|
Voor literatuurlijst klik hier.
Pascha
uw jaarlijkse
geestelijke keuring
Voor het jaarlijkse Pascha behoren we
onszelf
te onderzoeken om te zien of we Gods belofte
van eeuwig leven waard zijn. Ziehier hoe.
Het
levensverzekeringsbedrijf is een handel met een enorm grote omzet. Miljoenen mensen
besteden jaarlijks miljarden euros aan een levensverzekering. Maar om een dergelijke
verzekering te kunnen afsluiten moet de desbetreffende persoon in de meeste gevallen een
volledig geneeskundig onderzoek ondergaan, waarvan de uitslag positief moet zijn. Hoewel
verzekeringsmaatschappijen over enorm veel financiële middelen beschikken, zijn ze
doorgaans niet geneigd om reusachtige sommen geld uit te keren aan mensen, als deze niet
aan bepaalde voorwaarden voldoen.
Ware christenen hebben een ander soort levensverzekering. Deze verzekering
betaalt in plaats van geld, eeuwig leven uit. Sta hier eens bij stil: de
levensverzekering van God vormt een absolute waarborg voor eeuwig leven!
Terwijl men er zeer veel voor over heeft om aan de gestelde eisen van een fysieke
levensverzekering te voldoen, denkt toch de meerderheid van de mensen van het christendom
dat ze kunnen profiteren van Gods levensverzekering zonder eerst aan zijn eisen te
voldoen. Maar als wij als christen falen om aan Gods vereisten te voldoen, rest ons
slechts het zekere vooruitzicht van de eeuwige dood.
Gegarandeerde bescherming
Wanneer
kunnen we er nu van verzekerd zijn dat God ons tegen de dood beschermt?
Ten eerste moet God ons roepen. Deze wereld is afgesneden van God, en niemand kan toegang
verkrijgen tot Hem, tenzij God speciaal ingrijpt.
Johannes 6:44 Niemand
kan tot Mij komen, tenzij de Vader, die Mij gezonden heeft, hem trekke, en Ik zal hem
opwekken ten jongsten dage. Vers 65 En Hij
zeide: Daarom heb Ik u gezegd, dat niemand tot Mij komen kan, tenzij het hem van de Vader
gegeven zij.
Vervolgens moeten de weinigen die geroepen worden, geloven wat Jezus Christus zegt en zijn
boodschap aangaande het Koninkrijk van God aannemen. De gelovige moet zich dan van zijn
zonden bekeren en gedoopt worden.
Markus 16:16 Wie
gelooft en zich laat dopen, zal behouden worden, maar wie niet gelooft, zal veroordeeld
worden.
Handelingen 2:38 En Petrus antwoordde hun:
Bekeert u en een ieder van u late zich dopen op de naam van Jezus Christus, tot vergeving
van uw zonden, en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen.
Bekering houdt in dat we onszelf onderzoeken aan de hand van Gods maatstaven en zo onze
zonden leren zien, vervolgens een diep berouw krijgen dat we Gods wet hebben overtreden
(voorgeprogrammeerd berouw op een tijdstip dat het jezelf gelegen komt, is geen berouw) en
daarna vastbesloten zijn om bij ieder woord van God te gaan leven.
Mattheüs 4:4 Maar
Hij antwoordde en zeide: Er staat geschreven: Niet alleen van brood zal de mens leven,
maar van alle woord, dat uit de mond Gods uitgaat.
Bekering betekent dat we ons afkeren van de wijze waarop het overige deel van de mensheid
leeft en de levenswijze, die God ons voorschrijft, gaan volgen. In feite is het zo, dat
God ons bekering schenkt.
Romeinen 2:4 Of
veracht gij de rijkdom van zijn goedertierenheid, verdraagzaamheid en lankmoedigheid, en
beseft gij niet, dat de goedertierenheid Gods u tot boetvaardigheid [Statenvert. bekering] leidt?
2 Timotheüs 2:25
Het kon zijn, dat God hun gaf zich tot erkentenis der waarheid te keren.
Jezus Christus wordt
voortaan onze maatstaf.
Galaten 2:20 Met
Christus ben ik gekruisigd, en toch leef ik, [dat is], niet meer mijn ik, maar Christus
leeft in mij. En voor zover ik nu [nog] in het vlees leef, leef ik door het geloof in de
Zoon van God, die mij heeft liefgehad en Zich voor mij heeft overgegeven.
