees in het eten
van ongezuurd brood dat het lichaam van Jezus voorstelt en het vloeien van het bloed van
het lam in wijn die het bloed van Jezus voorstelt. Het oudtestamentisch en het
nieuwtestamentisch Pascha hebben dezelfde betekenis. In het Oude Testament zagen ze
vooruit naar de dood van Christus en wij zien terug als een jaarlijkse herinnering.
Exodus 12:14 En deze dag zal u een gedenkdag
zijn, gij zult hem vieren als een feest voor de Here; in uw geslachten zult gij hem als
een altoosdurende inzetting vieren.
Het is een gedenkdag, een herinnering aan de dood van Christus. De dood voltrok zich in de
namiddag van de veertiende van de eerste maand.
God heeft voor de feesttijden vaste tijden bepaald en voor altoosdurend ingesteld. Ze
beelden immers een onveranderlijk plan uit. Omdat ze zowel in het Oude als het Nieuwe
Testament in wezen dezelfde betekenis hebben en gebonden zijn aan dezelfde tijden, moet
ook het Pascha in het Oude en Nieuwe Testament op dezelfde tijd gehouden worden. We hebben
gezien dat door de dood van het lam het leven van Israël werd gespaard, zoals door de
dood van Jezus ons leven wordt gespaard. Het oudtestamentisch Pascha kan dus niet uitzien
naar het laatste Pascha van Christus met zijn discipelen dat noodgedwongen de avond voor
de kruisiging moest plaatsvinden, maar ziet uit naar of is een schaduw vooraf van de dood
van Jezus in de namiddag van de veertiende. De schriftgedeelten in het Oude Testament
zullen dit bevestigen. Vast staat dat wij de dood van Christus gedenken, een gebeurtenis
die plaats vond in de namiddag van de veertiende.
De avond van de
veertiende
Hier volgen een paar schriftgedeelten
waarin de avond van de veertiende wordt genoemd.
Exodus 12:6 En gij zult het bewaren tot de
veertiende dag van deze maand; dan zal de gehele vergadering der gemeente van Israël het
slachten in de avondschemering. 7 Vervolgens zal men van het bloed nemen en dit
strijken aan de beide deurposten en de bovendorpel, aan die huizen, waarin men het eet. 8
Het vlees zullen zij dezelfde nacht eten; zij zullen het eten op het vuur gebraden,
met ongezuurde broden, benevens bittere kruiden.
In vers acht staat dezelfde nacht, dat wil zeggen de nacht die aansloot op de
avond (vers zes: avondschemering) dat het lam werd geslacht.
Leviticus 23:5 In de eerste maand, op de
veertiende der maand, in de avondschemering, is het Pascha voor de Here.
Numeri 9:1 En de Here sprak tot Mozes in de woestijn Sinaï, in het tweede jaar na
hun uittocht uit het land Egypte, in de eerste maand: 2 De Israëlieten nu zullen
het Pascha vieren op de daarvoor bepaalde tijd; 3 op de veertiende dag dezer maand,
in de avondschemering, zult gij het vieren op de daarvoor bepaalde tijd, naar al de
inzettingen en verordeningen, die daarop betrekking hebben, zult gij het vieren. 4
Toen beval Mozes de Israëlieten het Pascha te vieren; 5 en zij vierden het
Pascha in de eerste maand, op de veertiende dag der maand, in de avondschemering, in de
woestijn Sinaï; juist zoals de Here Mozes geboden had, deden de Israëlieten.
Jozua 5:10 Terwijl de Israëlieten te Gilgal gelegerd waren, vierden zij het Pascha
op de veertiende dag van die maand, des avonds, in de vlakten van Jericho.
Er is geen dag
tussen het Pascha en de uittocht
Dat met deze avond op de veertiende
niet de avond na zonsondergang van de dertiende bedoeld kan worden blijkt onder meer uit
Exodus 12.
Exodus 12:43 De Here zeide tot Mozes en
Aäron: Dit is de inzetting van het Pascha:
Daarna volgen instructies. Vers 50 Alle Israëlieten deden aldus; zoals de
Here Mozes en Aäron geboden had, zo deden zij. Zij vierden het Pascha volgens de
inzetting van de Here. 51 En op deze zelfde dag leidde de Here de Israëlieten uit
het land Egypte, volgens hun legerscharen.
De avond aan het einde van de veertiende hadden ze het Pascha gevierd en daarna in de
nacht verbrand wat daarvan was overgebleven. Diezelfde nacht die nog gerekend kan worden
bij dezelfde dag, begon de uittocht uit Egypte. Dat was eveneens de eerste dag van het
feest van Ongezuurde Broden. Ze hadden het Pascha haastig gegeten en stonden klaar om te
vertrekken, want in vers 11 staat:
Vers 11 En aldus zult gij het eten: uw
lendenen omgord, uw schoenen aan uw voeten en uw staf in uw hand; overhaast zult gij het
eten; het is een Pascha voor de Here.
