Voor literatuurlijst klik hier.
De Naam van de Gemeente van God
De meeste mensen geloven dat een kerk een gebouw is met De oudtestamentische Gemeente God riep Abraham uit de heidense wereld en leerde hem te
vertrouwen op God. God ontvouwde hem de grootse plannen die Hij had met zijn nakomelingen.
Deze kennis en training zette God voort met zijn zoon Izak en kleinzoon Jakob. Uit Jakob
werden twaalf zonen geboren die uiteindelijk, vanwege een hongersnood, in Egypte
terechtkwamen. Toen deze families uitgegroeid waren tot enkele miljoenen mensen en een
bitter bestaan hadden als slaven, besloot God dit volk uit de wereld van de heidenen te
roepen zoals Hij met hun voorvader Abraham had gedaan. Exodus 12:6 En gij zult het bewaren tot de
veertiende dag van deze maand; dan zal de gehele vergadering der gemeente van Israël het
slachten in de avondschemering. In dit vers staan beide woorden, vergadering (eedaah) en
gemeente (qaahaal). Exodus 16:3 en de Israëlieten zeiden
tot hen: Och, dat wij door de hand des Heren in het land Egypte gestorven waren, toen wij
bij de vleespotten zaten en volop brood aten; want gij hebt ons in deze woestijn geleid om
deze gehele gemeente [qaahaal] van honger te doen omkomen. Exodus 17:1 De gehele vergadering [eedaah] der
Israëlieten brak daarna op uit de woestijn Sin, trekkende van pleisterplaats tot
pleisterplaats naar het bevel des Heren, en legerde zich te Refidim, maar daar was geen
water voor het volk om te drinken. Onder Jozua wordt Kanaän veroverd op de heidense volken. Dit was een overgang
van een nomadenbestaan naar een burgermaatschappij. Jozua 8:35 Er was geen woord van al hetgeen Mozes
geboden had, dat Jozua niet voorlas aan de gehele gemeente [qaahaal] van Israël
en de vrouwen, de kinderen en de vreemdelingen, die met hen meegegaan waren. Jozua 9:15 En Jozua sloot vriendschap met hen en maakte
een verbond met hen, dat hij hen in leven zou laten; en de hoofden der vergadering [eedaah]
bezwoeren het hun. In de periode van de richters, wanneer ze in hun dorpen en steden wonen, wordt
nog steeds gesproken over de vergadering. Richteren 21:13 Daarna zond de gehele vergadering [eedaah]
een boodschap tot de Benjaminieten, die op de rots Rimmon waren, en kondigde hun vrede
aan. Onder de koningen wordt vrijwel uitsluitend het woord qaahaal (gemeente)
gebruikt en eedaah alleen dan als specifiek een bijeenkomst wordt bedoeld. De nieuwtestamentische Gemeente De vele en vooral grote traditionele kerkgenootschappen hebben het woord 'kerk'
in hun naam. Hoewel met kerk meestal een gebouw wordt bedoeld waar gelovigen bijeenkomen,
wordt het woord 'kerk' ook toegepast in veel namen van kerkgenootschappen. 1 Corinthe 11:20 Wanneer gij dan bijeenkomt, is dat
niet het eten van de maaltijd des Heren [kuriakos]. Openbaring 1:10 Ik kwam in vervoering
des geestes op de dag des Heren [kuriakos], en ik hoorde achter mij een luide
stem, als van een bazuin. In beide verzen staat 'des Heren', wat hetzelfde is als 'van de
Heer' en een vertaling is van het Griekse kyriakos of kuriakos. In deze
verzen gaat het over een maaltijd en een dag van de Heer en niet over een georganiseerde
groep gelovigen. Welk woord gebruikt het Nieuwe Testament voor de getrouwen van Christus
die als een organisatie functioneren? Handelingen 7:38 Deze is het, die in de
vergadering [ekklesia] in de woestijn met de engel was, die tot hem sprak op de
Sinaï, en met onze vaderen; en hij ontving levende woorden om die u te geven. In Handelingen 7:38 lezen wij dat het volk Israël ten tijde van
Mozes de 'vergadering in de woestijn' werd genoemd. Het Hebreeuwse woord qaahaal
dat in het Oude Testament met 'gemeente' is vertaald, heeft dezelfde betekenis als het
Griekse woord ekklesia (gemeente) in het Nieuwe Testament. Mattheüs 16:18 En Ik zeg u, dat gij
Petrus zijt, en op deze petra zal Ik mijn gemeente bouwen en de poorten van het dodenrijk
zullen haar niet overweldigen. Simon is Petrus (steen), zegt Christus, maar op zich zelf
wijzend zijn gemeente (ekklesia) zal Hij bouwen op deze petra (rots). De