1 Petrus 2:21 Want hiertoe zijt gij geroepen,
daar ook Christus voor u geleden heeft en u een voorbeeld heeft nagelaten, opdat gij in
zijn voetstappen zoudt treden.
We accepteren zijn volmaakte offer voor onze zonden en onderwerpen ons aan Hem, zodat Hij
zijn volmaakte leven opnieuw kan leven, maar nu in ons. Na gedoopt te zijn, rijzen we op
uit ons watergraf en zijn onze zonden vergeven.
Een van Gods dienaren legt ons dan zijn handen op, waarna God ons zijn heilige geest
schenkt.
Handelingen 19:6 En
toen Paulus hun de handen oplegde, kwam de Heilige Geest over hen
Zijn geest in ons is het die ons verzekeringsplan in werking stelt.
Efeziërs 1:13 In
Hem zijt ook gij, nadat gij het woord der waarheid, het evangelie uwer behoudenis, hebt
gehoord; in Hem zijt gij, toen gij gelovig werdt, ook verzegeld met de Heilige Geest der
belofte, 14 die een onderpand is van onze
erfenis, tot verlossing van het volk, dat Hij Zich verworven heeft, tot lof zijner
heerlijkheid.
We kunnen nu verzekerd zijn van eeuwig leven. Na onze dood maken we in het graf een
onbewuste periode door in afwachting van de opstanding, wanneer we veranderd zullen worden
in geest in letterlijk, uit geest geboren kinderen in de familie van God.
1 Corinthiërs 15:50 Dit spreek ik evenwel uit, broeders: vlees en bloed
kunnen het Koninkrijk Gods niet beërven en het vergankelijke beërft de
onvergankelijkheid niet. 51 Zie, ik deel u een
geheimenis mede. Allen zullen wij niet ontslapen, maar allen zullen wij veranderd worden,
52 in een ondeelbaar ogenblik, bij de laatste
bazuin, want de bazuin zal klinken en de doden zullen onvergankelijk opgewekt worden en
wij zullen veranderd worden. 53 Want dit
vergankelijke moet onvergankelijkheid aandoen en dit sterfelijke moet onsterfelijkheid
aandoen. 54 En zodra dit vergankelijke
onvergankelijkheid aangedaan heeft, en dit sterfelijke onsterfelijkheid aangedaan heeft,
zal het woord werkelijkheid worden, dat geschreven is: De dood is verzwolgen in de
overwinning.
Onderzoek noodzakelijk
Blijft Gods verzekeringsplan
automatisch van kracht? Kunnen we Gods levenswijze opgeven en toch nog behouden worden?
Neen!
De doop en het ontvangen van Gods geest vormen slechts het begin van een proces van
bekering. Direct na de doop zijn we nog niet volmaakt. We hebben slechts een klein
gedeelte als onderpand van de geest ontvangen.
2 Corinthiërs 1:22 die
[God] ook zijn zegel op ons gedrukt en de Geest tot onderpand
in onze harten gegeven heeft.
We zijn nog niet volkomen
gelijk aan Christus. We kunnen nog steeds struikelen en zondigen, daarmee de doodstraf,
die staat op de overtreding van Gods Wet, over onszelf oproepend.
Maar we zijn gestart met een levenslang proces van overwinnen. We moeten ons doorlopend
bekeren van onze zonden (dagelijks sterven, zoals Paulus het noemt 1
Cor. 15:31) en God vragen ons te vergeven. Naarmate we onze vleselijke natuur meer en meer
overwinnen, geeft God ons meer van zijn geest, welke ons in staat stelt om steeds meer te
gaan denken en handelen zoals God. We moeten tenslotte groeien tot geestelijke
volwassenheid.
Efeziërs 4:13 totdat
wij allen de eenheid des geloofs en der volle kennis van de Zoon Gods bereikt hebben, de
mannelijke rijpheid, de maat van de wasdom der volheid van Christus.
Dan zijn we gereed om geboren te worden in Gods familie bij de tweede komst van Jezus
Christus. Iemand kan echter falen in de geestelijke groei. Hij kan geestelijk traag
worden, niet in staat een geestelijke toets te doorstaan.
God wil er ons tegen beschermen
dat dit met ons gebeurt. Hij wil dat we geestelijk zodanig tot ontwikkeling komen, dat we
geschikt bevonden zullen worden om het Koninkrijk binnen te gaan. Om er zeker van te zijn
dat we geestelijk groeien, vraagt God van ons dat we ieder jaar op het Pascha onze
doopbelofte vernieuwen. Gedurende de tijd rondom het Pascha dienen we bij onszelf na te
gaan of er nog bepaalde zonden in ons leven zijn en moeten we ons niveau van geestelijke
rijpheid vaststellen. We moeten onszelf opnieuw toewijden aan het streven om als Christus
te worden.