In de nacht na het Pascha, het zal tegen de morgen geweest zijn, zijn ze vertrokken.
Numeri 33:3 Zij braken op van Rameses in de
eerste maand, op de vijftiende dag der eerste maand; daags na het Pascha trokken de
Israëlieten uit door een opgeheven hand, voor de ogen van alle Egyptenaren.
Op de vijftiende, daags na het Pascha houdt in
dat op de avond vóór de vijftiende het Pascha is gevierd. In plaats van daags na,
staat in andere vertalingen de volgende morgen na het Pascha. Het is hetzelfde
Hebreeuwse woord dat staat in Genesis 19:34, waar staat de volgende morgen
volgend op gisterenavond. En ook bijvoorbeeld in:
Exodus 32:5 Toen Aäron dat zag, bouwde hij
daarvoor een altaar en riep uit: Morgen is er een feest voor de Here! 6 En de
volgende morgen vroeg offerden zij brandoffers en brachten vredeoffers, en het volk
zette zich neer om te eten en te drinken; daarna stonden zij op om vreugde te bedrijven.
Richteren 6:36 Toen zeide Gideon tot God: Indien Gij door mijn hand Israël wilt
verlossen, zoals Gij gezegd hebt, 37 zie, ik leg een vlies wol op de dorsvloer;
wanneer er alleen op het vlies dauw zal zijn, maar het gehele land droog blijft, dan zal
ik weten, dat Gij door mijn hand Israël verlossen wilt, zoals Gij gezegd hebt. 38
En zo geschiedde het; de volgende morgen stond hij vroeg op en wrong het
vlies uit; hij perste dauw uit het vlies, een schaal vol water.
Het is duidelijk dat met de volgende morgen, de dag na de vorige avond wordt
bedoeld en niet na twee avonden terug. De avond na zonsondergang aan het einde van de
dertiende is twee avonden vóór de uittocht. Als het Pascha na zonsondergang aan het
einde van de dertiende wordt gevierd, dan is het de volgende morgen of dag de veertiende.
Ook het volgende vers laat geen ruimte toe voor een dag en een nacht tussen het Pascha en
de uittocht.
Deuteronomium 16:6 Maar op de plaats die de
Here, uw God, verkiezen zal om zijn naam daar te doen wonen, zult gij het Pascha slachten,
tegen de avond, als de zon ondergaat, op het tijdstip van uw uittocht uit Egypte.
'De Meest
Gedenkwaardige avond'
Zij die het Pascha op de avond van de
dertiende vieren, houden op de veertiende 's avonds De Meest Gedenkwaardige Avond.
Deze avond wordt voorgesteld als een avond die meer dan welke avond ook herdacht zou
moeten worden.
Deze avond heeft men ingesteld op grond van Exodus 12:42.
Exodus 12:42 Een nacht van waken was dit voor
de Here, om hen uit het land Egypte te leiden. Dit is de nacht van waken ter ere van de
Here voor alle Israëlieten in hun geslachten.
De Statenvertaling, die hiervoor meestal wordt gebruikt, geeft het als volgt weer:
(SV) Exodus 12:42 Dezen nacht zal men den
HEERE op het vlijtigst houden, omdat Hij hen uit Egypteland geleid heeft; deze is de nacht
des HEEREN, die op het vlijtigst moet gehouden worden, van al de kinderen Israëls, onder
hun geslachten.
Sommigen hebben de instelling van de De Meest Gedenkwaardige Avond als
onrealistisch ervaren. Deze avond wordt gezien als een herinnering aan de uiterst
gespannen uren in afwachting van de redding uit Egypte en daarom wordt van deze avond
een gezellige bijeenkomst gemaakt in kleine kring met een drankje en een
overvloedige maaltijd!
Toch moet deze nacht herdacht worden in de generaties na Mozes staat in vers 42. Waarom?
Omdat Hij hen uit Egypteland geleid heeft. Er zijn meer schriftgedeelten waarin God
precies dezelfde opdracht geeft om dezelfde reden. Als we ze bekijken, zullen we zien dat
deze altijddurende inzetting betrekking heeft op de eerste dag, of eigenlijk nacht, van
Ongezuurde Broden.
Exodus 12:17 Onderhoudt dan het feest der
ongezuurde broden, want op deze zelfde dag leid Ik uw legerscharen uit het land
Egypte. Daarom moet gij deze dag onderhouden in uw geslachten als een altoosdurende
inzetting.