Heer in het Oude Testament wordt veelvuldig Rots genoemd. Op dezelfde Rots wordt in het
Nieuwe Testament de ekklesia gebouwd. We bekijken nog een paar verzen waar de
gemeenten van God worden genoemd. 1 Corinthe 1:2 aan de gemeente [ekklesia]
Gods te Korinte, aan de geheiligden in Christus Jezus, de geroepen heiligen met allen, die
allerwege de naam van onze Here Jezus Christus aanroepen, hun en onze [Here]. 2 Corinthe 1:1 Paulus, door de wil van
God een apostel van Christus Jezus, en Timoteüs, de broeder, aan de gemeente [ekklesia]
Gods, die te Korinte is, met al de heiligen in geheel Achaje. Galaten 1:2 en al de broeders, die bij
mij zijn, aan de gemeenten [ekklesia] van Galatië. Kolossensen 1:18 en Hij is het hoofd van
het lichaam, de gemeente [ekklesia]. 1 Thessalonica 1:1 Paulus, Silvanus en
Timoteüs aan de gemeente [ekklesia] der Tessalonicenzen in God, de Vader, en de
Here Jezus Christus: genade zij u en vrede! Openbaring 1:11 zeggende: Hetgeen gij
ziet, schrijf dat in een boek en zend het aan de zeven gemeenten [ekklesia]: naar
Efeze, en naar Smyrna, en naar Pergamum, en naar Tyatira, en naar Sardes, en naar
Filadelfia en naar Laodicea. Gemeente duidt in al deze verzen op een groep mensen die verenigd
zijn. Of het wel of niet een gemeente van God genoemd mag worden, is niet afhankelijk van
het aantal mensen in de groep. Ook in de eerste eeuw kwam het voor dat een gemeente zo
klein was dat ze in een huis bijeen kwam. Romeinen 16:5 Groet insgelijks de
gemeente [ekklesia] bij hen aan huis. 1 Corinthe 16:19 U groeten de gemeenten
[ekklesia] van Asia. Vele groeten in de Here van Aquila en Prisca en van de gemeente [ekklesia]
bij hen aan huis. Kolossensen 4:15 Groet de broeders te
Laodicea; ook Nymfa met de gemeente [ekklesia] bij haar aan huis. Filemon 2 aan Apfia, de zuster, aan Archippus, onze medestrijder, en aan de gemeente [ekklesia] te uwen huize. Al is ze nog zo klein, het blijft de gemeente van God. Nu kan het
een plaatselijke gemeente betreffen, maar ook het gehele Lichaam van Christus, met
inbegrip van alle kleine en grote gemeenten van God en individuele leden op aarde. De conclusie We komen tot de conclusie dat, als we naar de betekenis kijken van
het woord 'kerk', dan kunnen we 'kerk' niet gebruiken in de naam van Gods gemeente, zoals
door de wereld wordt gedaan. Zoals we hebben gezien, betekent kerk: 'van de heer'. Een
letterlijke omzetting van de betekenis van 'Kerk van God' leidt tot onzin, namelijk: 'Van
de Heer van God'. God heeft zijn auteurs van de heilige schrift geïnspireerd om het
Griekse woord ekklesia te gebruiken. Hiermee wordt zowel de vergadering of gemeente
in de woestijn Gods volk als de nieuwtestamentische gemeente aangeduid. De Gemeente van God draagt Gods naam. Bewaar hen in uw naam,
bad Jezus tot zijn Vader. Johannes 17:11 2e deel t/m 17:
Heilige Vader, bewaar hen in uw naam, welke Gij Mij gegeven hebt, dat
zij één zijn zoals Wij. In Uw naam betekent in ieder geval dat Gods heiligen zijn
naam moeten dragen. Maar alleen de naam Gemeente van God is niet genoeg. In de
naam van God betekent ook een volkomen gelijke gezindheid met God. De weg van geven
van deze gemeente is in harmonie met Gods natuur, zoals Paulus schrijft in 2 Corinthe 6. 2 Corinthe 6:14-16 Vormt geen ongelijk
span met ongelovigen, want wat heeft gerechtigheid gemeen met wetteloosheid, of welke
gemeenschap heeft het licht met de duisternis? Welke overeenstemming is er tussen Christus
en Belial, of welk deel heeft een gelovige samen met een ongelovige? Welke
gemeenschappelijke grondslag heeft de tempel Gods met afgoden? Wij toch zijn de tempel van
de levende God, gelijk God gesproken heeft: Ik zal onder hen wonen en wandelen, en Ik zal
hun God zijn en zij zullen mijn volk zijn. De naam Gemeente van God moet daarom voortdurend
waargemaakt worden. God spreekt zelfs over zijn zonen als Hij het over de gelovigen heeft.
Dat betekent dat Gods gemeente eigenlijk zijn gezin is. Vandaar de naam Gemeente van God. <><><> |