We zijn gehouden om God te verheerlijken in ons lichaam.
1 Corinthiërs 6:20 Want
gij zijt gekocht en betaald. Verheerlijkt dan God met uw lichaam.
Om dit te doen is het nodig dat we eens nader bekijken, hoe wij bepaalde delen van ons
lichaam geestelijk gebruiken. De Bijbel spreekt er over in termen van hoe we onze ogen,
oren, mond, geest, handen, voeten en ons hart gebruiken. Vanzelfsprekend let een ware
gelovige nauwkeurig op zijn eigen levenswandel, maar vooral in de tijd vóór het Pascha
moeten we er zeker van zijn dat we de levensverzekering, die God ons geeft door zijn
geest, in bezit houden door er onszelf op te onderzoeken hoe het gesteld is met onze
geestelijke aanwending van deze verschillende organen. Als we dit eerlijk doen, dan
ontdekken we misschien tot nu toe verborgen gebleven condities, waarmee afgerekend moet
worden, willen wij geestelijk overleven.
Onderzoek
uw ...
Ogen. Ofschoon
niet groter dan pingpongballen, is het oog gecompliceerder dan de meest geavanceerde
televisiecamera. Men schat dat 80 procent van al onze kennis wordt verkregen via onze
ogen.
Maar hoe gebruiken we onze
ogen? Tot eer van God? Vormen ze middelen met behulp waarvan waarheid onze geest
binnenkomt? De meeste mensen zijn verblind door Satan en kunnen de waarheid van God niet
zien.
2 Corinthiërs 4:4 ongelovigen,
wier overleggingen de god dezer eeuw met blindheid heeft geslagen, zodat zij het schijnsel
niet ontwaren van het evangelie der heerlijkheid van Christus, die het beeld Gods is.
Als gevolg daarvan houden hun ogen hen geestelijk blind, aangezien deze alleen valse
kennis opnemen. Onze ogen moeten niet op deze wijze gebruikt worden.
Denk eens even aan al de subversieve zaken die we in groten getale om ons heen zien en als
normaal aanvaard zijn. Is het een wonder dat God onze ogen als geestelijke
thermometers gebruikt? De ogen kunnen bijvoorbeeld fungeren als mechanieken, door middel
waarvan begeerte wordt opgewekt.
1 Johannes 2:16 Want
al wat in de wereld is: de begeerte des vlezes, de begeerte der ogen en een hovaardig
leven, is niet uit de Vader, maar uit de wereld.
Denk alleen maar aan de invloed die pornografie of materialistische advertenties op mensen
hebben. Laten we onze ogen toe geweld en seks te zien op de tv of films waarin mensen
bezig zijn Gods wetten op talloze manieren te overtreden? Kijken we naar fysieke dingen,
die we graag zouden willen hebben, met als gevolg dat we deze beginnen te begeren?
David zei: Ik stel geen schandelijke dingen voor mijn ogen (Ps. 101:3), maar
veeleer, Mijn ogen zijn bestendig op de Here (Ps. 25:15). Is dit onze houding?
We moeten de discipline hebben om onze ogen af te wenden van hetgeen ons kwaad berokkent.
Mattheüs 18:9 En
indien uw oog u tot zonde verleidt, ruk het uit en werp het van u. Het is beter voor u met
één oog ten leven in te gaan, dan met twee ogen in het hellevuur geworpen te worden.
Natuurlijk moet dit vers overdrachtelijk genomen worden en niet letterlijk. Het is een
waarschuwing ter aanmoediging van het juiste gebruik van onze ogen. We moeten het kijken
naar dingen, die ons afhouden van de kennis van het leven volgens de waarheid van God,
overwinnen.
Laten we nu eens stilstaan bij de talloze wijzen van juist gebruik van de ogen. Bezien we
anderen met ontferming evenals de Samaritaan?
Lukas 10:30 Daarop
hernam Jezus en zeide: Een zeker mens daalde af van Jeruzalem naar Jericho en viel in de
handen van rovers, die hem niet alleen uitschudden, maar ook slagen gaven en weggingen,
terwijl zij hem halfdood lieten liggen. 31 Bij
geval daalde een priester af langs die weg; en deze zag hem, doch ging aan de overzijde
voorbij. 32 Evenzo ging ook een Leviet langs
die plaats, en hij zag hem en ging aan de overzijde voorbij.