Exodus 23:15 Het feest der ongezuurde broden zult gij onderhouden; zeven
dagen zult gij ongezuurde broden eten, zoals Ik u geboden heb, op de bepaalde tijd van
de maand Abib, want daarin zijt gij uit Egypte getrokken;
Exodus 34:18 Het feest der ongezuurde broden zult gij onderhouden: zeven
dagen zult gij ongezuurde broden eten, gelijk Ik u geboden heb, op de bepaalde tijd van
de maand Abib, want in de maand Abib zijt gij uit Egypte getrokken.
Deuteronomium 16:3 Gij zult daarbij geen gezuurd brood eten; zeven dagen zult
gij daarbij ongezuurde broden eten, brood der verdrukking, want overhaast zijt
gij uit het land Egypte getrokken; opdat gij al de dagen uws levens de dag van uw
uittocht uit het land Egypte gedenkt.
Maar niet alleen de eerste dag van Ongezuurde Broden verwijst naar de bevrijding uit
Egypte. De dood van het Lam Jezus geeft ons verlossing van de dood, waardoor wij verlost
kunnen worden uit Egypte, een symbool van de slavernij van Satan. Dus ook het Pascha moet
ons daaraan herinneren. Op de avond van het Pascha moeten we, behalve de herdenking van de
dood van het Lam, ook onze bevrijding uit Egypte het beeld van deze
zondige wereld gedenken. Het volgende vers staaft dit.
Deuteronomium 16:1 Neem de maand Abib in acht
en vier het Pascha ter ere van de Here, uw God, want in de maand Abib heeft de
Here, uw God, u in de nacht uit Egypte geleid.
Beide, zowel de eerste dag, of eigenlijk nacht, van Ongezuurde Broden als het Pascha
verwijzen naar dezelfde gebeurtenis. Ligt het dan niet voor de hand dat het ook om één
en dezelfde avond en nacht gaat, namelijk de avond aan het einde van de veertiende en de
nacht aan het begin van de eerste dag Ongezuurde Broden? Een bevestiging dat het Pascha
gehouden moet worden aan het einde van de veertiende!
Nog een 'lastige' tekst.
Op de veertiende is het Pascha, daarover bestaat geen misvatting. In sommige verzen staat
dat het in de nacht daaropvolgend gegeten werd.
Exodus 12:6 En gij zult het [het lam] bewaren tot de veertiende dag van deze maand; dan zal
de gehele vergadering der gemeente van Israël het slachten in de avondschemering. 8
Het vlees zullen zij dezelfde nacht eten; zij zullen het eten op het vuur gebraden,
met ongezuurde broden, benevens bittere kruiden. 10 Gij zult daarvan niets overlaten
tot de morgen; wat ervan overblijft tot de morgen, dat zult gij met vuur verbranden.
Nu naar Deuteronomium.
Deuteronomium 16:4 Er zal geen zuurdeeg bij u
aangetroffen worden in uw gehele gebied, zeven dagen lang; en van het vlees, dat gij in de
avond op de eerste dag slacht, zal niets de nacht overblijven tot de morgen.
Het woord eerste van vers vier kan in het Hebreeuws ook betekenen vorige
of voorafgaande. De vertaling zou daarom ook kunnen luiden:
het
vlees, dat gij in de avond van de vorige (of voorafgaande) dag slacht, zal niets de nacht
overblijven tot de morgen.
's Nachts vertrekken,
terwijl de Israëlieten tot de
morgen in hun huizen moesten blijven, kan dat?
Exodus
12:22 Daarna zult gij een bundel hysop nemen en in het bloed in een schaal dopen, en
van het bloed in die schaal strijken aan de bovendorpel en aan de beide deurposten;
niemand van u zal de deur van zijn huis uitgaan tot de morgen.
Nadat God te middernacht de eerstgeborenen van Egypte had gedood (vers 29), ontbood de
farao Mozes en Aäron (vers 31). De farao wilde de Israëlieten nu zo spoedig mogelijk het
land uit hebben en ook de bevolking liet dit aan de Israëlieten blijken (vers 33).
Voordat ze aan de uittocht begonnen namen ze zilveren en gouden voorwerpen en kleren van
de Egyptenaren mee.
Omdat de Israëlieten in de nacht na het Pascha tot de morgen in hun huizen moesten
blijven en daarom geen contact met de Egyptenaren zouden kunnen hebben, menen velen dat
pas een nacht later de uittocht kon plaatshebben. Maar waarom zouden de Egyptenaren niet
op de deuren van de Israëlieten gebonsd hebben om er bij hen op aan te dringen om te
vertrekken? Het initiatief ging immers van de Egyptenaren uit! Misschien werden ze zelfs
binnengelaten. Misschien brachten de Egyptenaren op verzoek van de Israëlieten wel het
zilver, goud en kleding bij hen binnen. De Israëlieten hoefden daarvoor hun woning niet
uit.
Dan blijft nog de vraag hoe het te verklaren is dat ze in de nacht vertrokken, terwijl ze
binnen moesten blijven tot de morgen.