Deze twee vrome mannen hadden het slachtoffer gezien met hun ogen! Toen kwam
een derde man langs die ook ogen had en ze gebruikte.
Vers 33 Doch
een Samaritaan, die op reis was, kwam in zijn nabijheid, en toen hij hem zag, werd hij met
ontferming bewogen. 34 En hij ging naar hem
toe, verbond zijn wonden, goot er olie en wijn op; en hij zette hem op zijn eigen rijdier,
bracht hem naar een herberg en verzorgde hem. 35 En
de volgende dag stelde hij de waard twee schellingen ter hand en zeide: Verzorg hem en
mocht gij meer kosten hebben, dan zal ik ze u vergoeden, op mijn terugreis.
Kijken we in Gods Woord voor intense dagelijkse bijbelstudie? Slaan we de
wereldgebeurtenissen gade terwijl deze toesnellen naar het einde van Satans heerschappij
op aarde?
Lukas 21:36 Waakt
te allen tijde, biddende, dat gij in staat moogt wezen te ontkomen aan alles wat
geschieden zal, en gesteld te worden voor het aangezicht van de Zoon des mensen.
Zijn onze ogen op God gericht voor zijn genade en komend Koninkrijk?
Psalmen 123:2 Zie,
gelijk de ogen der knechten zijn op de hand van hun heren, gelijk de ogen der dienstmaagd
zijn op de hand van haar gebiedster, zo zijn onze ogen op de HERE, onze God, totdat Hij
ons genadig zij.
Wat komt onze ogen binnen licht of duisternis?
Oren. Met
onze oren vergeleken is een computer maar een grove betonmolen. Door middel van de oren
vangen we verbale communicatie op.
Ongelukkigerwijze is Satan
de overste van de macht der lucht (Ef. 2:2) en infiltreert hij onze geest door de woorden,
die door anderen tegen ons gesproken worden, te beïnvloeden. Deze verkeerde,
ongeoorloofde woorden zijn dodelijker dan een giftige slang. Ze zijn dikwijls bestemd om
iemands reputatie kapot te maken of om valse kennis in te prenten.
Om die redenen moeten we al hetgeen we horen zorgvuldig
op zijn waarde schatten.
Lukas 8:18 Ziet
dan toe, hoe gij hoort. Want wie heeft, hem zal gegeven worden, en wie niet heeft, ook wat
hij meent te hebben, zal hem ontnomen worden.
Hoe horen we? Iets is niet waar, louter alleen vanwege het feit dat het gezegd is. Al te
vaak veranderen mensen met verkeerde motieven de waarheid en veroorzaken daardoor
onherstelbare schade.
Spreuken 26:24 Wie
haat koestert, veinst met zijn lippen, maar in zijn binnenste bergt hij bedrog. 25 Al spreekt hij met vriendelijke stem, geloof hem
niet, want zeven gruwelen zijn in zijn hart.
Weten we eenmaal dat iemand er op uit is om ons op de verkeerde weg te brengen of om de
goede naam van iemand anders door het slijk te halen, dan moeten we er eenvoudigweg mee
stoppen naar hem te luisteren.
Psalmen 26:4 Bij
de valsaards zit ik niet neer, met de huichelaars ga ik niet om.
Spreuken 19:27 Houd maar op, mijn zoon, naar
vermaning te luisteren als gij toch afwijkt van verstandige woorden.
Maak zulke mensen duidelijk dat u liever niet aan zulke conversaties wenst deel te nemen.
Vergeet echter niet dat er ook dingen zijn die we juist wel moeten horen teneinde te
kunnen groeien in Gods levenswijze.
Spreuken 22:17 Neig
uw oor en hoor de woorden der wijzen, richt uw hart op mijn kennis.
We moeten open oren hebben voor Gods corrigerende handelen ten aanzien van ons.
Spreuken 3:11 Veracht,
mijn zoon, de tuchtiging des HEREN niet en keer u niet met weerzin af van zijn
bestraffing. 12 Want de HERE bestraft wie Hij
liefheeft, ja, gelijk een vader een zoon, aan wie hij welgevallen heeft.
Denken we eraan om nederig te blijven wanneer we luisteren naar anderen. Zij mogen dan
niet altijd welbespraakt zijn, maar toch is het nodig naar hen te luisteren; maar al te
vaak wordt er niet naar iemands wijsheid geluisterd daar hij arm is.
Prediker 9:13 Ook
dit zag ik als wijsheid onder de zon en het maakte grote indruk op mij: 14 er was een kleine stad met weinig inwoners, en een
groot koning trok tegen haar op en omsingelde haar en richtte hoge belegeringstorens tegen
haar op; 15 en in die stad bevond zich een
arme, wijze man, die haar had kunnen redden door zijn wijsheid; doch geen mens dacht aan
die arme man. 16 Toen zeide ik: Wijsheid is
beter dan kracht, maar de wijsheid van de arme wordt veracht en naar zijn woorden luistert
men niet. 17 Woorden van wijzen, in rust
aangehoord, zijn beter dan het geschreeuw van een heerser onder dwazen.
Luisteren we aandachtig naar preken? Passen we deze persoonlijk toe in ons leven? Zijn we
objectief of erg emotioneel? Let op de kwaliteit van het materiaal, dat ons toestaat om
via onze oren binnen te komen.
Mond. Via onze mond worden we gevoed en
kunnen we bovendien communiceren met anderen, beide zowel belangrijke als genoeglijke
activiteiten. Maar onder Satans invloed, zet de mens zijn mond aan tot verkeerd gebruik.
Louter fysiek gezien, zorgt de eetgewoonte van veel mensen in de rijkere landen ervoor dat
ze overvoerd, maar ondervoed zijn. Het is waar dat het Koninkrijk van God uiteraard veel
meer is dan eten en drinken (Rom. 14:17), maar toch houden we de verplichting om te zorgen
voor het lichaam dat God ons heeft gegeven (1 Cor. 6:19-20).
Belangrijker, echter, dan de verantwoordelijkheid om er juiste eetgewoonten op na te
houden is de plicht om onze tong correct te gebruiken. De tong is een van de meest lastige
delen van het lichaam om onder controle te houden.
Jakobus 3:5 Zo
is ook de tong een klein lid en voert toch een hoge toon. Zie, hoe weinig vuur een groot
bos in brand steekt. 6 Ook de tong is een
vuur, zij is de wereld der ongerechtigheid; de tong neemt haar plaats in onder onze leden,
als iets, dat het gehele lichaam bezoedelt en het rad der geboorte in vlam zet, terwijl
zij zelf in vlam gezet wordt door de hel. 7 Want
alle soorten van wilde dieren en vogels, van kruipende dieren en zeedieren worden
bedwongen en zijn bedwongen door de menselijke natuur, 8
maar de tong kan geen mens bedwingen. Zij is een onberekenbaar kwaad, vol
dodelijk venijn.
Menige spreuk waarschuwt ons om nauwlettend toe te zien op het gebruik van onze tong,
speciaal met het oog op roddelpraktijken.
Spreuken 17:9 Wie
een overtreding bedekt, jaagt liefde na; maar wie een zaak ophaalt, brengt scheiding
tussen vrienden.
Maken we ons schuldig aan het doorgeven van geruchten? En hoe zit het met het uiten van
lastertaal, het doen van beloften, die niet gehouden worden, het liegen, en het
kwaadspreken?
Psalmen 15:1 Een
psalm van David. HERE, wie mag verkeren in uw tent? Wie mag wonen op uw heilige berg? 2 Hij, die onberispelijk wandelt en doet wat recht is
en waarheid spreekt in zijn hart, 3 die met
zijn tong niet lastert, die zijn metgezel geen kwaad doet en geen smaad op zijn naaste
laadt; 4 in wiens ogen de verwerpelijke
veracht is, terwijl hij hen eert, die de HERE vrezen. Heeft hij tot zijn schade gezworen,
hij verandert het niet.
Onze woorden moeten inhoud hebben, in balans zijn.
Spreuken 10:19 In
veelheid van woorden ontbreekt de overtreding niet, maar wie zijn lippen bedwingt, is
verstandig.
Mattheüs 12:36 Maar Ik zeg u: Van elk ijdel woord, dat de mensen zullen spreken, zullen
zij rekenschap geven op de dag des oordeels, 37 want
naar uw woorden zult gij gerechtvaardigd worden, en naar uw woorden zult gij veroordeeld
worden.
Met de hulp van Gods geest moeten we leren onze tong te benutten als instrument ter
informatie, bemoediging en, in sommige gevallen, correctie van anderen. Er is een juiste
tijd en een juiste manier om te spreken.
Prediker 3:7 een
tijd om te scheuren en een tijd om dicht te naaien, een tijd om te zwijgen en een tijd om
te spreken.