Deuteronomium 16:1 Neem de maand Abib in acht
en vier het Pascha ter ere van de Here, uw God, want in de maand Abib heeft de Here, uw
God, u in de nacht uit Egypte geleid.
In Exodus 12:22 staat niet dat ze 's nachts hun huizen niet mochten verlaten. Er staat:
niemand van u zal de deur van zijn huis uitgaan tot de morgen. De vroege morgen
maakt deel uit van de nacht. Dat is de eenvoudige verklaring.
Voordat er uurwerken (klokken, horloges) waren, was het al nodig de nacht in een aantal
gelijke delen te verdelen. Zo kon de veiligheid van kampen en steden tegen overvallen van
vijanden worden gegarandeerd: een regelmatige aflossing van de wachtposten werd mogelijk.
In Babylon en Israël was de nacht in drie nachtwaken van elk vier uur verdeeld. De eerste
komt voor in Klaagliederen 2:19, de middelste (ongeveer van tien tot twee uur) in
Richteren 7:19 en de derde, de morgenwake, in Exodus 14:24 en 1 Samuël 11:11.
De oude Grieken hadden ook drie nachtwaken maar de Romeinen vier, ieder van drie uur.
De morgenwake kon nog tot de nacht gerekend worden. Dit waren de vroege morgenuren. Tot
die tijd bleven de Israëlieten binnen en 's ochtends vroeg de periode die nog tot
de nacht gerekend wordt vertrokken ze. Ongetwijfeld was deze enorme operatie nog
aan de gang toen het al volop dag was. In Exodus 12:51 staat: En op deze zelfde dag leidde de Here de
Israëlieten uit het land Egypte
en in Deuteronomium
16:3
want overhaast zijt gij uit het land Egypte getrokken; opdat gij al de
dagen uws levens de dag van uw uittocht uit het land Egypte gedenkt. Verder in Numeri 33:3 Zij braken op van Rameses in de
eerste maand, op de vijftiende dag der eerste maand; daags na het Pascha trokken de
Israëlieten uit door een opgeheven hand, voor de ogen van alle Egyptenaren.
Zoals eerder opgemerkt, daags na kan ook de volgende morgen betekenen.
Het overhandigen van goud, zilver en kleding zou ook in de vroege ochtend plaats gevonden
kunnen hebben.
Resumé
1 |
God
heeft tijden bepaald voor Zijn feesten, ook een bepaalde tijd voor het Pascha.
Ze beelden de stappen in het plan van God uit die onveranderlijk zijn. |
2 |
Een dag en een
datum was in Israël zoals bij ons.
Voor een goed begrip, is het belangrijk te weten dat in bijbelse taal de begrippen 'dag',
'nacht', 'avond' en 'morgen' niet anders is dan in ons taalgebruik, in tegenstelling tot
wat velen denken. Nergens staat bijvoorbeeld in de Bijbel dat een nieuwe datum begint in
de avond. |
3 |
Benaming van het Pascha en de week van Ongezuurde Broden niet consequent.
Daarom moeten we goed opletten wat precies bedoeld wordt. |
4 |
De Schrift bevestigt niet dat het laatste Pascha met Jezus voor de twaalf de
normale tijd was.
Wij kunnen niet weten of de discipelen vragen hebben gesteld over het tijdstip van het
laatste Pascha. Wel weten we dat Christus van tevoren Zijn laatste Pascha aankondigt
waarbij Hij meedeelt dat Hij zal worden gekruisigd. Het stond dus vast dat Hij niet in de
avond van de veertiende het Pascha kon vieren. Hij had zelfs een zaal besproken om de
avond er vóór het Pascha alleen met zijn discipelen te kunnen houden. |
5 |
Johannes
schrijft dat de Joodse gemeenschap aan het einde van de veertiende het Pascha houdt. |
6 |
Jezus Heeft
niet gezegd dat wij het tijdstip van Zijn laatste Pascha moeten navolgen.
Geen herdenking van het tijdstip van het laatste Pascha, maar wel een navolging van de
symbolische handelingen van dat laatste Pascha. |
7 |
Er is
geen dag tussen het Pascha en de uittocht. |
8 |
'De
Meest Gedenkwaardige Avond' is in feite de avond van het Pascha die overgaat in de nacht
van de eerste dag van Ongezuurde Broden. |
9 |
De
Israëlieten bleven tot de vroege morgen in hun huizen en begonnen hun uittocht in de
vroege morgenwake die deel uitmaakte van de nacht. Zo vertrokken ze in de nacht van de
eerste dag van Ongezuurde Broden. |
10 |
Slotconclusie:
met het Pascha herdenken Christus' ware volgelingen zijn dood. De kruisiging voltrok zich
aan het einde van de dag. Daarom is het Pascha aan het einde van de veertiende. |
<><><> |
|