Spreuken 25:11 Een woord, in juiste vorm
gesproken, is als gouden appelen op zilveren schalen.
Geest. De geest is het meest wonderlijke en
machtige mechanisme van het lichaam. Hij is de bron van onze gedachten, die op hun beurt
onze handelingen bepalen. Zowel onze gedachten als onze handelingen moeten gevormd worden
naar de wil van God. Dit is niet gemakkelijk, aangezien de natuurlijke geest, die
beïnvloed wordt door Satan, vol vijandschap tegen God is en zich verzet tegen zijn wet.
Romeinen 8:7 Daarom
dat de gezindheid van het vlees vijandschap is tegen God; want het onderwerpt zich niet
aan de wet Gods; trouwens, het kan dat ook niet.
Toch kan het vleselijk denken onder controle worden gebracht, als we slechts de geest van
God, waarmee we verwekt zijn bij de doop, inschakelen (Gal. 5:16)! We kunnen dezelfde
geest of gezindheid hebben, die Christus bezat.
Filippenzen 2:5 Laat
die gezindheid bij u zijn, welke ook in Christus Jezus was.
We behoren Gods wetten in ons leven toe te passen. Het hoeft niet zo onmogelijk te lijken
om onze vleselijke natuur te overwinnen, als we regelmatig bidden, vasten, mediteren en
Gods Woord bestuderen. Zonder inschakeling van Gods geest verzwakken we en worden we
onbekwaam om onszelf de nodige discipline op te leggen.
Vooral gedurende de tijd rondom het Pascha moeten we onszelf onderzoeken om erachter te
komen hoe overvloedig we de vruchten van de geest dragen in tegenstelling tot de werken
van het vlees (Gal. 5:19-23). Al onze gedachten moeten als krijgsgevangenen onder de
gehoorzaamheid van Christus gebracht worden.
2 Corinthiërs 10:4
want de wapenen van onze veldtocht zijn niet vleselijk, maar krachtig voor
God tot het slechten van bolwerken, 5 zodat
wij de redeneringen en elke schans, die opgeworpen wordt tegen de kennis van God,
slechten, elk bedenksel als krijgsgevangene brengen onder de gehoorzaamheid aan Christus.
Hart. Het hart is de sterkste spier van het
lichaam. Zonder zijn functioneren zou leven afgesneden worden. Waar staat het hart voor in
de Bijbel? Het is de bron van onze houding. Het vleselijke hart brengt slechte gedachten,
hebzucht, trots, dwaasheid en bedrog voort (Mark. 7:21-23). Vandaar dat het nodig is een
hartsverandering te ondergaan; dit gebeurt door bekering en doop.
Jeremia 4:4 besnijdt
u voor de HERE en doet weg de voorhuid van uw hart
Het weghalen van de voorhuid geeft meer gevoel. Maar ons hart kan ook in de problemen
komen na de doop. We kunnen het slachtoffer worden van een geestelijke hartaanval, doordat
wij toestaan, dat er zich ten gevolge van Satans aantrekkingskracht bij ons verkeerde
houdingen ontwikkelen. We moeten er zeker van zijn dat we God liefhebben met ons gehele
hart (Mark. 12:30). Zetten we Hem op de eerste plaats in ons leven? Zijn wij gevoelig voor
en reagerend op zijn wil? Hebben we een positieve kijk op onze beproevingen?
Romeinen 8:28 Wij
weten nu, dat God alle dingen doet medewerken ten goede voor hen, die God liefhebben, die
volgens zijn voornemen geroepenen zijn.
1 Petrus 4:12 Geliefden, laat de vuurgloed,
die tot beproeving dient, u niet bevreemden, alsof u iets vreemds overkwame. 13 Integendeel, verblijdt u naarmate gij deel hebt aan
het lijden van Christus, opdat gij u ook met vreugde zult mogen verblijden bij de
openbaring zijner heerlijkheid.
1 Petrus 4:16 Indien hij echter als Christen
lijdt, dan schame hij zich niet, maar verheerlijke God onder die naam.
Laten we eens onze houding ten opzichte van anderen onder de loep nemen. Hebben we onze
broeders, buren en vrienden vurig lief uit een rein hart (1 Petr. 1:22) of voeren we
alleen maar een show van belangstelling op om reden van een verlangen naar ijdele eer?
Hoe goed zijn we in het schenken van vergeving aan anderen? Dit is een uitstekende test
van onze houding. Of God ons vergeving schenkt is steeds afhankelijk van of wij anderen
ook vergeving schenken (Matth. 6:14-15). Ons hart behoort teder, vergevingsgezind in
plaats van haatdragend te zijn.
Efeziërs 4:32 Maar
weest jegens elkander vriendelijk, barmhartig, elkander vergevend, zoals God in Christus u
vergeving geschonken heeft.
Handen. De handen zijn ervoor gemaakt om voor
het lichaam werk te verzetten, namelijk om voorwerpen vast te houden, te bewegen en ten
nutte te gebruiken. Iemands vermogen om te schrijven, te bouwen, te planten, te eten en te
spelen zou uitermate beperkt worden, wanneer hij de beschikking over zijn handen moest
missen.
Geen wonder dat God de hand als een symbool voor arbeid bezigt.
Spreuken 10:4 Een
trage hand maakt arm, maar de hand des vlijtigen maakt rijk.
Dit vers laat duidelijk de noodzaak om hard te werken zien! De mens werd gemaakt om zes
dagen te werken (Ex. 20:9). Heel veel mensen falen om succesvol te zijn louter vanwege hun
luiheid.
Paulus moest zelfs vermanend optreden tegen christenen, dat zij hun onbereidwilligheid om
te werken zouden overwinnen.
2 Thessalonicen 3:10 Want
ook toen wij bij u waren, bevalen wij u dit: Wil iemand niet werken, dan zal hij ook niet
eten. 11 Wij horen namelijk, dat sommigen
onder u zich ongeregeld gedragen, door geen werk te verrichten, maar bezig te zijn met wat
geen werk is; 12 zulke mensen bevelen wij en
wij vermanen hen in de Here Jezus Christus, dat zij rustig bij hun werk blijven en hun
eigen brood eten.
We kunnen het achtste gebod (niet stelen) overtreden door geen eerlijke dag
werk te leveren in ruil voor wel een heel dagloon. Integendeel, als nuttige slaven behoren
we zelfs meer dan het normale te doen. We moeten onze werkgewoonten eens aan een nader
onderzoek onderwerpen om te zien of ze aangenaam voor God zijn. Wat we ook doen, we
behoren het te doen met inspanning van al onze krachten.
Prediker 9:10 Al
wat uw hand vindt om naar uw vermogen te doen, doe dat, want er is geen werk of overleg of
kennis of wijsheid in het dodenrijk, waarheen gij gaat.
Eveneens zijn we verplicht om onze productiviteit tevens aan anderen ten goede te laten
komen en hen bij te staan waar we kunnen (Spr. 3:27). Is het natuurlijk wel zo, dat er een
limiet is aan wat een persoon kan geven, toch blijft geven het uiteindelijke
doel van het christelijke en behoort zij onze eerste overweging te zijn in alle
omstandigheden.
Mattheüs 25:31
Wanneer dan de Zoon des mensen komt in zijn heerlijkheid en al de engelen
met Hem, dan zal Hij plaats nemen op de troon zijner heerlijkheid. 32 En al de volken zullen voor Hem verzameld worden,
en Hij zal ze van elkander scheiden, zoals de herder de schapen scheidt van de bokken, 33 en Hij zal de schapen zetten aan zijn rechterhand
en de bokken aan zijn linkerhand. 34 Dan zal
de Koning tot hen, die aan zijn rechterhand zijn, zeggen: Komt, gij gezegenden mijns
Vaders, beërft het Koninkrijk, dat u bereid is van de grondlegging der wereld af. 35 Want Ik heb honger geleden en gij hebt Mij te eten
gegeven. Ik heb dorst geleden en gij hebt Mij te drinken gegeven, Ik ben een vreemdeling
geweest en gij hebt Mij gehuisvest, 36 naakt
en gij hebt Mij gekleed, ziek en gij hebt Mij bezocht; Ik ben in de gevangenis geweest en
gij zijt tot Mij gekomen. 37 Dan zullen de
rechtvaardigen Hem antwoorden, zeggende: Here, wanneer hebben wij U hongerig gezien en
hebben wij U gevoed, of dorstig en hebben wij U te drinken gegeven? 38 Wanneer hebben wij U als vreemdeling gezien en
hebben U gehuisvest, of naakt, en hebben U gekleed? 39
Wanneer hebben wij U ziek of in de gevangenis gezien en zijn tot U gekomen?
40 En de Koning zal hun antwoorden en zeggen:
Voorwaar, Ik zeg u, in zoverre gij dit aan een van deze mijn minste broeders hebt gedaan,
hebt gij het Mij gedaan. 41 Dan zal Hij ook
tot hen, die aan zijn linkerhand zijn, zeggen: Gaat weg van Mij, gij vervloekten, naar het
eeuwige vuur, dat voor de duivel en zijn engelen bereid is. 42 Want Ik heb honger geleden en gij hebt Mij niet te
eten gegeven, Ik heb dorst geleden en gij hebt Mij niet te drinken gegeven; 43 Ik ben een vreemdeling geweest en gij hebt Mij niet
gehuisvest, naakt en gij hebt Mij niet gekleed, ziek en in de gevangenis en gij hebt Mij
niet bezocht. 44 Dan zullen ook zij Hem
antwoorden en zeggen: Here, wanneer hebben wij U hongerig gezien, of dorstig, of als
vreemdeling, of naakt of ziek, of in de gevangenis, en hebben wij U niet gediend? 45 Dan zal Hij hun antwoorden en zeggen: Voorwaar, Ik
zeg u, in zoverre gij dit aan een van deze minsten niet gedaan hebt, hebt gij het ook aan
Mij niet gedaan. 46 En dezen zullen heengaan
naar de eeuwige straf, maar de rechtvaardigen naar het eeuwige leven.
Voeten. Onze voeten dragen ons meer dan 100.000 kilometer gedurende een gemiddeld
mensenleven. Bijbels gezien zijn onze voeten de principes volgens welke we leven en de
doelen die we willen bereiken. David zei: Uw woord is een lamp voor mijn voet en een
licht op mijn pad (Ps. 119:105). Gods wetten behoren richting te geven aan alles wat
we doen. Denk na over waar u naartoe stevent in het leven en zwerf niet doelloos rond.
Onderzoek de doelstellingen die u op dit moment hebt
zullen deze u naar het Koninkrijk van God leiden? Mattheüs 6:33 onthult ons onze
belangrijkste prioriteit: Maar zoekt eerst Zijn Koninkrijk .... Stel
geestelijke doelen vast op het gebied van persoonlijke groei, dienstbaarheid aan de
gemeente en anderen, en gezinsharmonie.
Om hulp te krijgen bij het ontwikkelen van goddelijk
karakter dienen we de heilige geest die God ons gegeven heeft van dag tot dag
te vernieuwen (2 Cor. 4:16). Maak dit tot uw hoogste doel! Het is onmogelijk geen doelen
te stellen en toch God te behagen. Symbolisch bepalen onze voeten onze levenswandel. Waar
gaan we heen en met wie?
Wordt u goedgekeurd?
Zoals
u ziet, hebben we veel dingen te onderzoeken, terwijl we naar het Pascha toe gaan. Het
geestelijke onderzoek dat tot een positief resultaat moet leiden om te kunnen kwalificeren
voor Gods levensverzekering, gaat dikwijls erg moeizaam aangezien we in strijd
gewikkeld zijn met Satan, zijn wereld en onze eigen vleselijke natuur. Doorgaan is vaak
moeilijk. Maar breng uzelf het volgende steeds in herinnering dat uw strijd tegen de zonde
u nog geen bloed gekost heeft.
Hebreeën 12:4 (GNB-vertaling) Uw strijd tegen de zonde heeft u nog geen druppel
bloed gekost.
Deze krachtige uitspraak is het overwegen waard. We
hebben een Hogepriester die wel zo ver is gegaan dat Hij zijn bloed heeft vergoten om de
straf voor de zonde van de gehele mensheid weg te nemen!
Het nemen van de symbolen van Christus' vergoten bloed en gebroken lichaam is een
plechtige gebeurtenis (het Pascha). Wees eerlijk tegenover uzelf. Zie uw fouten onder
ogen. Besluit om deze te overwinnen.
God de Vader heeft ons ervoor uitgekozen om Hem te dienen, laten we onszelf dan ook de
moeite geven om het verbond dat bestemd is om ons eeuwig leven te schenken, te vernieuwen.
Ontdek de vlekken en rimpels in uw karakter; gebruik vervolgens de kracht van Gods geest
om deze te verwijderen en groei naar volmaaktheid toe.
Mattheüs 5:48 U
moet volmaakt zijn, zoals uw hemelse Vader volmaakt is.
Door naar dit doel toe te werken, zullen we ons tegelijkertijd gereed maken voor een ander
doel onze geboorte in het Koninkrijk van God als Gods eigen kinderen! |
|